Afgelopen week werd bekend dat een groep katholieken in Twente overgaan tot de oprichting van een eigen oecumenisch geloofsgemeenschap uit onvrede met het in hun ogen rigide beleid van kardinaal Wim Eijk. Eerder gebeurde al iets vergelijkbaars in Den Bosch: de San Salvator-gemeenschap verliet de rooms-katholieke kerk omwille van de harde opstelling van hulpbisschop Rob Mutsaerts. Zo zijn er meer voorbeelden te geven van ontevreden katholieken die hun heil buiten de officiële kerkkaders zoeken.
Het zijn veenbrandjes, die een uiting zijn van een toenemende onzekerheid over de toekomst van de kerk. De bewegingen uiten zich niet alleen in het wegtrekken en je tent elders opslaan. Een andere beweging is die van de veiligheid van de leer en het episcopaat opzoeken.
Godsdienstsocioloog Staf Hellemans (Tilburg School of Theology) onderscheidt drie toekomstscenario’s voor de rooms-katholieke kerk: de heilige rest, liberale gemeenschappen en het neutrale midden. Er zijn meerdere trends dan deze drie te ontdekken.
De eerste trend is de opkomende stroming van een kleine, gestrenge kerk. Aanhangers streven naar een kerk van de ‘heilige rest’ die in zijn algemeenheid vijandig en afwerend is jegens de maatschappij. Zij zien idealiter een verwezenlijking van de bijpassende bijbelverzen uit Jesaja. “Wanneer de Heer het vuil van Sions dochters heeft weggewassen en het bloed van Jeruzalem heeft weggespoeld in een storm van oordeel en een storm van verwoesting, dan schept de Heer boven heel het domein van de berg Sion en boven degenen die er verzameld zijn een wolk bij dag, en rook met de glans van vlammend vuur ’s nachts. Want op alles zal de heerlijkheid rusten als een baldakijn, als een tent die schaduw biedt tegen de hitte overdag en beschutting tegen stortbuien en regen.”
Onder dit baldakijn ligt de nadruk op gezagsgetrouwe gehoorzaamheid en loyaliteit. Er is geen ruimte voor liturgische experimenten. De morele lijn is behoudend en heeft als dragers de bescherming van leven en dood op basis van de waardigheid van het leven.
De stroming is een smaldeel en kan langer blijven voortbestaan. Immers, hoe duidelijker de eigen normen en waarden, des te eenvoudiger is het deze aan een volgende generatie door te geven. De aanhangers van deze stroming vinden het bewijs van hun gelijk juist bij degene die wegtrekken. Zij zullen hen überhaupt als niet-katholiek bestempelen. De volgende generatie zal overigens krimpen, omdat de aanwas onvoldoende is om de groep op peil te houden.
Een tweede trend is te zien onder de katholieken die juist wegtrekken uit onvrede over precies de ideeën en praktijk van de heilige rest. In hun ogen is de kerk een liberale religieuze gemeenschap waar de nadruk ligt op individuele autonomie en spirituele beleving. God is overal te vinden en niet exclusief binnen de kerkmuren. Zij trekken het gedachtegoed van het aggiornamento van het Tweede Vaticaans Concilie als erfenis met zich mee en willen het liefst de progressie uit de jaren ’60 tot ’80 in stand houden.
Deze stroming is net zo’n smaldeel als de ‘heilige rest’. Liberale gemeenschappen blijken veel slechter in staat hun eigen bloedgroep op peil te houden. Door ontkerkelijking en vergrijzing overleefde juist de bekendste representant, de Acht Mei Beweging niet. De verdertrekkende Twentse katholieken verwijzen nadrukkelijk op de ecclesia zoals Huub Oosterhuis die in de vorige eeuw heeft vormgegeven. Maar ook deze ecclesia’s hebben niet het eeuwige leven en het voordeel, experimenteren, blijkt een nadeel: een onzekere standvastige toekomst.
Een derde trend is het ontstaan van de kerk als grotere minderheidskerk die in meerdere opzichten het midden houdt tussen de extremen van de eerste twee stromingen. Deze trend verhoudt zich positief ten opzichte van de moderne cultuur en durft tegelijkertijd duidelijk ook een tegenbeweging te zijn tegenover sociaal en maatschappelijk onrecht. Zij schept ruimte voor creativiteit en zelfstandigheid, maar vraagt tegelijkertijd een respectvolle omgang met de schatten van het verleden.
Een vierde trend, die Hellemans overigens niet benoemt, is de invloed van voortgaande globalisering op de kerk die een wereldkerk is. De wereldkerk is veel groter dan Nederland en dat zal zijn invloed hebben op kerk-zijn hier. De ecclesiologische bewegingen spelen zich globaal af enerzijds het oude, krakende Europa, de V.S. en Latijns-Amerika en anderzijds Azië en Afrika. Dit geeft de kerk meerdere polen van richting bijvoorbeeld rond liturgie, inculturalisatie en sociale leer. Het is een aspect dat in de veengebieden in Nederland bij de binnenbrandjes over het hoofd wordt gezien en waar amper discussie over wordt gevoerd. Ook hierin zijn we helaas zeer naar binnen gekeerd.
