De nationale herdenking op de Dam werd neergezet als waardig, rustig en legitiem, ondanks het politieoptreden en het verbieden van uitingen van solidariteit met Palestijnse slachtoffers. De alternatieve herdenking werd daarentegen geïntroduceerd met een heleboel frames en een subtiele ondertoon van wantrouwen. Daarom schrijf ik dit opiniestuk.

De alternatieve herdenking bracht ruim drieduizend mensen samen. Veel meer dan verwacht. Geen vlagvertoon, geen hoogwaardigheidsbekleders, geen theater. Wel muziek, stilte, bloemen. En vooral: woorden die ertoe doen.

De toespraken raakten me diep. Mark Kulsdom sprak over het belang van herdenken dat meer is dan een ritueel van selectief terugkijken, maar dat oog heeft voor het leed en de pijn van toen en nu. Een herdenken dat parallellen durft te trekken, en de herhaling onder ogen durft zien, en dat in de spiegel durft te kijken. Hij sprak over herdenken als een oefening in moreel bewustzijn, in solidariteit en in verantwoordelijkheid:

“Wij staan hier met ons allen en niet op de Dam. Niet om afstand te nemen van de slachtoffers die daar worden herdacht, want die herdenken we hier ook. Maar wel om afstand te nemen van de hoogwaardigheidsbekleders die ons land medeplichtig maken en onze samenleving splijten met een beleid van discriminatie en onderdrukking van grondrechten. Waar is de waardigheid die je behoort te bekleden als je niet alleen wegkijkt, maar toekijkt bij een genocide en niks doet of zelfs de genocide actief blijft steunen?”

1746523011433
Hedy d’Ancona

De eerste spreker, Hedy d’Ancona, sprak over het belang om zowel te herdenken als ook na te denken, en daarin het verleden met het heden te verbinden. Zij uitte ook kritiek op de manier waarop populistische leiders het leed van de Holocaust gebruiken om hun eigen wangedrag te rechtvaardigen:

“Minder begripvol ben ik als het gaat om de bedoeling van zo’n formele herdenking. Mag die, naast compassie voor slachtoffers, ook stilstaan bij de hoop op een rechtvaardiger toekomst? Mag die naast het rituele terugkijken ook het heden erbij betrekken? Begrijp mij goed, ik ben hier niet voor een demonstratie, maar op het betonen van rouw en respect voor onschuldige slachtoffers. En terugkijkend naar hen, zie ik het gevaar van populistisch leiderschap. Toen, maar ook nu. Leiders die het leed rondom die zes miljoen misbruiken voor een visie die geen hoop op een rechtvaardiger samenleving verschaft, maar een rechtvaardiging van hun eigen wangedrag. Daarom pleit ik voor het verbinden van het verleden aan het heden en aan de hoop op een rechtvaardige toekomst. Herdenken en nadenken, voor mij zijn ze onlosmakelijk verbonden.”

De tweede spreker, Mohammed Zaanoun, fotojournalist uit Gaza, sprak met ontroerende urgentie. Hij richtte zich ook tot onze koning die op dat moment op de Dam stond:

“A special message for His Majesty, King Willem-Alexander of the Netherlands, a man known for his humanity and moral courage.

I turn to you today as a father trying to protect his children. As a photojournalist who has witnessed the truth, and as a human being, watching his people being crushed. Your voice can make a difference. We ask you to speak out for Gaza. To act for humanity. To use your platform. To call for the end of this deadly siege. For the immediate entry of humanitarian aid. And for the protection of innocent civilians. Your voice can save lives. It can restore hope. It can stand as a testimony that in a time of silence you choose to stand for justice. Do not let Gaza bleed alone. Do not let children live with wounds that will follow them forever. What we need is not sympathy but real urgent human action.

Thank you very much. I am very happy to be here. I am very happy with you. And I hope Palestine will be free, and Gaza will be free. Thank you to all.”

De derde spreker, Gloria Wekker, hield ons een spiegel voor over het Nederlandse zelfbeeld:

“Het begrip witte onschuld vat een dominante manier samen waarop witte Nederlanders over zichzelf denken, als een kleine maar rechtvaardige ethische natie. Kampioenen van vrouwenbevrijding en de emancipatie van homo’s, lesbo’s, transgenders en queers. Van oudsher buitengewoon gastvrij ten opzichte van buitenlanders en vreemdelingen. Zogenaamd kleurenblind en dus vrij van racisme. Daarmee inherent aan de moreel goede kant staand van allerlei kwesties zoals abortus, euthanasie en nu ook de Israëlische zaak. Bovendien meten we ons ook aan dat we per definitie neutraal en objectief zijn.”

