Een kleine drieduizend mensen keken het afgelopen jaar naar onze voorstelling ‘Op het leven!’. Dat waren vooral christenen, eerlijk gezegd. In ‘Op het leven!’ wisselen Joodse, christelijke en islamitische verhalen elkaar af. Er zitten genoeg grappen in.
Iedereen die op het toneel staat, leert tijdens het spelen gaandeweg ‘waar de grappen zitten’ en ‘hoe een grap valt’. Dat is des te spannender bij een interreligieus publiek. Waar de een hartelijk om lacht, maakt dat de ander ongemakkelijk zit of de grap niet eens vat.
Lachen
Lachen, wanneer de dochter van de farao bevallig gaat baden in de nationale rivier en toevallig een kindje vindt. Toevallig? Goed georganiseerd! Lachen, bij een nieuw kerstliedje: ‘Middenin de winternacht zou Maria baren, goddelijke overmacht, engelen met scharen’. Lachen, wanneer Mohammed begint te zingen ‘had ik maar iemand om mij te zogen’, op de melodie van ‘Ik voel mij zo verdomd alleen’, uit Ciske de Rat. Waarom niet?
Mijn grappen gaan soms tot op het randje of net erover heen. Maar ik kom meestal aan de goede kant terecht. Zelf leef ik vanuit de christelijke traditie, onlosmakelijk verbonden met de Joodse traditie. Ik weet hoe kostbaar de geloofstradities voor een mens kunnen zijn. Ik zal ze nooit belachelijk maken (tenzij zij dat evident zijn), maar ik zal er graag om laten lachen. Daar heb ik mijn werk van gemaakt.
Hodja
Wij laten de mensen kennismaken met Nasreddin Hodja, de grappenmaker van de islam. Zijn verhalen, grappen en grollen zijn talrijk. De laatste jaren duikt de hodja ook steeds meer in Nederland op.
Ik vertel onder andere het verhaal van de haas, het verhaal over de kleren van de hodja en drie ontspannen grappen over de dood. De eerste grap wordt zelden begrepen, dat is juist de grap. De tweede valt goed. De derde wordt door mijn collega Juul Beerda afgemaakt, voordat ik de clou vertellen kan. Dat is grappig en pijnlijk tegelijk.
Met zijn grappige verhalen zet de hodja mensen aan het denken. Er zit, zoals in elke goede grap, altijd een diepere laag onder. Moslims reageerden positief op deze verhalen: hé, die is van ons! Christenen moeten erg wennen aan dit type humor, waarmee bewezen is dat humor grotendeels cultureel bepaald is. Wellicht moeten ze ook wennen aan het feit dat deze grappen niet aansluiten bij de heersende beeldvorming rond moslims.
Index
Als eerste in de religieuze grappenindex eindigt wat mij betreft de Joodse traditie, met zijn rijke geschiedenis aan witzen. Als tweede eindigen de moslims, vooral door hun grappenmaker Nasreddin Hodja. Hij verdient een breed publiek en een hoofdrol in de interreligieuze dialoog. Als treurige derde eindigen de christenen, vrees ik. Behalve in Engeland, waar de Anglicanen dat typische Engelse gevoel voor humor effectief toepassen in vele grappen over geloof.
Er is iets grondig mis, wanneer je niet om je eigen geloof en je eigen God kunt lachen. Humor ontwapent. Dat effect lijkt mij welkom bij alle drie de godsdiensten, met hun soms strenge dogma’s en leefregels.