Hildegard von Bingen (1098-1179) wordt algemeen gezien als een van de opmerkelijkste mensen van de middeleeuwen. In haar eigen tijd werd ze al als zeer bijzonder beschouwd.

Hildegard was een ‘femina universalis’; wij zouden nu zeggen: een renaissance-mens. Dit was in die tijd overigens niet uitzonderlijk: daar kom ik zo dadelijk nog op. Tegelijk was ze – als middeleeuws kind van haar tijd – diep religieus en spiritueel, doortrokken van de toen heersende christelijke visie op de mensheid, maar soms ook verrassend modern in haar boodschap aan de wereld.

Wat Hildegard in haar eigen tijd vooral opmerkelijk maakte was het feit dat ze een vrouw was, en dan een vrouw die zich niet liet beperken door de rol die de middeleeuwse samenleving aan vrouwen voorschreef. Ze correspondeerde met de groten van haar middeleeuwse wereld zoals Bernhard van Clairvaux, schreef haar beroemde muzikale composities en haar natuurkundige geschriften en kreeg goddelijke visioenen die zij in uiterst poëtische taal beschreef.

Hildegard werd geboren in 1098 als het tiende kind van een adellijk echtpaar. Ze werd al bij haar geboorte opgedragen aan de kerk, wat vaker gebeurde bij een tiende kind van een adellijk geslacht, het zogenaamde ’tiendoffer’. In 1106, als achtjarig meisje, kwam Hildegard daadwerkelijk in een Benedictijnerklooster terecht. Haar mentrix in het klooster was Jutta von Spanheim. Jutta leefde in een vrouwengemeenschap, die was verbonden aan het Benedictijner mannenklooster in Disibodenberg. Hildegard leerde hier onder andere lezen en schrijven, uiteraard in het Latijn. Ondanks dat ze zelf later schrijft dat ze vooral tot intellectueel inzicht is gekomen dankzij haar Goddelijke visioenen, geeft ze in haar werken, brieven en muziek blijk van een grote algemene ontwikkeling. Zij heeft kennelijk een gedegen opleiding in het klooster gekregen, wat overigens wel geheel in haar tijd paste.

Jutta stierf in 1136, toen Hildegard 38 jaar was. Zij werd toen gekozen als hoofd van de vrouwenafdeling van het klooster. Een jaar of tien later neemt Hildegard het initiatief voor de bouw van een eigen klooster op de Rupertsberg vlakbij Bingen. Dit klooster neemt zij met haar 20 zusters in 1147 in gebruik. In 1165 blijkt ook dit klooster te klein en Hildegard koopt het voormalige Augustijnerklooster in Eibingen vlakbij Rüdesheim. Hildegard stak tweemaal per week in een boot de Rijn over naar Eibingen. Ze overlijdt op 11 september 1179 op 81-jarige leeftijd.

Hildegard als mystica

Net als de islam kent ook het christendom zijn schriftgeleerden: de ‘godgeleerden’ of theologen. In de tijd van Hildegard ging studie van de theologie hand in hand met die van de zogeheten ‘vrije kunsten’: literatuur, retorica, logica, sterrenkunde, rekenkunde, meetkunde en muziek. Wij kennen nu de term ‘renaissance-mens’ voor iemand die op veel markten thuis is, maar die veelzijdigheid is feitelijk in de middeleeuwen al onstaan. Je zou het onderscheid tussen theologie en mystiek kunnen omschrijven als: als het onderscheid tussen zoeken naar kennis over God en zoeken naar persoonlijke omgang met God. Een tweedeling tussen theologie en mystiek is eigenlijk pas ontstaan in de tijd dat de universiteiten opkwamen als plaatsen waar theologie gestudeerd werd, en dat is net na de tijd van Hlldegard. Op de kloosterscholen, de voorlopers van de universiteiten, lagen theologie en mystiek vaak nog dicht bij elkaar. Vreemd is dat niet: meditatie en gebed, gericht op een persoonlijke omgang met God, waren daar net zo onlosmakelijk deel van het dagelijks leven als studie.

