Ik, als workshopleider, deed nog mijn uiterste best om het gesprek weer op gang te brengen: een andere werkvorm, een nieuwe invalshoek, opsplitsen in groepjes en zo de verantwoordelijkheid bij de deelnemers leggen. Niets hielp. Het verketteren van goedbedoelde ideeën ging door en de meest gehoorde woorden waren: “nee”, “dat hebben we al geprobeerd” en “ja, jij wilde dat, maar jij faalde”.
Met een paar deelnemers evalueerde ik de sessie. En we waren het erover eens: alle anderen hadden zich wat constructiever op moeten stellen. Alle anderen, behalve wijzelf.
Pas later begreep ik dat ik als leider iets belangrijks achterwege had gelaten. Ik was de enige echte brainstormregel vergeten: “Zeg op alles ‘ja’! ‘Nee’ is verboden, ‘kan niet’ kan niet, ‘mag niet’ mag niet en ‘hebben we al geprobeerd’ is als argument al veel te vaak geprobeerd. Zeg op alles ‘ja’!”
Aan dit falen moest ik denken toen ik – in de aftermath van onder andere de verwijten rond de Amerikaanse presidentsverkiezingen, de opnieuw verhitte discussies rond de Nederlandse sinterklaasintocht, en het juridisch moddergooien tijdens proces tegen Geert Wilders – het bericht hieronder op Facebook gedeeld zag worden.
Dit bericht is van een soort dat ik ook in Nederland steeds vaker lees en het maakt mij kwaad. Niet zozeer om de emotie van waaruit dit soort berichten geschreven worden (die is zonder twijfel oprecht). Wel omdat ze mij evenzeer monddood maken als witte mensen eerder gekleurde mensen monddood maakten. De bottomline van de boodschap aan mij is vaak: “Jij bent wit en man, jouw soort heeft het allemaal fout gedaan, dus je kunt maar beter zwijgen over een kwestie die ook jou aangaat en waar jij je ook zorgen om maakt, namelijk hoe mensen met diverse achtergronden met elkaar omgaan.” En dat is gek, want of je wilt of niet, als blanke, Nederlandse man heb ik een van de achtergronden die een rol spelen in de kwestie. Door dit soort uitlatingen worden geen nieuwe wegen geopend, maar verstomt het gesprek opnieuw. Het samenwerken aan een betere wereld dooft uit. De brainstorm met mooie, enthousiasmerende ideeën komt niet op gang of valt stil en we kijken elkaar opnieuw wantrouwend aan.
Maar laat ik eerlijk zijn: alleen al dat ik dit schrijf, is uitermate verdacht. Ik kan en mag dit niet zeggen. Ik ben immers deelnemer aan het mislukkende gesprek. En bij eerdere mislukkingen stond mijn soort vooraan. In het beste geval wordt mij de mond gesnoerd met het verwijt dat mijn “white privilege is showing”, in het slechtste geval laat ik mij meesleuren door mijn eigen emoties, wijs ik beschuldigend van mij af en snoer ik de ander daarmee de mond.
Toch kan het zo niet langer. Dat mensen uitgesloten worden van het gesprek en dat het gesprek doodvalt, is funest voor onze samenleving en onze democratie. Er moet iets gebeuren. Iemand moet opstaan als algemeen geaccepteerde leider van de brainstorm. Iemand moet constateren dat het zo niet werkt en dat het tijd wordt om echt met elkáár in gesprek te gaan en om constructief naar elkáárs ideeën voor de toekomst te luisteren. Om die ideeën niet meteen in de prullenbak te gooien – zelfs niet als ze lijnrecht tegen de eigen opinie ingaan – maar ze aan te vullen met nieuwe, ongedachte ideeën, net zo lang tot hét idee boven komt drijven: hét idee waar wij allemaal enthousiast van worden of waar we op zijn minst allemaal achter kunnen staan als het beste idee dat we tenminste samen hebben bedacht. Niet het idee van één persoon of één groep, die zich vervolgens trots op de borst kan kloppen, maar een idee van ons sámen.
Hoe anderen er ook over denken, ik heb een ontstellend grote behoefte aan zo iemand.
