Door: Heleen Joziasse

Maar we genoten, we voelden ons verbonden met de mensen die ons ontvingen in hun gammele huizen. Ik was onder de indruk van de ongecompliceerdheid van het leven en het naakte feit dat niets vanzelfsprekend is: gezondheid niet, werk niet, studie evenmin (dat gaf mij later de motivatie om door te gaan) en zelfs niet de suiker in je thee.

Dan zit je onder een helblauwe lucht met donzige witte wolken en felgele acaciabomen en komen er twee vrouwen over het uitgesleten pad door de velden je richting op. Zij gaan je niet voorbij zonder te groeten, te vertellen waar ze vandaan komen en waar de tocht naar toe gaat. Wij verstaan dat niet, maar dat geeft niet.

Bidden en danken werden minder vreemd, en eigenlijk wel noodzakelijk. Kortom: Daar besloot ik verder te gaan met mijn studie theologie.

Nu na bijna 25 jaar ben ik terug in Kenia. Maai Mahiu is veranderd van een klein dorpje aan een doorgaande weg te midden van ongerepte savanne, in een klomp asfalt met aan weerskanten van de snelweg benzinepompen, hardwarewinkels, hotels, cafés en natuurlijk bordelen. Sinds augustus (dus nog maar net) zijn we aan het werk in St. Paul’s University, aan de theologische faculteit op nog geen 20 km afstand van het dorpje dat mijn eerste liefde was. Het is veel minder makkelijk om je nu verbonden te voelen met de huishoudelijke hulp die je was ophangt, laat staan met alle hangmannen in ons dorpje die ’s morgens om negen uur al een geur van gin en zweet verspreiden.

Eigenlijk is het vooral aftasten in hoeverre ik verbonden wil zijn met de mensen hier en in hoeverre je afstand kunt en moet houden. Voor de studenten van de universiteit geldt dat in zekere mate ook. Natuurlijk ben ik gekomen om te leren en me te verbinden, maar hoe doe je dat als je je levensgroot bewust bent van de verschillen en de machtsverhoudingen. In het Westen zijn we toch vooral bezig om ons lot niet te verbinden aan de ‘derde wereld’. Tegelijkertijd doen we het omgekeerde wel: het lot van de Kenianen wordt gedicteerd door de grillen van onze economie. De rozen worden met vrachtwagens tegelijk uit onze Keniaanse regio geëxporteerd naar Aalsmeer en op hetzelfde moment lijden minstens een miljoen Kenianen honger en leeft 40% onder de armoede grens.

En toch, wanneer de theologiestudentes samenkomen om te zingen en te bidden en elkaar te bemoedigen, dan steekt het soms wel de kop op: een gevoel van verbondenheid, even uitstijgen boven de verschillen.

Ik kan mijn lot niet verbinden aan deze vrouwen, nog niet, of nooit niet. Maar misschien is dat mijn zonde, onze grootste zonde, om maar een populair woord van hier te gebruiken…

Heleen Joziasse werkt namens Kerk in Actie aan de theologische faculteit van de St. Paul’s University in Limuru, Kenia. Zij geeft onderwijs en doet onderzoek op het gebied van Systematische Theologie en Vrouwenstudies.

U kunt gratis verder lezen

Klik deze melding weg via het kruisje. Maar goede artikelen schrijven kost geld. Steun daarom onze schrijvers en word al vanaf € 5 per maand Vriend/in van Nieuw Wij.

Ik lees eerst het artikel verder.
Nog geen reactie — begin het gesprek.