Onze stelling is dat een authentieke vorm van katholicisme toekomstbestendig is. De vraag wat dat is, wordt mede beantwoord vanuit deze vierde trend. Enerzijds geven de geografische grenzen vorm aan deze interne marginale liberale of conservatieve stromingen, anderzijds biedt de wereldwijde stroming van mensen, praktijken en ideeën een mogelijkheid tot revitalisering van katholieke parochies, die bij uitstek nog steeds de belangrijkste plaats zijn van katholieke socialisatie en het vormen van katholieke identiteit.
De dynamische liturgische stijlen uit niet-Nederlandse culturen kunnen verrijkend zijn voor de oude parochies en kunnen verder wortel schieten. Denk aan de import van priesters uit het buitenland die cultureel-bepaalde ideeën van eigen vormen van kerk-zijn meenemen indien ze katholiek goed inburgeren. Maar denk ook aan levendige migrantenparochies, of dat nu Poolse, Franse, Kroatische of Kaapverdiaanse gemeenschappen zijn. Het bisdom Rotterdam noemt zich niet voor niets veelkleurig. Dat zou de kerk van morgen ook kunnen zijn. Veelkleurig, dynamisch en op alle markten thuis.
Mooi stuk, mis een beetje een inhoudelijke oplossing.
De crisis in de katholieke kerk is een geestelijke crisis. Als ik deze tekst zo lees, dan vrees ik dat deze stelling klopt, want beide katholieke personen komen niet met een daadwerkelijke oplossing. De genoemde oplossingen zijn al zo vaak genoemd. Het is een herhaling van zetten, echt verder komen we hier niet mee.
Ik voorspel: de kerk zal alleen overleven als er een brede volkskerk komt van PKN en RKK.
Die Bosman is net zo conservatief als zijn faculteit. Valt weinig van te verwachten.
Het bovenstaande geeft te denken. Het schetst scenario’s. Toch voel ik wat onbevredigdheid en onbehagen. Wordt de ‘oplossing’ niet te veel gezocht in de vorm? Zijn we in de jaren 70 niet te vroeg gestopt met het nadenken wat de modernisering nu echt betekent, ook theologisch, voor de kerk? Ook uit ervaring (kloosterorde) meen ik te weten dat globalisering eerder afleidt van fundamentele inhoudelijke her-denking, dan dat het daartoe uitnodigt. Oude wijn en in iets minder oude zakken. We zijn niet radicaal genoeg, vrees ik. Radicale binnenbrandjes moeten de alarmbellen doen rinkelen, niet verleiden tot luchtkastelen.
Zie de tekenen des tijds; we zijn aanbeland bij Adam//Eva en Israël die wegens hun totale afval uit hun Habitat verdreven werden; nog even en de Westerse Wereld deelt hetzelfde lot: terug naar de staat der ontoegankelijke wildernis. De Genade gaat naar Zuid-Oost-Azië; Het Nieuwe Jerusalem…
Een stille verwijzing naar ‘het hemels baldakijn’ bij de paragraaf over de ‘gestrenge kerk’; mooi. De waarde van dit baldakijn wordt in dit artikel niet uitgewerkt, behalve dan heel magertjes als een exponent van de trend van het midden. Waar de liberale kerken deze schatten uit het verleden lijken te relativeren en deze willen vernieuwen dreigen zij inderdaad het ijkpunt uit het oog te verliezen. Deze liberale stroming suggereert vaak te makkelijk dat de ‘gestrenge kerk’ de liturgische regels alleen maar om de regels handhaaft. Christus als symbool is te mager om een religie of een leven in te wortelen, Christus als een diep beleefde aanwezigheid is daar meer voor geschikt. Dat is iets wat de 4e trend uit het buitenland ons inderdaad veelal kan leren. Zuiverheid in de liturgie en respect voor de traditie kan dit religieuze besef ook juist bevorderen, vergelijk bv. de rol van grenzen en regels in de opvoeding van kinderen. In het verlengde van de vierde stroming zou ik dan ook willen pleiten voor meer respect en aandacht voor traditionalisten en orthodoxe katholieke in eigen land, in ieder geval daar waar het ook lijkt te gaan om authentieke geloofsbeleving in plaats van alleen de letter. Wellicht dat ze mede het ankerpunt en het zaadje kunnen vormen van de brede Kerk van de toekomst.
Vrijzinnigheid betekent voor katholieken dat zij in onderlinge dialoog willen beleven hoe ze zich als christen willen verhouden tot de maatschappij. Katholiek.nl geeft een vertekend beeld van vrijzinnigheid, met laatdunkende kwalificaties als ‘veenbrandjes’ .
Onzekerheid over de toekomst van de kerk? Realiseert Katholiek.nl zich dat bijna elke gelovige zich zorgen maakt over de eigen plaatselijke geloofsgemeenschap? Daar is vandaag de dag ook wel aanleiding voor.
Onze volledige reactie op: http://marienburgvereniging.nl/21-marienburg/51-vrijzinnigheid-een-veenbrand.html .