Daarom stel ik bij dezen een nationale vacature open: Ervaren, algemeen geaccepteerde Brainstormleider (M/V) gezocht!
Zo, dat komt binnen. Mooi dat er ook eens echt verbindende geluiden over dit onderwerp op Nieuwwij.nl te vinden zijn. We zullen echt allemaal blij moeten zijn met een oplossing, en niet alleen de progressieve clubs.
Goeie blog Alfard! Je geeft woorden aan wat ik al tijden denk. Ik heb je bij JOP al leren als een inspirerend persoon: Mooi om te zien dat jij nu ook op deze plek je ideeën en ervaring kwijt kan! Groet, Marijke Freeke-Honders
Dag Alfard,
Caitlin Lowery zegt volgens mij niet dat jij je mond moet houden.
Maar ze wijst er – m.i. terecht – op, dat het nogal wat verschil maakt, of je potentieel slachtoffer bent van geweld of niet. ‘Samen verder’ dat zulke verschillen niet benoemt vertrouwt ze niet – al weer: volgens mij terecht.
Als je zulke verschillen wel respecteert, wordt dat ‘samen verder’ een stuk lastiger. Vooral luisteren, vaak niet goed weten wat je moet zeggen – een beetje hinkend, zoals Jakob na Pniël. Nogal moeizaam, dus.
Maar er is niet zoveel alternatief.
En liever dit dan nog meer luchtfietserij waar je alleen maar moe van wordt of erger.
Goedemorgen,
Dank voor uw artikel. U noemt wat mij betreft een belangrijk punt: het lijkt erop dat mensen niet meer met elkaar in gesprek gaan, het gesprek stokt door uitlatingen waar een oordeel onder zit. Een oordeel dat de gesprekspartner discrimineert (maar jij bent een man), bagatelliseert (hoe weet jij dat nou?), negeert (jij bent geen …. (vul in)) of diskwalificeert (jij kan hier niets van weten, want… (vul in)).
En dan stokt het gesprek.
Ik zou graag willen dat mensen open, nieuwsgierig, respectvol en met waardigheid met elkaar in gesprek gaan.
Maar…… Hoe doe je dat?
Benoem waarom het gesprek stokt wat jou betreft zonder oordeel erin te zetten, maar bij je eigen waarneming en gevoel te blijven. (Lees over dit in: Geweldloze communicatie van Marshall Rosenberg)
Ik probeer zelf altijd zo veel mogelijk vragen te stellen en probeer te begrijpen waarom iemand een bepaald oordeel heeft. Weten we niet allemaal dat er altijd twee of meer kanten aan een zaak zitten?
Een goed gesprek verbindt. Ik ervaar dat als mens worden: Ik ben omdat wij zijn.
Ik volg dus graag je goede voorbeeld en zal me inzetten om die verbinding mogelijk te maken.
Met hartelijk groet
Zo grappig. Alweer een witte man die het niet aan kan dat hij niet automatisch als autoriteit wordt geaccepteerd. En dat terwijl de fiascoles van het brainstormen nog wel was: zeg ja, en, zou ik willen toevoegen, kaken op elkaar. Het citeerde facebookbericht bevat enkele waarheden als koeien. Racisme zal de schrijver van het bovenstaand stukje niet treffen. Hij hoeft zich in welk gesprek dan ook, nimmer te verantwoorden voor wat zijn geloofs – of sekse – of welstandgenoten elders ter wereld uitvreten. Er is dreiging, maar die zal hem niet treffen. Dan klagen dat het zo naar is, dat je uitgesloten wordt van een gesprek is bij voorbaat afwijzen wat de andere meedeelt. Ik een racist? Hoe kom je er bij? Ik onbewust van mijn privileges? Hoe kom je er bij. Het is de ziekte van “white innocence”, waarin “liefde” en “laten we toch niet polariseren maar verbinden” worden gebruikt om de ander er van te weerhouden zelf de inhoud en het verloop van de dialoog te bepalen. Niets geleerd van het brainstormen blijkbaar, wat betekent dat de queeste geen einde heeft.
Reageren niet meer mogelijk.