Zijn vriendschap met wijlen Thomas Merton (1915-1968) en met de Dalai Lama (1935), die het voorwoord verzorgde, toont zijn belangstelling voor de interreligieuze dialoog waarvan hij wereldwijd een gewaardeerd vertegenwoordiger en voortrekker is. In Nederland is Broeder David vermoedelijk vooral bekend van YouTube met onder meer de TED-lezing over Dankbaarheid.
De subtitel ‘Het Credo, een geloof dat verbindt’ kan met recht uitdagend genoemd worden. Geloofsbelijdenissen zijn immers nogal eens gehanteerd om helder te formuleren wat het geloof inhoudt en daarmee scheiding aan te brengen tussen wie wel en wie niet op de juiste wijze geloven – met veroordelingen, vervolgingen en strijd als trieste gevolgen. Dat is echter wat Steindl-Rast achter zich wil laten door nadrukkelijk de verbinding te zoeken. Met de titel ‘Dieper dan woorden’ maakt hij bovendien van meet af aan duidelijk dat hij voorbij wil aan een letterlijke, leerstellige benadering van de belijdenis en diepere lagen aan wil boren waar oppervlakkige grenzen niet meer bestaan. Voor wie het Credo allereerst als een dogmatisch manifest heeft leren verstaan, is zijn benadering een uitdaging van formaat die dan ook nieuwsgierig maakt.
Elk deel van de belijdenistekst benadert hij met drie vragen:
- Wat betekent dit eigenlijk? Met deze vraag wil hij voorbij aan vooroordelen en vastgeroeste ideeën. Daarbij heeft hij ook oog voor de grote verschillen die er zijn tussen de cultuur waarin het Credo tot stand kwam en die van onze eigen tijd.
- Hoe weten we dit? Nogal verrassend zoekt hij geen (wetenschappelijke) autoriteit om ons weten te staven maar nodigt hij de lezer uit onderzoek te doen vanuit eigen ervaringen: klopt dit met wat ik diep van binnen aanvoel als wáár?
- Waarom is dit belangrijk? Ook hier brengt hij het persoonlijk perspectief in: waarom is dit belangrijk voor mijn geloof, voor mijn leven?
Aan elke bespreking voegt hij een paar Persoonlijke overwegingen toe waarmee hij onderstreept ‘dat geloof een uitermate persoonlijke aangelegenheid is, anders is het geen geloof.’

Elke bespreking sluit hij af met een aantal vragen die het boek niet alleen extra geschikt maken voor persoonlijke reflectie maar ook voor leeskringen en gespreksgroepen.
Deze aanpak levert verrassende inzichten en vragen op. Wanneer hij bijvoorbeeld de woorden ‘Ik geloof’ bespreekt, put hij uit zijn eigen mystieke ervaringen en zijn kennis van Boeddhistische dieptepsychologie. Het ‘ik’ van het Credo is volgens hem niet ons kleine, op oordeel en zelfhandhaving gerichte ego dat zo gemakkelijk voert tot onderscheid en strijd, maar ‘ons waarlijke, menselijke Zelf dat genoeg moed heeft om te vertrouwen.’ Geloven is voor hem dan ook niet het aannemen van dogma’s waar vooral het verstand mee gemoeid is, maar een daad van vertrouwen dat ons hele bestaan aangaat en verheft – en ons als broeders en zusters verbindt.
Broeder David gaat ervan uit dat wie dit vertrouwen en deze overgave aandurft, zal ontdekken dat hoe verschillend religieuze tradities aan de buitenkant dan ook mogen zijn, ze in de kern refereren aan dezelfde ultieme werkelijkheid die ons allen tot mensen maakt. Paulus’ constatering ‘Ik leef, maar niet langer ik, maar Christus leeft in mij’ (Galaten2:20) is de ontdekking van de christen die de weg naar binnen gevonden heeft. Volgens Steindl-Rast verwoordt de boeddhist dezelfde ervaring met de term Boeddha-natuur.
Voor wellicht de meeste christenen zal de uniciteit van Christus als onopgeefbaar ervaren worden. Steindl-Rast schrijft echter: ’Geloof in Jezus (als) Christus impliceert dat we in Jezus ons god-menselijke Zelf herkennen – het Zelf dat geschapen is naar Gods beeld en Gods ‘levensadem’ ademt. Dit geloof is niet een geloof in iets buiten onszelf, maar een existentieel vertrouwen dat Gods liefhebbende aanwezigheid in ons verwerkelijkt kan worden en door ons in de wereld. Dit te belijden is al een eerste stap in de richting van een nieuwe wereldorde, door Jezus het ‘Rijk Gods’ genoemd.’
Steindl-Rast onderbouwt zijn beweringen losjes en uitnodigend met gegevens uit onder meer historisch kritisch bijbelonderzoek, theologie en godsdienstwetenschappen en lardeert zijn verhaal met vele persoonlijke ervaringen en anekdotes. Door wie vertrouwd is met de interreligieuze dialoog en deze toejuicht, zal ‘Dieper dan woorden’ met plezier en instemming worden gelezen. Voor gelovigen die graag alles bij het oude laten en liever niet twijfelen, zal het boek waarschijnlijk een aantal bruggen te ver zijn. Maar de bruggen die Steindl-Rast – zeker ook met dit boek – wil slaan, komen me voor als uiterst waardevol – én hard nodig.
Het boek is echter bovenal met warmte geschreven. Broeder David wil troosten en verenigen: ‘Dit boek draag ik op aan jullie, mijn zusters en broeders, (let op de volgorde!), die gewend waren het Credo te bidden, maar niet meer in staat zijn dit oprecht en vol overtuiging te doen. Moge dit boek jullie helpen nieuwe betekenis te vinden in de woorden en het geloof dat – dieper dan woorden die scheiden – alle mensen verenigt.’
Amen!
Voor meer informatie over dit boek: klik hier.
Dirk, wat ik altijd verwarrend vind, is de verschillende invullingen die mensen geven aan begrippen als :”Zelf”, “Ziel” en “Geest”.
Dat bemoeilijkt de communicatie vaak. (Hier niet, hoor.)