Dit is een revolutionair standpunt. Tot voor kort gingen theologen immers uit van de christelijke boodschap. Ganzevoort wil dit loslaten. De samenleving is namelijk sterk veranderd, waardoor het christelijk spreken ‘zombietaal’ is geworden. “Theologie dreigt daarmee een reliek te worden van vervlogen tijden, alleen herkend en erkend door geloofsgenoten, maar volstrekt irrelevant voor de rest van de samenleving”.

De remedie voor dit probleem staat in de ondertitel van het pamflet: ‘de theologie moet haar claim op de waarheid opgeven’. Als theologen niet meer claimen dat het christendom waar is, kunnen deze levensbeschouwelijke specialisten inderdaad gaan proberen mensen te helpen om een keuze te maken uit allerlei soorten religieus en levensbeschouwelijk aanbod, als makelaar dus.

Zijn de problemen van de theologie dan opgelost? Zo simpel is het niet voor deze beroepsgroep in crisis. Ganzevoorts metafoor van de makelaar maakt dat pijnlijk duidelijk. De markt van de theologen is net zo goed ingestort als die van de huizenmakelaars. Steeds meer mensen vinden bovendien hun weg wel zonder bemiddelaars. De huizenmakelaars produceren rapporten, schrijven prijsvragen uit op zoek naar het ei van Colombus, en verzinnen nieuwe producten. Ze zijn in verwarring over de juiste strategie om te overleven. Net als de theologen. Het is ook een imagoprobleem.

Huizenmakelaars staan in hetzelfde rijtje als autoverkopers, politici en paaldanseressen. Theologen mogen zich daar nu bij aansluiten – wel een heel christelijke gedachte.

De wortel van de crisis ligt in beide branches bij een gebrek aan geloof – in de markt, in het ambt of in God en het bovenwereldse bouwwerk daaromheen. Ganzevoort hoopt de geloofwaardigheid van het beroep te herstellen door het loslaten van het geloof in de waarheid van religieuze voorstellingen. Maar als zoiets halfslachtig gebeurt, heeft het geen kans van slagen en bevestigt het alleen het beroerde imago.

En Ganzevoort doet het halfslachtig. Hij stelt namelijk voor dat theologen stoppen met het gebruik van het zombiewoord ‘God’ als ze met de buitenwereld spreken. Daarvoor in de plaats moeten ze dan ‘het heilige’ gaan gebruiken. De buitenwereld mag vervolgens toch verwachten dat dat heilige niet voor waar hoeft te worden gehouden?

Alle geloofsvoorstellingen van de mensheid wil Ganzevoort wel relativeren. Maar niet het bestaan van ‘het heilige’, dat voor hem een mysterieuze en ontzagwekkende dimensie is die boven het gewone uitstijgt en waarmee mensen contact zoeken. Dit heilige is ‘betrouwbaar’ en verschaft ‘grond onder de voeten’, stelt hij. Het is de bron waar alle religies uit putten.

Op zich is dit natuurlijk een respectabel geloof. Maar als de makelaar tegelijkertijd zegt dat hij afziet van theologische waarheidsclaims, verliest hij zijn geloofwaardigheid.

Klik hier om de eerste pagina’s van het pamflet van Ganzevoort te lezen.

Koert van der Velde

Religiejournalist

Gepromoveerd op Flirten met God, religiositeit zonder geloof.
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.