Maar wacht eens: als één persoon zoveel macht kan vergaren, dan kan tegenmacht ook van een enkeling uitgaan. Niet dat die tegenmacht hetzelfde recept voor conflictregeling zou moeten volgen als dat van Poetin. Ook al jeuken ieders vingers om met overweldigende militaire macht terug te meppen, het blijft dezelfde moorddadige aanpak. Haviken zijn er genoeg, nu de vredesduiven nog. En een paar uilen die spelen met wijze tegenmacht.
Bijvoorbeeld een econoom die voorrekent dat een oorlog zoveel verlies van kapitaalgoederen veroorzaakt dat alleen wie niet kan rekenen eraan begint. En die dan de factuur voor alle aangerichte schade naar het Kremlin stuurt.
Bijvoorbeeld een taalwetenschapper die het jargon analyseert: speciale actie? denazificatie? En die dan de onzin van dit soort betekenisgeving laat zien.
Bijvoorbeeld een polemoloog die de rol van de wapenindustrie verkent. En die dan duidelijk maakt wie aan de oorlog verdient.

Bijvoorbeeld een levensbeschouwelijke leider, een anti-Kirill, die herinnert aan menselijke kernwaarden. En die dan klokkenluider wordt.
Oké, dan nog is de vraag hoeveel speelruimte een speelse enkeling aan tegenmacht kan ‘veroveren’ of ‘rekruteren’. Eén voordeel: spel is als machtsmiddel niet levensbedreigend.
De speelse houding van één mens kan ontwapenend werken. Ook letterlijk: denk aan de eenzame demonstrant voor de rijdende tank in 1989 op het Tiananmenplein (‘plein van de hemelse vrede’). Een cabaretier prikt in zijn eentje door veel poeha heen. Persoonlijk charisma – denk aan Zelenski! – kan motiveren. Sociale media maken een enkeling tot opinieleider. Ieder mens is een spraakmaker, een woordvoerder.
Eenling, voel je al je hart onder de riem?