Mijn vriend Mohammed Kechouh zou deze vraag waarschijnlijk hebben kunnen beantwoorden. Hij had een prachtig antwoord op elke vraag die hem werd gesteld. En zelfs als hij niet direct antwoord gaf op de vraag die je hem stelde, gaf hij misschien wel antwoord op een belangrijkere vraag die je eigenlijk had moeten stellen. Maar op 20 oktober kwam ook zijn leven plotseling ten einde.
Mohammed was een nederig, mooi, vriendelijk en diep nadenkend persoon. Ik had de eer om hem samen met Samira I. Ibrahim voor NieuwWij.nl te interviewen over zijn ecologische wereldbeeld en zijn bijzondere reis naar Mekka. Samen met zijn beste vriend Rudy van der Aar besloot hij de pelgrimstocht naar Mekka vanuit Nederland op de fiets af te leggen. Ja, dat lees je goed: op de fiets. Ze deden er drie maanden over. Rudy’s intentie voor deze ris was om de pelgrimstocht op een ethische en milieuvriendelijke manier af te leggen. Mohammeds intentie was om tijdens deze trage reis te reflecteren op de tekenen van God in de natuur. De tekenen die zijn ogen nooit zouden hebben bereikt als hij gewoon in een vliegtuig was gestapt.
In Soera Al-Ma’idah, ‘De Tafel’, het vijfde hoofdstuk van de Koran, vertelt God het verhaal van Kaïn en Abel. In het verhaal vermoordde Kaïn zijn broer Abel uit jaloezie. Nadat Abel stierf, liet God op een bijzondere manier aan Kaïn zien hoe hij het lichaam van zijn overleden broer waardig moest behandelen: “En daarna stuurde God een kraai die in de grond groef om hem te tonen hoe hij het dode lichaam van zijn broer moest begraven. Hij zei: “Wee mij! Ben ik zelfs niet in staat om zoals de kraai te zijn en het dode lichaam van mijn broer te begraven?” Daarop behoorde hij tot degenen die spijt hebben.” (Koran 5:31). God stuurde een kraai (of mogelijk een raaf, de grotere broer van de kraai) om Zijn Wil bekend te maken via het gedicht van de schepping. De kraai was Gods teken voor Kaïn, die, na erop te reflecteren, zijn fouten inzag en spijt kreeg.
Als een kraai is gestorven en een andere kraai zijn dode lichaam vindt, roept hij luid: Caw! Caw! Andere kraaien die zijn noodkreet horen, vliegen vanuit verre hoeken naar de overleden kraai. Afhankelijk van de locatie kunnen zich wel honderd vogels rond het lichaam verzamelen. Samen houden deze vogels zich bezig met wat vogelaars een ‘kraaienbegrafenis’ noemen. Eerst verzamelen ze zich zwijgend rond de overleden vogel. Dan, na een kort moment van stille eerbied, beginnen ze te zingen. Gedurende ongeveer twintig minuten gaan de vogels heen en weer met hun schrille geroep, totdat het ritueel voorbij is en de vogels zich weer verspreiden. Het wordt gedacht dat deze bijeenkomsten zowel een gezamenlijke rouwbetuiging zijn als een gelegenheid om te leren over mogelijke gevaren en bedreigingen voor de gemeenschap.
Misschien zou Mohammed ons erop hebben gewezen dat we de verkeerde vraag stelden toen we vroegen hoeveel verdriet één lichaam kan bevatten, want verdriet is niet bedoeld om alleen te dragen – het is bedoeld om te delen. Mensen met ethische waarden over de hele wereld huilen en rouwen samen om de levens die in onrecht zijn beëindigd. Samen rouwen we, samen zijn we getuige en samen leren we over de bedreigingen en corruptie waar onze gemeenschappen mee te maken hebben.
In het verhaal van Kaïn en Abel hadden beide broers een offer gebracht. Abel had een offer gebracht met rechtvaardige en eerlijke intenties en zijn offer werd door God geaccepteerd. Kaïn echter had een offer gebracht met verkeerde, egoïstische intenties en God verwierp het daarom. Maar in plaats van die afwijzing te accepteren en het aan te grijpen als een kans voor introspectie en groei, gaf Kaïn de schuld van zijn falen aan zijn broer Abel. Want is het niet makkelijker om iemand anders de schuld te geven dan om echt kritisch naar jezelf te kijken?
