Liogier brengt ons in een uur langs een keur aan onderwerpen. Van hoe de oude Grieken aankijken tegen natuur en oneindigheid, tot hoe de new-age-beweging de wereld doordringt. “Als je in de jaren tachtig was gaan slapen en nu pas wakker zou worden, kun je denken dat de hippies de stad hebben overgenomen”, zegt Liogier. De Franse denker heeft ons er in dat uur van proberen te overtuigen dat wij allemaal kinderen van onze tijd zijn. Dat veel van onze overtuigingen over de wereld en het goede tijdgebonden zijn, en niet universeel. Hij geeft als voorbeeld dat we nu groene perkjes aanleggen in onze steden, maar vroeger de natuur juist zoveel mogelijk wilden weren. Een ander voorbeeld, er zijn Braziliaanse stammen die de natuur haten. Inderdaad was ik al eens opmerkzaam gemaakt over de overeenkomsten tussen de Braziliaans-Portugese woorden voor vermoorden, matar en oerwoud, mata.
Na dit betoog denk ik: Heb ik het nu gemist? Het zou toch gaan over religieuze eenwording? Gelukkig stelt interviewer Paul Vermeer dan toch de grote vraag aan Liogier: “Zullen de verschillen tussen religies uiteindelijk verdwijnen?” Liogier: “Ik durfde het eigenlijk niet te zeggen, maar ik doe het toch: ze verdwijnen. Hoe meer religieuze verschillen worden gewaardeerd, hoe harder ze zullen verdwijnen.”
Volgens Liogier vindt alle religieuze verandering plaats op drie domeinen. Deze drie domeinen functioneren in zijn woorden als ‘muzikale thema’s’ en zijn met elkaar verbonden. Ze worden gekenmerkt door een gezamenlijk voorvoegsel. Volgens Liogier zijn alle religieuze bewegingen in deze tijd: hypertraditioneel – ze gaan terug naar hun ‘ware wortels’ in de oudheid –hypertechnologisch en hypernatuurlijk.
Neem een crème tegen een willekeurige aandoening. Op het etiket staat vermeld dat de crème werkt op quantum-niveau (hypertechnologisch), maar dat hij alleen maar uit natuurlijke ingrediënten (hypernatuurlijk) bestaat en dat de Maya’s hem ook al gebruikten (hypertraditioneel).
Via dit principe, meent Liogier, lijkt een charismatische katholieke stroming meer op een nieuw-evangelisch protestante stroming dan op haar origine. Andersom geldt dit volgens hem ook. Hij geeft een sprekend voorbeeld van een charismatische katholieke stroming die massaal overging naar een nieuw-evangelisme, maar tegelijkertijd probleemloos een bedevaart naar de Heilige Maria ondernam.
“Maar we zien toch juist een toename in het lidmaatschap van kerken die aan de behoudende kant van het spectrum zitten?”, vraagt Paul Vermeer. Dat is, antwoordt Liogier, het domein van hypertraditionaliteit. “Daarmee lijken ze zich af te zetten tegen de verandering, maar maken ze er toch onbewust deel van uit.” Als voorbeeld geeft hij Aborigines die, als de toeristen komen, snel hyperinheems gaan doen, waarmee hun cultuur juist sneller verdwijnt. In plaats van ons te waarderen, doen ze alsof en voeden ze onze ondergang, zou de Aborigine in kwestie hebben gezegd.
Bij mij gaan er alarmbellen af als Liogier vertelt over de dimensie van hypertraditionaliteit. Dat het je afzetten tegen religieuze veranderingen ook onderdeel is van die veranderingen zelf. Op deze manier vallen alle waarnemingen binnen je theorie en zal alles wat je waarneemt je theorie bevestigen. De theorie wordt op deze manier niet falsifieerbaar en is daarmee niet wetenschappelijk. Gelukkig vraagt Paul Vermeer dit ook aan hem. Zijn antwoord is dat hij helaas niet genoeg tijd heeft om het uit te leggen.
Maar toch, zo makkelijk is zijn verhaal niet aan de kant te zetten. Dan toch maar even wachten op de vertaling van zijn nieuwe boek: Souci de soi, conscience du monde. Vers une religion globale? Zou hij de falsifieerbaarheid daarin wel uitwerken?
Raphaël Liogier is directeur van de onderzoeksgroep Observatoire du religieux. Daarnaast is hij hoogleraar godsdienstsociologie en –filosofie aan de Université d’Aix en aan het Institut d’Études Politiques in Aix-en-Provence. Hij publiceert regelmatig over de rol van christendom, boeddhisme en islam in onze samenleving.