Het katholieke vasten gaat terug op oudtestamentische tijden (volgens Leviticus en Numeri) en op het Nieuwe Testament (volgens. Handelingen). Al in de eerste eeuw aten christenen geen vlees (van warmbloedige dieren) op vrijdag om zo de kruisdood van Jezus in ere te houden. Volgens de huidige officiële richtlijnen van de Katholieke Kerk is iedereen tussen veertien en zestig jaar gehouden aan één volledige maaltijd per dag, aan het zich onthouden van vlees op Aswoensdag, Goede Vrijdag en andere vrijdagen in de weken tussen Aswoensdag en Pasen. In aanvulling hierop of in plaats hiervan worden ook andere vormen van boetedoening, onthouding en bezinning aangemoedigd.
De Veertigdagentijd duurt in werkelijkheid zesenveertig dagen. Vanuit de katholieke traditie wordt niet gevast op de zes zondagen in deze periode. Tijdens deze veertig vastendagen trekken de katholieken in gedachten en daden met Jezus mee de woestijn in om God te ontmoeten. Door minder te eten, houden ze tijd over om de bijbel te lezen, zich te bezinnen en te bidden.
Vasten is uiteraard niet een van origine Rooms-katholiek ritueel. Ook andere religies kennen het vastenritueel. Zo zijn er vastendagen binnen het Joodse geloof, de Islam, het Bahá’í-geloof (een in de negentiende eeuw gestichte geloofsbeweging in Perzië (Iran)), het hindoeïsme en het boeddhisme. Binnen het protestantisme is er geen gezamenlijke kerkelijke vastentraditie. Wel zijn er individuele protestanten die vasten in de Veertigdagentijd. Naast religieus vasten kent onze samenleving bovendien vasten als dieetvorm en gezondheidsmiddel.
Niet omdat het moet, maar omdat het kán
Opvallend is dat het christelijke vasten het laatste decennium wint aan populariteit. Uit een onderzoek voor de Vastenactie in 2011 bleek al dat met name jongeren vaker kiezen voor een periode van onthouding. Niet omdat het moet, maar omdat het kán …. Door te vasten, tonen ze zich solidair met mensen die het minder breed hebben, aldus het onderzoek uit 2011. Ze kiezen ervoor om in deze periode minder te consumeren, minder luxe tot zich te nemen en meer naar de kerk te gaan.
Het nieuwe loslaten
Binnen mijn eigen kring van religieus bewuste protestanten en katholieken tussen de dertig en vijftig merk ik deze dagen nog een andere tendens. Er wordt niet zozeer gevast uit solidariteit met de armen. Maar vasten wordt een persoonlijke vorm van bezinnen en loslaten. Een vriendin van mij verwoordde het als volgt:
“Ik heb besloten om de komende Veertigdagen niet op Facebook te gaan en doordeweeks geen alcohol te nuttigen. Verder eet ik alleen mijn maaltijden; geen tussendoortjes, behalve af en toe een stuk fruit. Daarnaast neem ik de tijd om dagelijks te mediteren; al wandelend of in mijn ‘stiltekamer’. Ieder jaar weer zoek ik iets wat ik voor een tijdje wil ‘loslaten’. Dit om te kijken wat het met mij doet wanneer dit stukje ‘wegvalt’ in mijn leven. Door zo te vasten bekijk ik wat de consequenties hiervan zijn en hoe ik hierop reageer, zowel fysiek als geestelijk. Welke ruimte dit mij geeft. Daarnaast ga ik in deze periode ook fysiek meer van mijn lichaam vragen door een nieuw hardloopschema te starten.
Dit alles doe ik zonder mijzelf uit het oog te verliezen. Wanneer het me ‘te veel’ wordt, dan onderzoek ik wat voor mij het beste is. Ik kan dan op dat moment bewust ervoor kiezen om te ‘zondigen’. Vasten hoeft geen kwelling te worden, meer een zoektocht naar mijzelf en hoe ik met verschillende zaken in mijn leven omga.”
Bezinning
Ikzelf krijg vasten als vorm van onthouding niet voor elkaar. Dat ligt aan mijn persoonlijkheid. Ik reageer opstandig op alleen al de gedachte om in iets beperkt te worden, ook al zou ik er zelf voor kiezen. Dus geen dieet in dranken, spijzen of sociale media voor mij. Misschien als ik oud en grijs ben, dat het me dan lukt: als de haren dunner zijn en niet meer zo recht overeind schieten, maar kunnen meebuigen met wat komt.
