Bij de indrukwekkende tentoonstelling van Jacob Lawrence (1917-2000) in Kunsthal Kade kan je de volgende gedachte overvallen: wat heb je eigenlijk aan kunst? Aan een foto of schilderij, aan gedichten of aan een lied? Ja, zegt men dan, kunst kan je raken, een lied kan mensen verbinden, een gedicht of andere tekst kan in moeilijke omstandigheden kracht geven. Kunst is vaak mooi en heeft een waarde, maar maakt die kunst ook weerbaar? Tegen wat? En wat is dan weerbare kunst?
Op het moment dat je denkt, dat hebben wij als mensheid achter ons gelaten – oorlog, racisme, terrorisme zijn niet meer van deze tijd – slaat het besef toe dat we hier niet veel verder zijn dan de Germaan met de knots. Alleen zijn onze middelen geraffineerder, nauwelijks zichtbaar of hanteerbaar. Drones vliegen vrijwel ongezien door het luchtruim. Meningen maar vooral gevoelens zijn beïnvloedbaar via AI en sociale media en gaan zo onzichtbaar van de ene uithoek in de wereld naar de andere.
Kan kunst ook een knots zijn, die mensen weerbaar maakt, die mensen doet veranderen? Hoe gaat dat meestal? Een kunstenaar schept iets. Mensen die komen kijken of luisteren vinden het mooi en bergen die ervaring op in het vakje schoonheid. Misschien wilde de kunstenaar er wel iets anders mee zeggen. Kunstenaars zijn door de eeuwen heen geregeld tegen die schoonheidscultus in opstand gekomen en maken soms lelijke en schokkende kunst om mensen wakker te schudden. Zoals Lucebert al dichtte direct na WOII in Ik tracht op poëtische wijze:
(…)
in deze tijd heeft wat men altijd noemde
schoonheid schoonheid haar gezicht verbrand
zij troost niet meer de mensen
zij troost de larven de reptielen de ratten
maar de mens verschrikt zij
en treft hem met het besef
een broodkruimel te zijn op de rok van het universum
Niet meer dan dat zijn wij, nietig, een broodkruimel op de rok van het universum. Verbeeld je maar niets. En schoonheid past niet meer in deze tijd, dicht Lucebert. Maar wat dan wel? Wie zijn wij nu, wat raakt ons, waar staan wij voor anno 2025?
De zwarte kunstenaar Jacob Lawrence (1917-2000) maakte deel uit van de Harlem Renaissance en wilde als Afro-Amerikaan met zijn kunst mensen wakker maken voor de gevolgen van slavernij en het heersende racisme in de Verenigde Staten. Hoe doorstaat zijn werk deze tijd? Weet hij ons te veranderen, te ‘verschrikken’? Zijn werk is niet gebaseerd op een wetenschappelijke analyse van racisme en slavernij, maar hij vertelt de verhalen van zwarte mensen in de Verenigde Staten, laat de gewelddadigheden navoelen en ‘verschrikt’ ons met zijn series die heten: Migration series (1941) en The Harriët Tubman serie (1938-1940) over de vrouw die opstond tegen slavernij. Hij draagt bij aan de strijd voor de burgerrechten met zijn werk onder meer Confrontation at the bridge (1976) en de cover van Time uit 1970 met het portret van Jesse Jackson.
In zijn serie Genesis Creation Sermons (1989) zie je de schepping uitgebeeld met een voorganger in een kerk die in zijn preek op intense wijze de scheppingskrachten opnieuw voelbaar maakt en zo de schepping als het ware opnieuw laat gebeuren en geboren worden voor de ogen van de kerkgangers. De scheppingsmomenten verschijnen letterlijk achter de kerkramen! Die intensiteit, die diepgevoelde betrokkenheid treedt uit elk schilderij van Lawrence naar voren en raakt ook de toeschouwer van nu op een niet vrijblijvende manier. Het werk is niet bedoeld als mooi maar als echt. Bijvoorbeeld in de serie Harriët and the promised land (een illustratie uit het prentenboek uit 1967) neemt Tubmans expressieve gebaar van ‘volg mij’ het volledige vlak van het schilderij in. Het werk van Lawrence beeldt zijn voortdurende strijd uit om gerechtigheid voor de Afro-Amerikaanse mens in de loop van de twintigste-eeuwse geschiedenis. Lopend langs zijn tentoonstelling kun je je als toeschouwer niet onttrekken aan die geschiedenis want gaandeweg gaat het heden waarin wij leven daar steeds meer in resoneren.
Zijn kunst hangt nu bijeen in Kunsthal Kade in Amersfoort, beschermd, bewonderd en verzekerd. Maar wat gebeurt er als de werken teruggaan naar het Amerika van nu, kwetsbaar als ze zijn? Komen ze nog op zaal te hangen van de verschillende musea waaruit ze geleend zijn zoals bijvoorbeeld het Harvard Art Museum, de Michael Rosenfeld Gallery DC, de Moore Gallery in New York en het Smithsonian Institution. Of verdwijnen ze voor jaren naar het depot, niet om ze te beschermen, maar omdat de beelden niet meer passen in het opgelegde kunstbeleid van MAGA-Amerika: meer de glorie van wit Amerika laten zien en minder de ‘schande’! Deze kunstwerken van Lawrence zijn niet kwetsbaar vanwege het papier waarop ze geschilderd zijn maar vanwege de politieke museumwind die nu in de VS waait.
Maar hier in Kade is nu Lawrence’s werk te zíen, prachtig opgehangen en in een degelijke overzichtscatalogus uitgegeven. Het kan niet meer níet gezien zijn. Wat hij wil zeggen kan niet meer níet geweten zijn. Het racisme waar hij voor waarschuwt, kunnen wij via zijn werk in onze tijd herkennen en ook aan de kaak stellen. Het werk had niet actueler kunnen zijn. Kunst, zijn kunst maakt ons hopelijk wakker en weerbaar. Daar zijn sommigen in de VS en hier in Nederland bang voor: voor mensen die weerbaar en waakzaam zijn!
Link bij Kunsthal kade: Jacob Lawrence | African American Modernist – Kunsthal KAdE.
