Dat de verkiezingen vooral over de economie gaan, is op dit moment in het voordeel van Mark Rutte. Zijn VVD is leider in de peilingen. Als het gaat over de kosten van de immigratie van moslims, het stokpaardje van Geert Wilders, brengt Rutte een duidelijke scheiding aan tussen twee zaken. Aan tafel bij Knevel en Van den Brink zei hij op 18 mei: “Je kunt de economie niet gezond maken als je niet de immigratie een halt toeroept. Het verschil met Wilders is dat hij altijd met geloof bezig is, mij gaat het om het gedrag van mensen.” De nadruk op de economie, die overigens lang niet alleen door de VVD wordt gelegd, zorgt ervoor dat andere onderwerpen minder aandacht krijgen, zoals het veranderde religieuze landschap in Nederland. Dat is opmerkelijk, omdat er veel zaken spelen in het maatschappelijke debat die aan religie verwant zijn. Niet alleen als het gaat over integratie, maar ook in discussies over bijzonder onderwijs, abortus en euthanasie, de acceptatieplicht van religieuze scholen, ‘weigerambtenaren’, de bouw van moskeeën met of zonder minaretten en een mogelijk boerkaverbod.
Dit zijn voorbeelden van de invloed van ‘georganiseerde’ religie in de samenleving. Uit de WRR-verkenning ‘Religie in het publieke domein’ uit 2006 blijkt dat religie bezig is met een ‘terugkeer’ in het publieke domein, hoewel in andere vormen dan vroeger. De ontkerkelijking stopt niet, maar veel mensen keren zich tot een geïndividualiseerde vorm van spiritualiteit. Het geplande vervolg van de WRR-verkenning in de vorm van een advies aan de regering is van de agenda geschrapt, onder meer om de gevoeligheid van het onderwerp. Het rapport had een goede aanzet kunnen zijn tot een vernieuwde inhoudelijke discussie over de pluralistische Nederlandse samenleving.
De diversiteit van het religieuze landschap in Nederland vertaalt zich ook in de programma’s van de politieke partijen. De partijen lopen sterk uiteen in hun visie op de verhouding tussen religie en samenleving. Toch blijft de precieze visie op die verhouding vaak vaag. Opvallend is het taalgebruik waarmee de partijen hun standpunten verwoorden. CDA, PvdA, SP en D66 mijden de woorden islam en moslim in hun verkiezingsprogramma’s. VVD, PVV en SGP kiezen voor daadkrachtige taal als het om de islam gaat. Bij de SGP is het terug te vinden onder het kopje ‘versus islam’, een paar alinea’s na de paragraaf ‘vóór een christelijk Nederland’. GroenLinks en ChristenUnie leggen de nadruk op de toegevoegde waarde van religieuze groepen aan de samenleving, waarbij GroenLinks de nadruk legt op de ‘meiden met hoofddoek’ en de positie van de vrouw binnen de islam. De Partij voor de Dieren pleit naast een verbod op onverdoofd ritueel (lees: halal) slachten van dieren voor het afschaffen van de (religieus) vastgelegde rustdag. Kieskompas en Stemwijzer, de digitale wegwijzers voor zwevende kiezer, besteden ook aandacht aan levensbeschouwelijke kwesties. Kieskompas beperkt zich tot een vraag over euthanasie en het recht van religieuze scholen om homoseksuele leraren te weigeren. Stemwijzer besteedt vijf van de dertig vragen aan religieuze vraagstukken. Naast vragen over zondagsopening en zelfdoding vraagt Stemwijzer de mening van de kiezer over islamitische scholen, de bouw van nieuwe moskeeën en het dragen van hoofddoekjes door ambtenaren.
Het enige politieke debat waarin de rol van religie in de samenleving breed ter sprake kwam, was het debat van het Nederlands Dagblad, op 25 mei in Amersfoort. Het debat tussen de leiders van de drie christelijke partijen – CDA, ChristenUnie en SGP – leverde een interessant schouwspel op. Opvallend waren de pogingen van de kakelverse SGP-lijsttrekker Kees van der Staaij om de lastige spagaat van de partij te verantwoorden. Enerzijds wil de partij een verruiming van de vrijheid van godsdienst, zodat de partij haar vrouwenbeleid kan volhouden. Aan de andere kant wil Van der Staaij de vrijheid van godsdienst inperken als het om de islam gaat. Hij is tegen de bouw van hoge minaretten en de gebedsoproepen die daarvan af te horen zijn. Van der Staaij: “Is het raar dat je als lid van een christelijke partij hartzeer erbij hebt als je ziet dat kerken verdwijnen en moskeeën verrijzen?”
De drie christenbroeders deelden hun hartzeer over het verdwijnen van de kerken. Maar de stelligheid van Van der Staaij over zijn tegenzin tegen minaretten deelden Rouvoet en Balkenende niet. De harde lijn van de SGP heeft wellicht te maken met kiezers die de partij dreigt te verliezen aan Wilders’ PVV. Bij de Europese Verkiezingen van vorig jaar haalde de PVV een verrassende zege in het orthodox-christelijke Urk. Het was reden voor Van der Staaij om op 22 mei gehuld in Urker klederdracht het vissersdorpje te bezoeken. Uit het verslag dat het Reformatorisch Dagblad van dit verkiezingsuitje maakte, blijkt dat Van der Staaij de Urkers oproept niet op de PVV te stemmen. Hij verzekert dat ook de SGP tegen de komst van kansloze en economische vluchtelingen is. Het verschil met de PVV is dat die partij ook voor zondagsopening is. Bovendien zorgde een motie van de PVV ervoor dat militairen voortaan in uniform mogen deelnemen aan de Gay Pride.
