Voor mijn projecten kom ik regelmatig op scholen en in buurten waar radicalisering een probleem is of ten minste een belangrijk thema waarmee op allerlei mogelijke manieren geworsteld wordt. Leerlingen die oprecht geloven dat Islamitische Staat een uitvinding is van zionisten en Amerikanen (gefinancierd door Saoedi-Arabië) om moslims over de gehele wereld in een kwaad daglicht te stellen… Bron: vriendjes, Facebook en Youtube, dus is het waar. Moeders die het gevoel hebben dat ze geen controle meer hebben over de belevingswereld van hun eigen kinderen en noem maar op. Daarom leek het me interessant om naar deze voorstelling te gaan. Ik zat op rij 1 vooraan in het midden. Letterlijk met mijn neus op de acteurs. Naast mij een voor mij onbekende Marokkaans-Nederlandse jongen, die vooraf bij de koffie alleen bleek te zijn en ergens helemaal achterin een plaats had. Mijn vriendinnetje was ziek, dus ik besloot hem mijn andere kaartje te geven.
“Niet radicaliseren!!!”
Het stuk begon al direct geestig met de mededeling dat het zwaar gesubsidieerd was door de Nederlandse overheid en dat de acteurs dus de ‘jongens en meisjes’ in de zaal even een heldere boodschap mee wilden geven: ”Niet radicaliseren!” schreeuwden ze met opgeheven vingertje. Dat kwam er zo droog uit dat het geestig was. Vervolgens begon het stuk. Wat ik er bijzonder aan vond was dat het zowel geestig en absurdistisch als tragisch en gevoelig was. Het bood een blik op de belevingswereld van drie totaal verschillende jongeren die ervoor kiezen te gaan strijden in Syrië.
Niet thuis in Nederland, nog minder in Syrië
Alle drie voelen ze zich in meer of minderen mate niet meer thuis in Nederland, of nog specifieker in Almere. Twee ervan hebben in ieder geval geen enkel idee van wat ze daar tegemoet treden. Zoals de hopeloos naïeve en eindeloos onhandige Reda, die ernaartoe gaat in zijn spiderman superhelden-pak. Hij denkt dat hij wel zal slagen in de strijd, omdat hij heel erg goed is in gewelddadige computerspelletjes. Een echt geweer had hij nog nooit vastgehouden. Ongelovigen afknallen, dat leek hem wel een goed plan. Bovendien zat zijn neef er ook al. Dan is er Ismael, de twijfelaar. Intelligenter, gevoelig en eigenlijk heel erg op zoek naar waar hij nu thuishoort. Diep in zijn hart zou hij mooie tekeningen willen maken die iedereen blij maken, maar in zijn omgeving is dat niet geaccepteerd. Op koranles heeft hij er zelfs een klap voor gekregen. De personage Ben is de leider van de groep. Degene met de meest radicale ideeën, degene die het sterkst gebrainwashed is. Vroeger hield hij van Elvis, totdat hij er achter kwam dat zijn tweede naam Aron was… dus Elvis moest wel joods zijn. Dat kon natuurlijk echt niet. Hij jut de andere twee continu op met teksten en uitspraken over wat een goede moslim al dan niet behoort te doen, terwijl al snel in het stuk blijkt dat hij de Koran nooit heeft gelezen.
Een ander belangrijk personage is Michel, de christen, die ze in Syrië ontmoeten. Een ontmoeting die aanvankelijk warm en gemoedelijk is, ondanks dat hij zijn dode vrouw in zijn armen heeft, maar dramatisch eindigt wanneer ze erachter komen dat Michel christen is. Het zorgt voor verwarring en een vijandsbeeld waarvan ze eigenlijk voelen dat het niet klopt. De rest van het stuk begeleidt deze acteur, die Michel speelt, het stuk muzikaal op prachtige wijze. De hele exercitie loopt uiteindelijk uit op een groot drama. De jongens twijfelen aan zichzelf, hun identiteit en ook hun beweegredenen voor de strijd.
