Op 13 september 2022 rond 5 uur ’s nachts begon tot onze grote treurnis weer een aanval op Armenië door Azerbeidzjan. Azerbeidzjan richt zich niet alleen op de militaire doelen en de contactlijn, maar ze proberen de hele Armeense bevolking te intimideren. Dit blijkt ook uit woorden van de voormalige burgemeester van Baku (hoofdstad van Azerbeidzjan) die aangaf de volledige Armeense etniciteit uit te willen wissen.
Inmiddels staat de teller van het aantal doden op 105. Dit zijn 105 onschuldige jonge mannen die dit leven te vroeg hebben verlaten met een belofte aan God om hun vaderland te beschermen. 105 onschuldige mannen die gezinnen hebben achtergelaten en op de grens de dood tegemoet zijn gegaan. Hoewel Azerbeidzjan tijdens de 44 dagen durende oorlog in 2020 nog genoegen nam met aanvallen van enkel grensregio’s en Nagorno-Karabach, zijn ze inmiddels begonnen met het aanvallen van het binnenland van Armenië. Dit is territorium dat volledig buiten het bestaande conflict valt.
Toen in 1918 Armenië, Azerbeidzjan en Georgië hun onafhankelijkheid uitriepen na de val van het Russische rijk, begonnen de al lichtelijk bestaande spanningen nog verder gespannen te raken. Op het moment zelf waren er al gevechten gaande tussen Armenië en Azerbeidzjan in de gebieden van Nagorno-Karabach (Artsakh) en Nachitsjevan.
In deze periode viel de Sovjet-Unie verschillende landen en staten binnen met als gevolg de uitbreiding van het rijk met als toevoeging Azerbeidzjan en Armenië. In 1921 besloot Joseph Stalin nieuwe grenzen te trekken voor de Armeense en Azerbeidjaanse staten binnen de Sovjet-Unie, Artsakh (Nagorno-Karabach) en Nachitsjevan. Hij hield geen rekening met de mensen die in deze regio’s woonden bij het trekken van de nieuwe grenzen. In Artsakh waren de meeste mensen Armeniërs en in Nachitsjevan waren er ongeveer evenveel Azerbeidzjan als Armeniërs. Mensen in Artsakh protesteerden tegen deze beslissing, maar Stalin ging zijn eigen gang.
Gedurende de erop volgende zeventig jaar leefden de mensen van Azerbeidzjan en Armenië meestal in vrede met elkaar. Ze konden zonder problemen naast elkaar reizen en wonen. In Baku woonden bijvoorbeeld veel Armeniërs naast Azerbeidzjanen. In 1988 stemden de Armeniërs in Artsakh voor hereniging met Armenië. Wat begon als een vreedzame poging om zich bij Armenië aan te sluiten, werd geleidelijk gewelddadig. Als reactie hierop organiseerde Azerbeidzjan moorden op Armeniërs in de steden Bakoe, Sumgait en sommige gebieden in de buurt van Artsakh.
Artsakh wordt in het heden erkend als een gebied van Azerbeidzjan, maar wordt sinds 1991 gecontroleerd door Artsakh Armeniërs met de hulp van Armenië en functioneert als een onafhankelijke staat. Ook goed om te weten is dat ongeveer 99 procent van de mensen die in dit gebied wonen Armeniërs zijn en daar al duizenden jaren wonen. Dit is te zien aan zeer oude kerken en historische monumenten in dit gebied.
In 1991 viel de Sovjet-Unie uiteen en riepen Armenië, Azerbeidzjan én Artsakh hun onafhankelijkheid uit. Zo begon de oorlog in de regio van Artsakh. Deze oorlog leidde tot 30.000 doden en een paar honderdduizend ontheemden. De oorlog eindigde in 1994 met een staakt-het-vuren. Armeniërs behielden de controle over Artsakh.
Na decennia van een relatief rustige samenleving, met af en toe wat spanningen, kwam de vrede abrupt tot een eind in 2016 met een uitbarsting van geweld, die nu bekend staat als de vierdaagse oorlog. Azerbeidzjan lanceerde een effectieve aanval om grondgebied in de regio terug te winnen. Ruim 350 mensen stierven tijdens de vierdaagse oorlog in 2016.
Op 27 september 2020 begon Azerbeidzjan de hele contactlijn en de regionale hoofdstad Stepanakert te bombarderen. Sindsdien zijn de twee strijdkrachten verwikkeld in een regionale oorlog met meer dan duizend doden, zowel militairen als burgers. Behalve deze slachtoffers zijn er ook honderden Armeniërs krijgsgevangen genomen door Azerbeidzjanen.