Ik zoek mijn vasten daarom in de bezinning. Vorig jaar heb ik veertig dagen gewerkt aan een religieuze tekst, de Zeven laatste woorden, en dit jaar ga ik het boek Exodus uitgebreid bestuderen. Ook dat is het nieuwe vasten. Kies een vorm die bij je past.
En nou ben ik eigenlijk wel benieuwd wat jullie deze Veertigdagen gaan doen!
Een langere periode vasten doe ik normaal met Ramadan en dat valt dit jaar niet samen met de veertigdagen, maar ik hou er ook van om iedere maandag en iedere donderdag te vasten en ook de 13e, 14e en 15e van iedere maand, dus vallen voor mij ook een aantal vastendagen in deze periode. Onthouden, lezen, bezinnen, bidden en loslaten zijn voor mij ook de thema’s van de vastendagen.
Voor mij kent vasten drie niveaus: de algemene, de specifieke en de meer specifieke abstinentie.
* De algemene abstinentie (de basis)
Dat is het afzien van de buik en de prive-delen; het niet vervullen van hun verlangens. Dit niveau is nodig om oprecht te kunnen zeggen dat je vast, maar de andere niveaus geven waarde aan het vasten.
* De specifieke abstinentie (de verdieping)
Dat is het afzien van de ogen, tong, handen, voeten, oren en ogen (en de rest van het lichaam); het niet begaan van zondige acties daarmee. Hierbij hoort bijvoorbeeld blik afwenden en spraak zuiveren van negativiteit en dingen die niet voordelig zijn (en het vergelijkbaar beheersen van de rest van het lichaam). Niet overeten op de momenten waarop je wel eet, hoort hier ook bij, want dat veroorzaakt luiheid en lethargie.
* De meer specifieke abstinentie (de vervolmaking)
Dat is de abstinentie van het hart, het niet verlangen naar wereldse zaken en onthouding van negatieve gedachten en denken over zaken die afleiden van het vasten zelf.
En het lezen en bezinnen gaat voor mij vooral om de Qur’an, hadith, biografieën en andere religieuze boeken, en natuurlijk over mijn eigen leven en dat van mensen om me heen.
Abdur, wat ben jij streng voor jezelf.
Knap hoor!
Er is één belangrijk onderdeel in de vasten waar ik jammerlijk in faal: onthouding van eten. (Ik vind eigenlijk alles té lekker.) Zo’n 25 jaar geleden is het me één keer gelukt en het leverde me toen veel op: ik voelde me geweldig naar lichaam en geest.
Maar…in de loop der tijd heb ik een aantal principes ontwikkeld die ik gewoon altíjd probeer na te leven:
*Ik onthoud me van vlees, behalve als ik hier of in den vreemde te gast ben (alleen geiten ogen heb ik ooit beleefd afgeslagen. Maar in China vond ik gefrituurde schorpioen wel weer een uitdaging.)
*In moreel opzicht stel ik altíjd hoge eisen aan mezelf: geen onwaarheid, geen kwaadspreken, vertrouwen niet beschamen, niet boos blijven maar uitpraten, geen vooroordelen… Als ik daarin faal, blijf ik met mezelf worstelen tot ik dat recht gezet heb.
*Elke dag ben ik wel enige tijd bezig met de bijbel of een ander levensbeschouwelijk boek.
Dus… doe ik aan vasten?
Ik kan dat helemaal niet zien als streng zijn voor mezelf. Het heeft niet het karakter van boetedoening en daar lijkt het voor mij ook niet op. Ik doe het met liefde en voel me er goed bij. Niet eten of drinken tot de zon ondergaat is ook niet zo moeilijk als je dat gewend bent, zeker niet in de winter. Zo heel erg goed van mezelf is het misschien ook niet, want ik heb het ook gewoon nodig om een beetje te compenseren en wat meer bij de les te blijven en daar wil ik me bewust van zijn en blijven. Dat is onder andere waar ik het om doe, maar voorop staat dat het een vorm van aanbidding is, die daarbij tot meer aanbidding en beter handelen leidt. Dat is de motivatie voor mij. Ik vind het verhogen van godsbesef in m’n denken en m’n handelingen helemaal geen kwestie van hard zijn voor mezelf. Ik werk er graag aan mijn pogingen hiertoe te verbeteren – inclusief het vasten zelf. Het is een krachtig middel met vele goede effecten, die je kan bereiken door het te doen omdat je het wilt.
Dank, Abdu’r-Rahman, voor je prachtige aanvulling!