Heeft het leven zin? Die vraag zal ik eens eventjes uit de doeken doen ;-). Waar ik mij vaak wel vinden kan in de analyses van Van Rossem, gaan onze wegen in deze vraag radicaal uiteen. Niet dat ik het tegenovergestelde ga beweren: dat het leven wel zin heeft. Ik constateer dat de vraag op zichzelf geen zin heeft.
Wie leeft, wie werkelijk leeft, wie leeft tot in zijn nieren – bijbelse uitdrukking voor: het diepste innerlijk – stelt die vraag niet. Op momenten dat je leeft, werkelijk leeft, tot in je nieren leeft, ben je niet met die vraag bezig. Die doet er dan niet toe. Want je leeft.
Wanneer leef je werkelijk?
Als je leven bedreigd wordt
Wanneer leef je werkelijk? Bijvoorbeeld als je leven aan een zijden draadje hangt. De mensen in Gaza die de bombardementen proberen te overleven zullen zich niet de vraag naar de zin van het leven stellen. Zij willen leven. Iedereen hangt aan het leven op het moment dat je dreigt het te verliezen. Een vrouw vertelde over haar man die nogal depressief in het leven stond en er structureel geen zin meer in had, tot… er een agressieve kanker bij hem werd gesignaleerd. Ze moest er bijna om lachen toen ze het vertelde: hoe hij als een speer uit zijn depressieve schulp kroop en zijn best ging doen om te overleven, want, zei ze: ‘Hij wil niet dood!’
Bekend is natuurlijk ook het gedicht van Jacqueline van der Waals waarin zij, na de Annunciatie van haar naderende einde, hartstochtelijk het leven haar liefde verklaart:
‘ …’t dennenbosje geurde, en de rozen,
en ‘k had het leven nooit zo lief gehad.’
Geen spoor van vraag naar de zin van het leven.
Mensen gaan geloven omdat het leven betekenisloos is, zegt Van Rossem. Daar geloof ik niets van! God, religieus gevoel, mystiek, dat zijn geen zaken die je bedenkt om ergens een positieve draai aan te geven. Het is niet vanuit een negatieve ervaring, dat zoiets als God zich aandient in je bewustzijn, integendeel, de ‘dingen van God’ wellen op uit een positieve bevinding. Niet vanuit een gebrek, maar vanuit overvloed.
Zin van het leven ervaar je niet vanuit een wanhopig zoeken naar betekenisgeving, maar wordt je geschonken vanuit dankbaarheid. In mijn puberteit was het de schoonheid van het morgenlicht, felgeel, bloeiend koolzaad, purperen herfstluchten, de peilloze melancholie in koeienogen en nog zoveel meer, die mij elke vraag naar de zin van het leven deden vergeten en mij alleen maar onderdompelden in levenslust en mateloze verwondering.
Onlangs stuurden vrienden vanuit Zweden mij een filmpje van een door maanlicht beschenen sneeuwlandschap, waar op z’n dooie gemakje een lynx doorheen wandelde… en de vreugde om het bestaan ontroerde mij voor de duizendste keer. Eenvoudigweg vanwege dat beeld.
Met een collega bezocht ik ooit de tussen bossen en weilanden gelegen Abdij van Zundert. Het was februari. Toen wij op een morgen buiten stapten om een wandeling te maken vergaapten we ons plotseling aan een wintersprookje. Een berijpt landschap, waarin elk takje en elke grasspriet wit was aangedaan, terwijl de zon laag door de nevel scheen. Aaaah!
‘Het zal een atheïst niet meevallen om God hier buiten de deur te houden…’, aldus mijn best wel rationele, vrijzinnige collega.
En dan weet ik nog wel wat. In mijn adolescentie had ik bepaald niet veel op met ‘dingen van God’ en zag ik ook niet veel zin in het leven. Tot ik de liefde en de erotiek ontdekte en in die verrukking iets van God ontwaarde. Op het moment dat je intens leeft, stel je je geen vragen meer, schreef ik, en al helemaal niet de vraag naar de zin van het leven. Dat geldt misschien wel het meest voor het orgasme.
Het is aan deze ultieme ervaringen dat God ontspringt, bij wijze van lofprijzing, en niet aan rationeel getob om betekenis aan het leven te geven vanuit een gemis.
Toen mijn lief en ik een tijdje geleden ons vijftigjarig samenzijn vierden maakten de kleinkinderen een ontroerend felicitatiefilmpje dat ik trots rondstuurde aan familie en vrienden. Een van hen, nota bene in de ontologie afgestudeerd filosoof, reageerde via de app: ‘Heel mooi filmpje! Wie zegt nu dat het leven ‘eigenlijk’ geen zin heeft? Met zo’n nageslacht is dat helemaal geen vraag!’
Inderdaad. Als ik onze kleinkinderen zie, is het helemaal geen vraag. Het is vooral de liefde die deze vraag ogenblikkelijk naar de achtergrond doet verdwijnen.
Opmerkelijk dat Van Rossem zijn eigen bewering omtrent de zinloosheid van het leven voortdurend weerspreekt. In dezelfde podcast vertelt hij hoorbaar genietend hoe hij met zijn kleinkinderen zijn verjaardag viert. Ook deze oude cynicus laat regelmatig zijn ontroering blijken en kan zijn liefde niet verstoppen, hoezeer hij ook zijn best doet om dat woord koste wat kost te vermijden.
En in al zijn andere podcasts maakt hij zich – volkomen terecht – druk over de waanzin van de wereld.
Maar waarom zou je dat doen als het leven geen zin heeft?
De vraag naar de zin van het bestaan is zinloos omdat het antwoord in de vraagsteller zelf zit.
Ieder moet, met of zonder medemensen, zin voelen en zin geven in/aan het eigen bestaan.
Prachtig! Ik heb een mail gestuurd naar Maarten met de vraag of hij hier op wil reageren. Ben zeer benieuwd!
Kun je zijn reactie naar mij toesturen?!
😃
Ik ben wel benieuwd!
Bedankt
Wat Van Rossem aangeeft is dat objectief bekeken het leven niet een vastomlijnd doel kent. Precies wat Ad ook aangeeft. Maar het staat u natuurlijk altijd vrij om Van Rossem bewust niet te begrijpen.