De Turkse president Erdogan steunt zijn bondgenoot Azerbeidzjan. Erdogan weigerde te helpen met een nieuwe staakt-het-vuren en begon Azerbeidzjan te steunen met het verkrijgen van Nagorno-Karabach. Erdogan staat ook bekend om zijn nationalistische uitspraken en in een van zijn toespraken zei hij “we zullen afmaken wat onze voorouders zijn begonnen”, verwijzend naar de Armeense Genocide. Turkije levert wapens en militair materieel aan Azerbeidzjan. Turkije heeft ook ongeveer duizend Jihad Syrische huursoldaten naar Azerbeidzjan gestuurd om tegen Armenië te vechten. Deze jihadistische huursoldaten hebben in eerste instantie niet geweten tegen wie ze hebben gevochten en probeerden te vluchten. Internationaal is dit bevestigd en onlangs heeft Armenië ook een deel van de Syrische strijders gevangengezet.
Rusland speelt ook een rol in dit conflict door aan beide landen militair materieel te verkopen. Rusland zei echter dat als Turkije rechtstreeks probeert aan te vallen op Armeense landen, het Armenië zal helpen. Verder is Israël ook betrokken bij de verkoop van veel wapens aan Azerbeidzjan. Armenië heeft opgeroepen tot vrede in de regio en is voorbereid op een wederzijdse concessie met Azerbeidzjan. De president van Azerbeidzjan, Ilham Aliyev, daarentegen heeft aangekondigd Nagorno-Karabach met geweld in te nemen en gaat door met het bombarderen van burgersteden in de regio.
Op 9 oktober jl. kwamen Armenië en Azerbeidzjan onder toezicht van het Russische ministerie van Buitenlandse Zaken een staakt-het-vuren overeen. Minder dan vijf minuten na de aankondiging verbrak Azerbeidzjan het staakt-het-vuren en ging door met bombarderen in de regio. Op 18 oktober riepen ze opnieuw een staakt-het-vuren af en Azerbeidzjan verbrak het staakt-het-vuren minder dan vier minuten na de aankondiging. En het derde staakt-het-vuren werd opnieuw verbroken door Azerbeidzjan. Deze keer in minder dan een uur.
Ziekenhuizen, kerken, scholen, burgerhuizen en woongebieden werden doelwit van bombardementen. Azerbeidzjan gebruikte ook illegale wapens zoals clusterbommen en fosformunitie. Wereldwijd is het gebruik van gifgas verboden. Hoe Azerbeidzjan weg kon komen ondanks het gebruik ervan, blijft een raadsel.
De afgelopen conflicten hebben ons Armenen zowel fysiek als mentaal ontzettend geschaad. Helaas is het toch weer zover en is Armenië op 13 september 2022 aangevallen door Azerbeidzjan. Europa en de Verenigde Staten hebben geen noemenswaardige actie ondernomen en hebben de oorlogsmisdaden van het olierijke Azerbeidzjan niet veroordeeld. Azerbeidzjan maak gebruikt van de situatie dat er gebrek is aan gas in Europa, om zo zijn gang te kunnen gaan.
Twee dagen voordat Rusland een massale invasie van Oekraïne begon in februari jl., ondertekende president Vladimir Poetin een uitgebreide overeenkomst met zijn Azerbeidzjaanse collega Ilham Aliyev, om hun diplomatieke en militaire samenwerking te verdiepen. De ondertekening van de verklaring “brengt onze betrekkingen op het niveau van een alliantie”, zei Aliyev na de ondertekening in Moskou. De overeenkomst bevat ook verschillende bepalingen over wederzijdse militaire hulp, waaronder een bepaling dat de twee partijen “de mogelijkheid kunnen overwegen om elkaar militaire bijstand te verlenen”.
Wij maken ons als jongeren ontzettend veel zorgen om ons land. Het doet pijn om te beseffen dat de meesten van ons anderhalve maand geleden nog feestend met familie in Armenië waren en nu dagelijks moeten hopen dat deze familieleden nog ongedeerd zijn. Wij willen de aandacht vestigen op de hartverscheurende situatie in ons land. Wij willen mensen laten beseffen dat ons kleine land alleen staat tegenover twee grote landen met een gezamenlijke populatie van meer dan 90 miljoen mensen. Wij willen samen opkomen voor de belangen van Armenië, een land dat er momenteel alleen voor staat!