Bij het lezen van het nieuws over Graceland denk ik terug aan wat een studentenpredikant mij ooit voorlegde. Hij stelde: “Gaat het om de vraag ‘hoe christelijk ben je’ of om de vraag ‘hoe ben je christelijk’.” Een subtiele omdraaiing van woorden in twee bijna identieke zinnetjes… ik vond en vind het briljant. Ze vormen een wereld van verschil.
We leven vandaag in een tijd van sterke identiteiten. Mensen hebben behoefte aan zekerheden, aan het slaan van piketpaaltjes. Voor veel gelovigen gaat het om ‘de waarheid’ die kan worden geformuleerd en vastgelegd. Nu begrijp ik goed dat je de inhoud van je eigen geloofstraditie wilt kennen en begrijpen, als je die tenminste serieus wilt nemen. Maar juist omdat geloven een activiteit is die het rationele denken overstijgt, zal er naar mijn smaak daarbij altijd oog moeten zijn voor het geheim dat uitnodigt tot openheid en nieuwsgierigheid.
De essentie van het christelijk geloof is voor veel christenen een verzameling ‘waarheden’ omtrent God en Jezus die samen een geloofsleer vormen. Als je die leer onderschrijft ben je ‘gered’. Andere godsdiensten zijn ‘onwaar’ of op zijn minst ‘minder waar’. Maar voor veel anderen is geloof en spiritualiteit wat anders dan het onderschrijven en uitdragen van een gesloten, weinig verrassende of zelfs onderdrukkende ideologie. Het gaat om bezieling en hoe je in een kromme wereld vol met onbegrip en haat, toch geïnspireerd het verschil kunt maken.
In 1996 interviewde ik als jonge journalist de orthodoxe jood Jechezkel Landau. Hij was op bezoek in Nederland naar aanleiding van de drieduizendste verjaardag van de stad Jeruzalem. “Waarom kunnen joodse en Palestijnse kinderen niet samen spelen op de pleinen van Jeruzalem?” zo vroeg hij zich af. Inmiddels zijn we 26 jaar verder en is deze vraag nog altijd brandend actueel.
“We leven in een revolutionaire tijd. Er is wereldwijd ontzettend veel in beweging,” zo zei Landau. “Er is iets heel belangrijks aan de gang met de geschiedenis. Het klinkt misschien gek, maar ik denk dat onze geloofstradities nauwelijks zijn voorbereid op de toekomst.” Zijn woorden maakten een onuitwisbare indruk op mij en zijn altijd met me mee gegaan.
Bewijslast voor exclusiviteit
Landau gaf aan veel kansen te zien als christenen, moslims en joden op zoek gaan naar hun gezamenlijke wortels. Eerder had Landau zich verdiept in de relatie tussen jodendom en christendom. Hij had colleges gevolgd bij hoogleraar theologie Krister Stendahl, een bekende Zweedse bisschop. Landau zei: “Stendahl vroeg zich af of het christendom de incarnatie van God eigenlijk wel begrijpt en serieus heeft genomen. Ook vroeg hij zich af of de boodschap óver Jezus niet de boodschap ván Jezus is gaan overvleugelen. Dat zijn gedachten die mij als jood aanspreken.”
De ‘incarnatie’ kun je vertalen als ‘menswording van God’ zoals die volgens het christendom in Jezus op ultieme wijze plaatsvond. De bekende Nederlandse theoloog Edward Schillebeeckx (1914-2009) heeft hier veel over geschreven. In één van zijn boeken staat een formulering die voor mij als jonge, zoekende christen een eyeopener was. Volgens Schillebeeckx moeten we Jezus weliswaar volgen maar niet verabsoluteren. “Jezus onthult God, maar verhult God ook, omdat hij een mens was, aan tijd en plaats gebonden.”
Nergens in de Bijbel staat dat Jezus een nieuwe godsdienst, het christendom, wilde stichten. Wel dat hij het Koninkrijk van God verkondigde en dichterbij wilde brengen – een mystieke term voor een andere en betere wereld.
Sommige orthodoxe christenen wijzen op de woorden die in de Bijbel aan Jezus worden toegeschreven ‘Ik ben de weg, de waarheid en het leven’ en ‘Niemand komt tot de Vader dan door mij’. Ze zouden de bewijslast vormen voor de exclusiviteit van de christelijke waarheid. Maar je kunt ze ook anders lezen: niet als quotes – de Bijbel is immers geen journalistiek product – maar als woorden die zijn opgeschreven tegen de achtergrond van wat de evangelist Johannes, toen hij jaren later begon met schrijven en theologiseren, met terugwerkende kracht wist: alleen de weg van radicale liefde, openheid en overgave – de weg zoals Jezus die ging – leidt tot waarachtigheid, tot datgene wat van God is.
Bij radicale liefde en zelfopoffering past geen religieuze zelfgenoegzaamheid, maar eerder openheid en een dialoog van mens tot mens, zodat liefde en compassie het winnen van het kwaad.
Aandacht voor interreligieuze dialoog leidt niet tot verwatering, wat de oppervlakkige waarnemer zou kunnen denken, maar tot heilig vuur. Het leidt, naast kennisvermeerdering over anderen en hun geloof, ook tot een radicaler begrip van de eigen religieuze bronnen. En dat betekent voor christenen: een beter besef van waar Jezus voor stond.
Festivaldirecteur Gerda van Veen heeft dat goed begrepen als ze zegt in Trouw (17 augustus): “Tegenover elkaar gaan staan, zoals het op basis van religie al veel gebeurt, helpt de wereld niet verder.” En zo is het. We hebben geen seconde te verliezen. Verschillen mogen er zijn, gelukkig. Laat duizend bloemen bloeien. Maar verbind de verschillen wel, en zoek samen naar een wereld van vrede en gerechtigheid.
Nieuw Wij verbindt de verschillen. Steun onze missie. Word Vriend(in) van Nieuw Wij!