Niet echt behulpzaam

Natuurlijk waren er ook tegenwerpingen die volstrekt binnen de grenzen van het betamelijke vielen. Echt behulpzaam vond ik deze reacties niet. Je zult mij niet horen zeggen dat tekstdichter Willem Barnard, die prachtige teksten heeft geschreven, racistisch is zoals Elma Drayer in de Volkskrant mijn standpunt fijntjes framede. Ik betwijfel ook of dit lied succesvol opgehemeld kan worden als een pleidooi voor emancipatie van minderheden zoals Marco Derks voorstelde in zijn reactie op deze site. Zijn aanval op mijn hartenkreet – overigens beslist grondiger uitgewerkt dan mijn protest, dat geef ik direct toe – ervaren veel blanke mensen als een pleister op de wonde. Maar ik vind het vooral de deksel op de neus van degenen voor wie racisme een alledaagse realiteit is. Tegenover schaamte, verlegenheid of boosheid zet hij duiding en een extra couplet. Maar wat heb ik aan een diepgaand betoog van een arts over bloedvaten als iemand keihard tegen mijn been schopt? Daarmee verdwijnt de pijn niet en het conflict is ook niet over. Ook het voorstel van Derks om een nieuwe strofe aan dit lied toe te voegen over ‘flikkers’ loste voor mij het probleem niet op. Je borst ontbloten om jouw verwondingen te tonen, wanneer iemand vertelt waar bij hem of haar de pijn zit, is ook een vorm van ontkenning. De ene geuzennaam is de andere niet.

Pijnlijk

Etnische groepen geven zelf duidelijk aan dat zij het vernederende woord ‘neger’ afwijzen, al was het maar omdat het woord tot de afschaffing van de slavernij officieel ‘zwarte slaaf’ betekende. Het Jodendom terugbrengen tot de Holocaust met ‘Joden met hun ster’ in een lied dat niet in de laatste plaats de triomf van christelijke geloofsgetuigen en hun theologie bezingt, vind ik ook pijnlijk. Dat de Joden uitgerekend in Jeruzalem aan het einde der tijden in een christelijke geloofsvoorstelling belanden waar zelfs één couplet daarvoor Luther die antisemitische denkbeelden koesterde, als held is binnengehaald, geeft mij te denken.

Ik was om

Ik ging ook te rade bij Nancy Jouwe. Zij onderzoekt de Nederlandse omgang met het slavernijverleden. Toen ik haar vroeg waar de weerstand vandaan komt, berichtte ze me: “Dat mensen worden geleid door een gekend cultureel archief waarin het gebruik is genormaliseerd. Ten tweede zie je een gebrek aan identificatie over waarom dit pijnlijk zou kunnen zijn. Ten derde is er onwil en gebrek aan kennis om te praten over raciale kwesties, zeker bij oudere generaties”. Dat herkende ik. Toen het debat over Zwarte Piet losbarstte was mijn eerste impuls ook om de ‘Pietitie’ voor Zwarte Piet op Facebook te liken. Maar Sylvana Simons deed mijn mening kantelen toen ze in een talkshow op tv een beroep deed op empathie. “Zwarte Piet doet mij pijn”, zei ze. “Waarom kunnen mensen dan niet liefdevoller reageren op die pijn in plaats van die te ontkennen, weg te masseren of belachelijk te maken?” Ik was om.

Één pot zwart nat

Ik verlies mijn witte onschuld wanneer ik toegeef dat deze tekst van Willem Barnard mensen bezeert. Dat gaat niet zonder slag of stoot. Ik voel mij daar buitengewoon ongemakkelijk bij. Gelukkig legde Monic Slingerland dit weekend in Trouw nog eens precies uit wat er in het lied van Willem Barnard gebeurt: “Barnard heeft zich helemaal uitgeleefd in zijn gezongen schets van de groep gelukkigen die op weg zijn naar het hemelse Jeruzalem. Maar liefst 16 coupletten verzon hij erbij. Wie komen er voorbij? David, Maria, Ambrosius, Hanna, Luther en Bach. En dan de negers met hun loftrompet, de Joden met hun ster. Meteen is het dus gedaan met de namen. De ‘negers’ hebben geen naam. Barnard beschrijft ze als anonieme groep. Daarin zit het venijn (…) voor hem zijn alle zwarten naamloze leden van een zielige groep armen en achtergestelden. Één pot zwart nat”.

En daar wil ik dus van af. Een traditie is meer dan een buiging voor het verleden. Een traditie is ook een programma voor de toekomst. Of zoals de componist Gustav Mahler ooit zei: “Traditie is het doorgeven van het vuur, niet het aanbidden van de as”. Daarom zeg ik niet op al het mensenwerk uit de christelijke traditie ‘ja en amen’. Willem Barnard was een kind van zijn tijd. Ik hoor bij deze tijd. En onze tijd heeft nieuwe taal nodig om de tegenstellingen in onze samenleving te overbruggen. Daar is het mij om te doen. Of zoals psalm 98 jubelt: “Zing voor de Heer een nieuw lied”.

Tom Mikkers

Theoloog

Remonstrants theoloog en werkzaam bij de Evangelische Omroep
Profiel-pagina
Al 13 reacties — praat mee.