Gloria-Wekker2
Gloria Wekker: “Ontkenning van de menselijkheid van de ander is het refrein” Beeld door: YouTube

“Kortom, we hebben het buitengewoon getroffen met dit buitensporig positieve rooskleurige zelfbeeld,” zo vervolgde Wekker. “Op grond van vierhonderd jaar imperialisme is een cultureel archief gevormd. Vanuit dat culturele archief hebben we onszelf nog steeds heel hoog zitten en zien wij anderen van kleur als minder. Het culturele archief is nooit tegen het licht gehouden of ontmanteld. Het is een systeem dat in ons allen zit als we niet heel hard eraan werken om er tegenin te denken en te handelen. Al anderhalf jaar zien we dat er genocide plaatsvindt in Gaza. We zien dat het bestaan van transgenders wordt ontkend in de Verenigde Staten, aangezien er maar twee genders zouden bestaan. Ontkenning van de menselijkheid van de ander is het refrein.”

De vierde en laatste spreker, Mustafa Hadziibrahimovic, herinnerde ons eraan dat fascisme niet enkel een hoofdstuk uit het verleden is:

“Fascisme en nazisme zijn nog steeds springlevend in voormalig Joegoslavië, Bosnië, Europa en Nederland. Het is helaas niet helemaal verslagen in de Tweede Wereldoorlog. Er zijn fascisten in ons kabinet, de Tweede Kamer, de media en onze samenleving. We noemen het alleen niet fascisme, maar verhullen het onder de term van extreemrechts. Lieve mensen, het is fascisme. En het is onder ons. De tijd om stil te zijn en te zwijgen, niets te doen, is voorbij. De vraag is nu: wie of wat moet ik vandaag herdenken? Ik herdenk vandaag alle onschuldige oorlogsslachtoffers, nu en in het verleden. Mogen ze rust en vrede vinden. Maar ik wil vooral ons levenden herdenken vandaag, die hier en nu zijn. Want wij kunnen nog verschil maken. Hier in Nederland, in Europa, in de wereld, op de plekken waar nu de oorlog heerst en de genocide gepleegd wordt zoals in Palestina.”

Tot slot, vlak voor de twee minuten stilte, begeleidden Chautuileo Tranamil en Jan Koning een ceremonie om ons mee te nemen in hun eigen authentieke inheemse manier om slachtoffers en voorouders te herdenken. In elke windrichting spraken zij dank en hoop uit. Hier wat fragmenten:

“1945 betekende niet dat alle trauma’s verdwenen. Een trauma draag je mee. Een trauma geef je door. In tijden van diep onrecht en aanhoudende ontkenning blijven wij ontworteld… Dank uw voorouders om ons eraan te herinneren dat we bij angst en paniek mogen terugkeren naar onze moeder aarde. Om te gronden, om te herdenken, om te herinneren… Dank aan alle gevallen strijders die zich hebben verzet tegen oorlog, genocide, kolonisatie en slavernij. Vanuit een groot verantwoordelijkheidsgevoel hebben jullie waar dan ook een helse strijd gevoerd en daardoor het leven gelaten. Met groot eerbied erkennen wij het grote offer dat jullie brachten… Wij zullen het eren als de intergenerationele echo van medemenselijkheid… Wij denken vanuit de zeven generaties. Wij hebben de verantwoordelijkheid om ten minste drie generaties terug te gaan, om het leed vanuit het verleden te erkennen. En wij hebben ook de plicht om ten minste drie generaties vooruit te denken. Voor hun herstel, onze herdenking en hun toekomst.”

1746522958710
Chautuileo Tranamil en Jan Koning Beeld door: Beeld uit videoregistratie

Elke spreker gaf ons iets mee: hoop, scherpte, moed. Zo werden in het uur voorafgaand aan de twee minuten stilte werkelijk de burgers, de slachtoffers, centraal gesteld, vanuit het scherpe besef dat het verleden nog steeds doorwerkt in het heden. De twee minuten stilte werden daardoor extra krachtig. Dat galmde nog na terwijl onder de prachtige stem van de in Iran geboren zanger Behrang Alibabaei de bezoekers bloemen neerlegden, foto’s ophingen en samen stilstonden bij gevoelens van verdriet, pijn en rouw.