Wat Hildegard tot een mystica maakt zijn vooral haar visioenen en wat hier uit voortkwam. In eerste instantie vertelde zij deze alleen aan Jutta en aan de monnik Volmar, die later haar secretaris zou worden. In het jaar 1141 gebeurde er iets doorslaggevends in de beleving van Hildegard. Volgens haar eigen zeggen werd zij gegrepen door de Heilige Geest, zag letterlijk en figuurlijk het licht, zoals ook staat afgebeeld op een miniatuur uit haar eerste werk ‘Scivias’. Zij begint te schrijven naar aanleiding van een visioen waarin zij door God een onmiddellijk begrip van alle religieuze teksten kreeg en waarin God haar de opdracht gaf om de visioenen die zij kreeg te beschrijven. Zij omschrijft het zelf als volgt:

“En het was zo dat………toen ik 42 jaren en 7 maanden oud, dat de hemelen werden geopend en een verblindend licht van een uitzonderlijke helderheid door mijn hersenen stroomde. En het beroerde mijn hart en borst als een vlam, niet brandend maar verwarmend………en plotseling begreep ik de betekenis van de openbaringen in de boeken…..”

In eerste instantie begreep Hildegard niet waarom zij als ‘arme nederige vrouw’ door God was uitgekozen en werd ze zo onzeker dat ze aarzelde om het bevel van God uit te voeren:

“Maar alhoewel ik deze dingen hoorde en zag, weigerde ik voor een lange tijd aan de oproep tot schrijven gehoor te geven, niet uit koppigheid maar uit bescheidenheid, door twijfel en minderwaardige gedachten over mijzelf en om verschillende gezegden van mannen. Totdat ik terneer werd geslagen door de toorn van God, lag ik op een ziekbed”.

Ze richt zicht nu tot Bernhard van Clairvaux, de toen al zeer beroemde middeleeuwse kerkleraar, voor advies. Bernard is in eerste instantie nogal voorzichtig in zijn antwoord. Hij brengt haar geschriften echter wél onder de aandacht van Paus Eugenius III (1145-1153). Eugenius heeft haar kennelijk direct herkend als een bijzondere vrouw. Hij spoort Hildegard aan om verder te schrijven. Hij noemt haar later zelfs Prophetissa teutonica, de ‘Duitse profetes’. Hildegard schrijft later nog meer visionaire werken, met behulp van haar medezuster Richardis en de monnik Volmar, die haar secretaris wordt. Hierin wijdt ze vooral verder uit over haar theologische ideeën.

Je ziet hierin dus ook weer hoe in haar werk persoonlijke omgang met God en nadenken over God hand in hand gaan. Aan de ene kant is ze in haar werk erg traditioneel-middeleeuws, maar aan de andere kant heeft ze ook heel eigen ideeën. In de visie van Hildegard is de mens bijvoorbeeld geschapen als een vrij wezen. Ze zegt daarin onder meer: ‘Mens, wordt wat je reeds bent, een mens’. Dit is in de middeleeuwen vrij ongewoon; het overheersende middeleeuwse mensbeeld is hiërarchisch, met de mens in de eerste plaats ondergeschikt aan God.

O hoe bewonderenswaardig is
de voorkennis van het goddelijk hart
dat voorkennis heeft van de hele schepping.

Want toen God het gezicht zag van de mens
die Hij had gevormd,
zag Hij in diezelfde menselijke vorm
al zijn werken.

O hoe bewonderenswaardig is de adem
die de mens zó tot leven riep.
(O quam mirabilis)

Naast deze mystiek-theologische werken schrijft Hildegard ook een boek over natuurlijke fenomenen en hun helende kwaliteiten. Dit werk is anders dan haar visionaire werken, het is veel praktischer van aard. Maar ook in deze boeken klinkt duidelijk haar inspiratie door.