Ze voelen zich niet thuis in Nederland, maar tegelijkertijd nog minder in Syrië. Eigenlijk begrijpen ze nauwelijks tegen wie ze strijden en wie nu de vijand precies is. Een zeer tragische scene is wanneer de meest onnozele van het stel met een enorm gevaarte een drone uit de lucht wil schieten, maar wanneer de drone nadert, ziet hij ervan af, pakt hij zijn witte zakdoek en begint er wild mee te zwaaien. U kunt raden hoe dat afloopt. Ondanks alle tragiek is het stuk ook doordrenkt met humor en ironie. Dat maakt het verfrissend en zorgt voor afwisseling. Een moeder die het paspoort van haar zoon naast de couscous in het keukenkastje verstopt, Reda die alleen maar kan dromen over het zwembad bij de villa van de strijders, Ismael, die de hele dag ook midden in de strijd aan niets anders kan denken dan een broodje…
Het stuk sluit uitstekend aan bij de belevingswereld van jongeren. Het zit vol met straattaal, zonder dat dat geforceerd klinkt. Het maakt het juist authentiek en de muziek zorgt ook voor een extra dimensie. Je wordt echt meegenomen in de belevingswereld van de hoofdpersonen.
Gesprek
Na afloop was er een nagesprek van een half uur. We moesten allemaal aangeven met welk personage we het meest meeleefden. Dat zorgde voor mooie discussies in de zaal. Het feit dat er een jongen op het podium aanschoof bij de acteurs, die zelf op het nippertje gederadicaliseerd was, zorgde ervoor dat we ook wat verhalen uit de praktijk meekregen. Zijn moeder had zijn paspoort verstopt en zijn redding was de wijkagent, die zich net op het goede moment om hem bekommerde. Hij vertelde ook hoe zo’n proces in zijn werk gaat.
Complottheorieën en discriminatie
Toen er ruimte was voor vragen, vroeg ik toch hoe ze omgaan met al die complottheorieën die ze zelf ook veelvuldig aanhalen in hun stuk. Dat bleek een lastige vraag. Het eerlijke antwoord was dat ze daar in een half uur niet aan toekwamen en dat het te ingewikkeld was. Ze hoopten dat docenten dat verder op zouden pakken. Toen vroeg ik me wel even af, waarom dit nu ingewikkelder was dan de andere gevoelige thema’s van je niet thuis voelen en het proces van radicalisering. Ik weet uit ervaring dat het een lastig gesprek is, maar toch. Docenten zouden het moeten oppakken in hun lessen. Dat hoop ik dan maar. Ik spreek gelukkig af en toe docenten die dat doen, maar ik spreek er helaas nog veel meer, die zich hier absoluut niet aan durven te wagen, of erger, die zelf ook in zekere mate in complottheorieën geloven. Vaak hebben ze ook geen idee. Tot mijn schrik spreek ik namelijk ook regelmatig docenten die denken dat er een half miljoen Joden in Nederland wonen (het zijn er 40.000) en dat ze heel machtig zijn en waarom ze toch altijd problemen hebben met iedereen? Waar ik ook van schrik is dat een bevriende islamitische docent (inclusief lange baard) in de tram wordt toegesnauwd dat ze “zijn soort” net als de piloot uit Jordanië, allemaal levend moeten verbranden in kooien. Daar zou ik niet van op Jihadreis gaan, maar ik zou me er zeker niet huis en bovendien uiterst onveilig door voelen! Walgelijk. Laatst was ik live op radio 1 toen een zekere meneer verzuchtte dat er ‘weer’ een Jodin in de uitzending zat en mij haarfijn probeerde uit te leggen dat de holocaust en de vergassing specifiek, een grote leugen was.
Reflectie
Kortom, we zijn er met z’n allen nog lang niet, maar de makers van JIHAD, de voorstelling zijn er in geslaagd om precies de juiste toon te vinden om radicalisering bespreekbaar te maken. Je kunt er lachen en huilen, meeleven en je opwinden, maar bovenal dwingt het stuk je tot reflectie. Ik kan het alle scholen die worstelen met deze thematiek aanraden. Er is ook gratis te downloaden lesmateriaal bij. Maar in het licht van wat ik hierboven schreef: alles valt en staat met een goede follow up op school. En docenten die weten of willen leren hoe ze dit soort lastige thema’s bespreekbaar kunnen maken.