Het beroep op godsdienst is de SGP toevertrouwd, maar binnen partijen als de CDA en zelfs ChristenUnie ligt de aanspraak op geloof minder voor de hand. Dat vindt ook Henk van Rhee, oud-campagneleider van de ChristenUnie. Hij pleitte op een partijbijeenkomst van de ChristenUnie op 21 mei voor meer aandacht voor de godsdienstvrijheid binnen de campagne van de partij, onder andere door een coalitie met D66 uit te sluiten. Tweede Kamerlid Joël Voordewind zag daar weinig in, omdat het de partij ‘buiten de politieke realiteit’ zou stellen, zo tekende het Nederlands Dagblad op. André Rouvoet liet eerder bij het EO-programma Moraalridders weten dat de acceptatieplicht van religieuze scholen een breekpunt is voor hem om toe te treden tot een kabinet.
De Nederlandse maatschappij heeft een andere houding gekregen ten opzichte van religie. Dat is een proces dat al sinds de ontzuiling speelt, maar een partij als de SGP ziet de laatste jaren de secularisatie van de samenleving de kerk binnensluipen. De partij zelf noemt dat het gevolg van ‘doorgeslagen gelijkheidsdenken’. Daarmee doelt de SGP op de drang van de overheid om iedereen gelijk te stellen aan elkaar, ten koste van het recht van alle mensen er een afwijkende mening op na te houden. Het vrouwenstandpunt van de SGP botst met de gelijkheid die in artikel 1 van de grondwet ‘gepredikt’ wordt. Het standpunt van bijvoorbeeld Mark Rutte botst op zijn beurt met dat van de SGP. Rutte zei op 23 mei bij Buitenhof nog dat hij geen concessies wilde doen aan de Verlichtingsidealen. De SGP krijgt in haar strijd tegen dit ‘doorgeslagen gelijkheidsdenken’ hulp van de ChristenUnie. Die partij sprak bij monde van André Rouvoet haar afkeur uit over de steun van Job Cohen voor het schrappen van de ‘enkele feit constructie’ uit de Algemene Wet Gelijke Behandeling. Deze constructie houdt in dat christelijke scholen het recht hebben een docent te ontslaan om het enkele feit dat hij of zij homoseksueel is. Volgens Rouvoet gaat het schrappen van de enkele feitconstructie te ver, en komt de vrijheid van godsdienst in het gedrang. Het is een punt waarop de christelijke partijen lijnrecht tegenover partijen als D66 en GroenLinks staan.
Het is een interessante vraag of de wettelijke aanpassingen werkelijk een inperking van de vrijheid van godsdienst zijn, of een schending van de scheiding tussen kerk en staat. Of is het juist de vrijheid van vrouwen binnen de SGP en homoseksuele leraren die beschermd moet worden, ook als dat te koste gaat van de vrijheid van anderen om er een afwijkende mening op na te houden. Is de vrijheid van godsdienst een vrijbrief voor discriminatie? Of is de doorgeslagen gelijkheid van alle mensen een inperking van de vrijheid van godsdienst? Het zijn vragen die een antwoord nodig hebben, of op zijn minst een brede politieke overweging. Juist in deze tijd van maatschappelijke en religieuze veranderingen.
Femke Halsema prees in het ‘premiersdebat’ op RTL 4 de twijfelachtige creativiteit van Geert Wilders om zelfs in een discussie over de economie constant de islam ter sprake te brengen. Het is tekenend voor de manier waarop religie ter sprake komt in de debatten. De enige partijen die stelselmatig religie ter sprake brengen zijn de PVV en, met minder volume, de SGP. De SGP komt daarbij vooral op voor het orthodoxe christendom, de PVV bestrijdt de islam. Onder het bestrijden van de islam valt ook het bestrijden van de verdedigers van de religie, zoals PvdA-lijsttrekker Job Cohen. De consequentie is dat wanneer religie ter sprake komt, elke vorm van nuance verdwijnt. Dit werkt niet alleen verlammend op de politieke debatten, maar bepaalt ook de wijze waarop in de maatschappij naar religie wordt gekeken.
Buiten de partijleiders van de christelijke partijen en Geert Wilders zijn er weinig lijsttrekkers die zich duidelijk uitlaten over hun standpunten omtrent religie in het publieke domein en hun plannen voor het vernieuwde religieuze landschap in Nederland. De discussie tussen André Rouvoet en Femke Halsema bij Knevel en Van den Brink over onder andere de acceptatieplicht was een stap in de goede richting, maar erg breed komt het onderwerp nog niet aan bod. Dit ligt niet aan het gebrek aan standpunten, maar grotendeels door de nadruk op de economie in de debatten en de media. Het is jammer dat op die manier veel levensbeschouwelijke en morele discussies buiten beschouwing blijven in de campagnes. Juist het liberale en vrijzinnige levensbeschouwelijke geluid van partijen als GroenLinks, PvdA en D66 zou meer gehoord mogen worden in de debatten. Maar ook de wens van sommige aanhangers van de scheiding tussen kerk en staat om die scheiding door te voeren naar een scheiding tussen geloof en samenleving. Kortom, een brede maatschappelijke discussie. Zodat geloven – of niet-geloven – niet alleen overgelaten wordt aan betweters en moraalridders.
Op zich een aardige tekst, maar alsjeblieft, religie en vooral islam heeft al heel veel aandacht gehad. Ben al lang blij dat we nu met onze economie bezig zijn, eindelijk.
Ik vind het jammer dat “godsdienst” hier zoals gewoonlijk op deze site weer beperkt wordt tot de twee grootste kemphanen christendom en islam, en dat andere vormen van religie, spiritualiteit en zingeving niet aan bod komen.