Hildegard heeft haar leven lang geworsteld met haar vrouw-zijn in de mannenwereld die middeleeuws Europa was. Weliswaar werd ze door invloedrijke mannen gesteund, waaronder Paus Eugenius natuurlijk niet de minste was, maar ze moest ook bijvoorbeeld opboksen tegen de abt van het klooster in Disibodenberg toen ze een eigen vrouwengemeenschap wilde beginnen. De tegenstand die ze ondervond weerhield haar er overigens niet van om gevraagd en ongevraagd adviezen te schrijven aan allerlei hooggeplaatste kerkelijke en wereldlijke personen, waaronder keizers en pausen.

Op 7 oktober 2012 is Hildegard erkend als kerklerares. Dit is opvallend om twee redenen: ten eerste omdát ze vrouw is: van de 36 theologen die officieel tot kerkleraar zijn uitgeroepen zijn er vier vrouw. Ten tweede omdat haar theologische ideeën voor een deel verre van middeleeuws-orthodox zijn. Ik denk dat deze spanningen in Hildegard’s leven – man-vrouw en orthodoxie-eigenheid – ook goed gesymboliseerd wordt door haar ‘benoeming’ tot kerklerares. Aan de ene kant: eindelijk gerechtigheid voor deze geniale vrouw en haar soms heel oorspronkelijke ideeën. Aan de andere kant: dat heeft wel meer dan achthonderd jaar geduurd.

Muziek als communicatie met de hemel: Gods overvloeiende liefde

De visioenen van Hildegard klinken – volgens mij – het meest welsprekend door in haar muziek. Muziek was het eerste communicatiemiddel met God voor Hildegard. Zij beschrijft het als het herbeleven van de vreugde van het paradijs, voor de zondeval. De teksten zijn vaak heel lyrisch. Motieven die er vaak in terugkomen zijn de overvloeiende liefde van God en de schoonheid van de schepping.

Liefde vloeit over in alles
van de donkerste diepte tot hoog boven de sterren.

En heeft alles tot het uiterste lief,
want aan de hoogste Koning
heeft zij de kus van de vrede gegeven.
(Caritas abundat)

Het opvallende bij de teksten van Hildegard is dat zij eigenlijk nergens in de ‘ik’-vorm spreekt – de liefde van God is niet zozeer tot haar persoonlijk gericht, als wel naar alle mensen en naar de schepping. Niettemin proef ik wel een intens verlangen om God te naderen in de veelheid van beelden die ze gebruikt, bijna alsof ze steeds weer niet tevreden is met haar omschrijvingen – God onttrekt zich uiteindelijk aan al onze woorden. Het dichtste komen we nog bij Hem door de beschouwing van Zijn schepping, lijkt Hildegard te zeggen met haar rijkdom aan beelden die aan de schepping of aan de kosmos zijn ontleend. Ze is gegrepen door de schoonheid en overvloeiende goedheid van God die in zijn schepping doorklinkt. Mogelijk is die eindeloze stroom aan beelden ook een poging om haar eigen visioenen, het licht dat ze daarin gezien heeft, in woorden te vatten. Woorden die steeds maar weer tekort schieten en daarom weer om andere beelden vragen.

O eeuwige God,
Nu behaagt het Je
om in die liefde te branden
waaruit onze lichamen geboren worden.

Diezelfde liefde
waaruit Jij je Zoon hebt verwekt
in het eerste morgenrood
vóór de hele schepping.

Zie dan de nood die over ons valt
en trek ons eruit omwille van je Zoon
en leid ons in de vreugde van het heil.
(O aeterne Deus)

Heleen Ransijn

Heleen Ransijn

Theoloog en predikant

Heleen Ransijn studeerde in 1999 af aan de Katholieke Theologische Universiteit te Utrecht. Tijdens haar studie deed zij onder meer …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.