Burgers met een migratieachtergrond worden in dit land geframed als fundamentalist, crimineel, ‘buitenlander’, ‘achterlijk’. En nu kies ik nog voor de enigszins ‘milde’ benamingen. En dat jaar in jaar uit, buiten, op straat, op school, op het werk, in het publieke domein, door politici en vooral in de media. Mensen hebben geen idee hoeveel energie het kost om je als burger met een migratieachtergrond continue te moeten bewijzen, blijven verantwoorden dat je ‘okay’ bent zodat mensen je niet wantrouwen, voortdurend onderbouwen waarom jij en jouw kinderen en kleinkinderen echt wel recht hebben om gelijk en rechtvaardig behandeld te worden.
Altijd maar in die automatische piloot van claimen, verantwoorden en blijven strijden voor je grondrechten. Alsof jouw grondrechten bij iedere politieke koerswijziging van je afgepakt kunnen worden. Bij iedere verkiezingsuitslag je hart vast moeten houden bij het afwachten van de uitslag: en….word ik nu eindelijk geaccepteerd als medeburger van dit land? ‘Mag’ ik nog steeds hier zijn? Of word ik alsnog naar een ver weg land (waar?) gestuurd of wordt mijn Nederlandse nationaliteit van me ontnomen bij een milde overtreding. Voor altijd de on hold burger. Enig idee wat dit doet met jouw zelfbeeld? Niet veel goeds kan ik uit ervaring zeggen.
Een groeiende groep Nederlanders voelt zich aangevallen door de uitspraken van activistische politici, denk aan Sylvana Simons van Bij1. Deze burgers hebben het gevoel dat ze voor racist worden uitgemaakt, ze zijn boos en gekwetst. Ze voelen zich vernederd en hebben het gevoel dat hun identiteit, geschiedenis, culturele waarden in twijfel wordt getrokken. Los of dit terecht of onterecht is, wat ze vergeten te bedenken is dat wat zij nu meemaken iets is dat minderheden, in het bijzonder burgers met een migratieachtergrond (en iedereen die je kan scharen onder zwart en ‘mensen van kleur’) al meerdere decennia ervaren. En het neemt toe.
Wetenschappers Coenders, Lubbers, Grotenhuis, Thijs en Scheepers (2015) constateren dat vanaf de jaren tachtig het percentage van de Nederlandse bevolking dat nadrukkelijke steun uitspreekt voor etnische discriminatie gestegen is. Het gaat met name om een negatieve houding tegenover minderheden. In 1985 lag deze rond de 25 procent en in 2011/2012 rond de 50 procent. Dat mensen het oké vinden om zich steeds openlijker negatief te uiten over minderheden is ernstig, giftig en onmenselijk. Het slaat alle hoop en positivisme uit je lijf en geest. Het laat je soms met lege handen achter en, in het ergste geval, ontneemt het je waardigheid.
De enige manier jezelf te herpakken als burger met een migratieachtergrond is jouw contacten en vriendschappen met al jouw ‘witte’ Nederlanders te blijven onderhouden en je niet isoleren. Denk niet dat alle ‘witte’ Nederlanders tegen je zijn. Blijf wandelen met je grote vriend Jan die je van leesboeken voorziet en wijze levenslessen deelt. Blijf je buurvrouw Nancy vragen je kinderen naar school te brengen als je een keer ziek bent en gezellig samen te eten. Of Marlous op het schoolplein te appen bij je kinderen te staan als je in de file bent beland en ze later ophaalt. Of bij Marieke je hart luchten over de zorgelijke ontwikkelingen in het land. Blijf overleggen met je collega’s Hanneke en Annemarie als je vastloopt in je werk.
Hoe aantrekkelijk het ook is om je op zulke momenten terug te trekken… doe dat niet! Blijf Nederland als jouw land zien. Ook als je soms het gevoel hebt dat het land je de rug toekeert. Want Nederland is en blijft een prachtig land waar je als burger met een migratieachtergrond ook trots op mag zijn.
Een waarheid als een koe! En mag ik hier even aan toevoegen dat, wanneer we ver genoeg teruggaan, (nagenoeg) iedere inwoner van dit land een “migratie-achtergrond” heeft?