Ik had wat last van mijn conditie. Dan denk je, ik ben iets te zwaar. Uiteindelijk kom je dan bij een dokter terecht die zegt: ik hoor wat geknetter in je longen. Ik dacht, als dat maar geen kanker is. Nee hoor, het was fibrose. Dus ik dacht, gelukkig. Maar wat die man er niet bij zei, is dat dat net zo dodelijk is als longkanker.
Ik ben niet boos geweest. Zo van, waarom ik? Nee, dat heb ik niet gehad. Er zijn dingen in de wereld die heb je niet in de hand, die overkomen je. Daar is dit er één van. Of je dit nou wil of niet. Wat heeft het voor zin om te knokken tegen een kwaal waarvan vaststaat dat die eindigt in de dood?
Angst
Angst heb ik wel. Die angst neemt toe naarmate de dag vordert. Ik ben het angstigst wanneer de nacht komt. Het feit dat je het plotseling benauwd krijgt, is veel erger dan pijn. Normaal is het zo bij een kwaal, neem bijvoorbeeld een verkoudheid, dat je merkt dat het erger wordt in het begin. Maar er komt een punt dan kantelt het en dan word je weer beter. Maar wat ik heb gaat niet meer over. Dus als ik nu benauwd raak dan weet ik, morgen nog benauwder. En overmorgen nog erger. Dat is een weinig fraai vooruitzicht. Ik heb veel liever pijn dan die benauwdheid.
Het enige waar ik nu nog mee zit, is dat einde. Ik heb aan die dokters gevraagd hoe dat zit met euthanasie. Nou, ze staan echt niet te springen, dat kan ik je wel vertellen. Men praat er makkelijk over, ze bieden het aan, maar liever niet. Dat zeggen ze er niet letterlijk bij hoor, dat is mijn eigen interpretatie. En eigenlijk wil ik dat ook niet op die manier. Maar soms als ik ’s avonds zo benauwd ben, dan denk ik, doe maar.
Misschien haal ik de zomer niet. De dokter zei tegen me: het vlammetje is nog niet uit. Dat wil ook nog niet uit, zeg maar. Er blijft toch de hang naar het leven, het willen leven. Maar goed, ik lijk nu heel wat, maar als je mij ’s avonds ziet dan is er niet veel meer van over hoor.
Afscheid
Wat ik hoop is, dat ik op dat laatste moment ook niet bij kennis ben. Dat afscheid nemen, van je vrouw en je kinderen, na zo veel jaar…. Poeh. We hebben het ook al uitgesproken naar elkaar: ik hou van je. Dat is iets, ja. Wij hebben samen het idee: er is echt iets bijzonders aan deze relatie. Als je mij vraagt wat het leven zinvol maakt, dan is dat de liefde tussen twee mensen. En het krijgen van kinderen. Dat vind ik nog steeds iets wonderbaarlijks.