En toen... het Achtuurjournaal en Nieuwsuur

Na een indrukwekkende herdenking op de Koekamplaan in Den Haag, keek ik ’s avonds naar het Achtuurjournaal. Wat ik zag, was pijnlijk voor me. Niet omdat het journaal iets meldde wat onjuist was, maar omdat het zo veelzeggend was in wat het níét liet zien, en hoe het Journaal het verhaal vertelde.

De uitzending begon met de vraag: “Wat betekent eigenlijk nooit meer?” Maar het antwoord kwam niet van de mensen die die vraag het meest urgent maakten: degenen die genocide, koloniale oorlogen en actuele onmenselijkheid samen herdachten in Den Haag. In plaats daarvan domineerde de nationale herdenking op de Dam: vlaggen, theatermuziek, politie, hoogwaardigheidsbekleders. Alles ademde symboliek, staatsorde en zelfbevestiging. Zelfs de opkomst werd overdreven. De toon: plechtig en bevestigend.

Verslaggever Kees van Dam spreekt van een imposante gebeurtenis, maar benoemt wel dat boven de herdenking toch de vraag zweefde: “Blijft het stil?” Inderdaad werd dat plechtige stilzwijgen over genocide doorbroken. De verslaggever zegt: “Onmiddelijk na afloop, toen het Wilhelmus werd ingezet, was er toch een kleine protestactie in verband met Gaza. Laten we maar eens kijken en luisteren.”

Wat volgde was geen verslag, maar framing. De camera registreerde hoe een vrouw werd afgevoerd, haar mond nog dichtgehouden terwijl ze “Free Palestine” wilde roepen. Het protest vond plaats ná de herdenking, en had dus gewoon plaats moeten kunnen vinden, maar werd toch geframed met de woorden ‘incidenten die erop uitzijn om de plechtigheid van de bijeenkomst te verstoren’.

De verslaggever: “Deze twee demonstranten werden onmiddellijk door de politie opgepakt en afgevoerd. Het was niet het enige kleine incidentje, want wij hoorden na afloop van de toespraak van minister-president Schoof een demonstrant roepen: ‘Schoof heeft bloed aan zijn handen’. Maar ik denk toch al met al dat deze twee incidenten de plechtigheid van de bijeenkomst vanavond niet hebben verstoord.”.

En zo worden twee mensen die vreedzaam hun stem lieten horen, in beeld gebracht als verstoring van nationale waardigheid. Daarna, pas aan het eind, komt de alternatieve herdenking in Den Haag in beeld. Niet als volwaardig antwoord op die openingsvraag “Wat betekent nooit meer?”, maar als zijdelingse toevoeging: “Die verbreding was er wel op een alternatieve herdenking in Den Haag. Daar ook aandacht voor Palestijnse slachtoffers in Gaza.”

“Ze hadden zeker vijfhonderd aanwezigen verwacht, maar het werden er veel meer, op wat de organisatie noemde de alternatieve nationale herdenking.” “Er waren sprekers uit Nederland, Bosnië, Gaza, want herdenken, vinden ze hier, moet niet zoals op de Dam alleen over Nederlandse slachtoffers gaan.”

De verslaggeving – afstandelijk, relativerend, bijna ongemakkelijk – wekt de indruk dat deze herdenking iets controversieels is. Geen beelden van de ruim drieduizend aanwezigen. Geen citaten uit de toespraken. Geen beelden van de muziek, het ritueel, de bloemen, de mensen. Geen context over waarom deze herdenking is ontstaan, of waarom juist zovelen er behoefte aan hebben.

En dan eindigt het item met een suggestieve onjuistheid: “Het is een herdenking, geen demonstratie, benadrukken de organisatoren. Vlaggen en spandoeken zijn verboden.” Dat klopt niet. De organisatie vroeg bezoekers vriendelijk dit thuis te laten, om het karakter van een herdenking te bewaren, niet omdat het verboden was. Toch vragen ze aan de mede-organisator Tessa Terpstra: “En Palestijnse sjaals?” Zij legt simpelweg uit:

“Ja, er kunnen ook mensen met een keppeltje komen, of een kruisje om hun nek, daar gaan we ook niet mensen op aanspreken.” De uitzending eindigt met: “Tja, ook dat was 4 mei.”