Is het niet makkelijker voor Israël om Hamas de schuld te geven voor de genocide in Gaza dan om kritisch naar zichzelf te kijken? Maar ook: is het niet makkelijker om Israël de schuld te geven van ons antisemitisme, dan om kritisch naar onszelf te kijken?
God accepteert het offer niet van degenen die vechten voor de levens van Israëlische kinderen, maar niet voor de levens van Palestijnse kinderen. God accepteert het offer niet van degenen die zich uitsluitend uit antisemitisme of chauvinisme inzetten voor de vrijheid van Palestina. God accepteert het offer niet van degenen die wel geven om de levens van Palestijnen, maar niet om die van Afghanen. God accepteert het offer niet van degenen die het koloniale onrecht in Palestina verwerpen, maar niet in de Verenigde Staten. Maar zij die vechten voor rechtvaardigheid, hoe het er ook uitziet en wie er ook om vraagt, moge God hun offer accepteren. “O, jullie die geloven! Wees standvastig in rechtvaardigheid als getuigen van God. Zelfs tegenover jullie zelf, jullie ouders of jullie verwanten. Hetzij rijk of arm. God is beter dan beiden. Volg niet de begeerte opdat je niet onrechtvaardig zult zijn. En als jullie wegdraaien dan weet God wat jullie doen.” (Koran 4:135).
Het was een ziekte van het lichaam die Mohammed van het leven beroofde, terwijl het een ziekte van het hart is die vele andere van onze broers en zussen van het leven heeft beroofd. Een ziekte van het hart die ervoor zorgt dat het gelooft dat sommige levens waardevoller zijn dan andere. Misschien is dat de reden waarom God het verhaal van Kaïn en Abel eindigde door te benadrukken dat wie onrechtvaardig één mens doodt, de hele mensheid heeft gedood. En wie één mens redt, heeft de hele mensheid gered (Koran 5:32). Want de mensheid is de som van individuen. En al die individuele levens zijn even heilig en waardig.
Dit betekent natuurlijk niet dat mensen die zich in een situatie van systematisch onrecht en onderdrukking bevinden, niet het recht hebben om zichzelf te beschermen, zich te verzetten en te vechten voor gerechtigheid. Sterker nog, ze hebben een verplichting om dat te doen. Kraaien zijn zeer intelligent en het zou dwaas zijn om aan te nemen dat, wanneer ze horen van een bedreiging voor hun gemeenschap, ze gewoon de ene begrafenis na de andere zouden houden zonder kennis te nemen van de bedreiging en ertegen in opstand te komen. Misschien moeten we ons daarom afvragen hoeveel verdriet onze lichamen collectief moeten bevatten voordat we tot actie overgaan.
Voor mij persoonlijk is de kraai een symbool van solidariteit geworden. Ik bevond me ooit in een vervelende situatie toen mijn auto het begaf, midden in de woestijn in Arizona. Ik reisde alleen en stond langs de kant van de weg in de brandende zon. Godzijdank had ik een mobiele telefoon met bereik en kon ik om hulp bellen. Maar de hulp zou pas drie uur later komen. Ik had dus alle tijd van de wereld om de tekenen in mijn omgeving te lezen. Een Amerikaanse kraai was bij het portier van mijn auto geland op het moment dat deze kapot was gegaan. Hij week niet van mijn zijde totdat de auto was weggesleept en ik in veiligheid was gebracht. De kraai kon mijn auto net zo min repareren als ik, maar toch herinnerde zijn aanwezigheid me eraan dat ik niet alleen was. De kraai herinnerde me aan het verhaal van Kaïn en Abel en aan het feit dat deze situatie niets anders was dan een test die snel weer voorbij zou zijn. Dus deelden we het eten dat ik nog in mijn auto had tot de drie uur voorbij waren.
Als we echt niets kunnen doen om tegenspoed weg te nemen, laten we dan op zijn minst solidair zijn met degenen die ermee te maken hebben. Laat het ons doel zijn om hen geen moment te laten twijfelen of ze er alleen voor staan. Laat het ons doel zijn om steun en gedachtenis te bieden.
Laten we de nalatenschap van Mohammed Kechouh eren door de tijd te nemen om te vertragen en Gods tekenen overal om ons heen te lezen, te beginnen met de lessen van de kraai.
Deze tekst werd oorspronkelijk gepubliceerd in het Engels op Gift from the Heavens: Musings of a Muslim birder on ethics, faith and the environment, een blog van Wietske Merison.