Nieuwsuur

Het item in Nieuwsuur volgt dezelfde lijn als het Achtuurjournaal. De uitzending blijft stil over de groeiende kritiek op de exclusieve aard van de Dam-herdenking, en hoe deze steeds meer functioneert als instrument voor het witwassen van steun aan genocide. In plaats daarvan wordt verontwaardiging daarover en pogingen om aandacht te vragen voor Palestijnse burgerslachtoffers geframed als verstoring van de orde.

“De herdenking verliep rustig en zoals gepland. De politie zegt dat er vijf mensen zijn aangehouden op of om de dam. Maar de aanwezigen hebben daar niet veel van gemerkt.” Ook hier wordt gesproken over de twee betogers die aan het einde van de twee minuten stilte van zich lieten horen. Ditmaal wordt er nog een straatinterview aan toegevoegd met een omstander die haar motieven verdacht maakte: “Ze waren erop uit. Ze hadden vlaggen onder de kleding gestoken. Dus het was met opzet.”

Ook de mensen die tijdens de speech van premier Schoof hem de rug toekeerden werden gedelegitimeerd als ‘smetten’ op een voor de rest waardige herdenking. “Ook tijdens de speech van premier Schoof keerde een aantal mensen hem de rug toe. Het waren kleine smetjes op wat voor de rest als een waardige herdenking werd ervaren.” Nieuwsuur voegt ook nog wat beelden toe van een straatinterview. Nieuwsuur vraagt aan een man: “Wat vindt u ervan dat mensen dat toch aangrijpen?” Hij antwoordt: “Nou, verschrikkelijk. Ik kan me voorstellen wat er aan de hand is natuurlijk, maar doet het niet hier.”

Opnieuw is de verslaggeving over de alternatieve herdenking onvolledig en onjuist. Er wordt dit keer gezegd: “En in Den Haag was er een alternatieve herdenking voor mensen die stil willen staan bij conflicten en oorlogen van nu. En daar kwamen zeker duizend belangstellenden op af.”

Dat ook hier nadrukkelijk het verleden werd herdacht, wordt niet vermeld. En dat er meer dan drieduizend mensen bij aanwezig waren evenmin. Ook hier wordt de geloofwaardigheid subtiel ondergraven met zinnen als: ‘Op wat de organisatie noemde de alternatieve nationale herdenking.’ En: ‘Herdenken, vinden ze hier, moet niet zoals op de Dam alleen over Nederlandse slachtoffers gaan.’ En: ‘waar de zorgen hier bij veel aanwezigen het grootst over zijn, is Gaza.’

Het Nieuwsuur-item eindigt met: “En dan gaan we van deze oorlog naar een land waar het even vrede leek…”

Leren van het verleden, uitspreken in het heden

Ik schrijf dit opiniestuk omdat ik getuige was van een herdenking die veel mensen hoop geeft en omdat het pijnlijk is te zien hoe zelfs serieuze media deze ervaring reduceren tot een voetnoot. Want als je ziet wat er werkelijk gebeurde, dan zie je: moreel gezien heeft de alternatieve herdenking al gewonnen.

Er is niets mis met vragen stellen over vormen van herdenken. Maar er is wél iets mis als een betekenisvolle, inclusieve en waardige herdenking wordt geframed als “activisme”, en als mensen die hun ogen niet sluiten voor onrecht worden weggezet als “verstorend”. Het doet denken aan het boek Protesteren voor beginners van Lodewijk van Oord, die uitlegt hoe er verschillende manieren zijn voor machthebbers om verzet zo lang mogelijk tegen te werken.

Als betrokkene bij Docenten voor Palestina ben ik trots dat we als docenten onderdeel waren van deze herdenking. Dodenherdenking is ook onderdeel van onderwijs. Wij herdenken omdat we willen dat dit nooit meer gebeurt. We willen leren van onze fouten. Dat is waar herdenken om draait. Zoals Hedy d’Ancona zei: het verleden en het heden zijn onlosmakelijk verbonden. Zoals Mohammed Zaanoun zei: laat Gaza niet bloeden in stilte. Zoals Gloria Wekker liet zien: zelfreflectie is essentieel. Zoals Mustafa Hadziibrahimovic zei: de tijd om te zwijgen is voorbij.

Bekijk de Alternatieve Nationale Herdenking via deze videolink terug.

1734539412694

Waldo Swart

Waldo Swart is een schrijver die zich richt op het Nederlands buitenlands beleid ten aanzien van het Midden-Oosten, met een speciale nadruk …
Profiel-pagina
Al 2 reacties — praat mee.