Voor u staat Zoë Eutychia Papaikonomou, Amsterdammer. Geboren in Brussel. Getogen in de Molenwijk, gepuberd aan de Wibautstraat, gestudeerd in Groningen (migrant!), gewoond en gewerkt in Slotermeer en de Baarsjes. En moeder geworden in het Onze Lieve Vrouwen Gasthuis in Oost. Voor u staat Zoë Eutychia Papaikonomou. Dochter van Bettie en Vagelis.
De meeste mensen zullen mijn Amsterdammerschap sneller omarmen wanneer zij horen dat mijn moeder geboren en getogen Tuindorp Oostzaner is. Blond met blauwe ogen. Noord gestoord. Maar ook het feit dat Vagelis Papaikonomou, geboren en getogen Korinthiër, mijn vader is, maakt mij een echte Amsterdammer. Juist óók dat gegeven.
Migratie
We zijn vanmiddag bij elkaar om te praten over ‘Amsterdam Migratiestad’. Maar wie is nu precies Migrant in Amsterdam? En wie bepaalt dat eigenlijk?
Migratie levert via Google de volgende omschrijvingen op:
- Volgens de Van Dale is migratie: ‘verplaatsing van de bevolking.’
- Volgens Encyclo.nl is migratie: ‘het verplaatsen van een groep van de ene naar de andere plaats.’
- Wikipedia spreekt van menselijke migratie: ‘de verplaatsing van groepen mensen van de ene plaats naar de andere plaats.’
De resultaten via Google zijn dus aardig eensgezind.
Op migratie zijn oneindig veel perspectieven. Ik zal u de mijne vertellen als getogen Amsterdammer. De belichaming van mijn perspectief op een migrant sprak net tot ons in een videoboodschap, namelijk onze wethouder Diversiteit, Rutger Groot Wassink. Hij is geboren en getogen in Doetinchem, heeft gestudeerd in Nijmegen en Utrecht en is ergens op latere leeftijd naar Amsterdam gekomen. Net als zijn zeven collega-wethouders overigens. Ook zij kwamen allemaal na hun achttiende naar Amsterdam.
Een ander mooi voorbeeld van een echte migrant – vanuit míjn persoonlijke Amsterdamse perspectief – is onze burgemeester Femke Halsema. Geboren in Haarlem, opgegroeid in Enschede. Zij zet een traditie voort van burgemeesters die niet geboren en getogen zijn in Amsterdam maar op latere leeftijd onze stad verrijkten, zoals Eberhard van der Laan, Job Cohen en Schelto Patijn. Onze stad wordt dus al ruim 25 jaar geregeerd door migranten. Toch is de kans klein dat je hen terugvindt in de officiële migratiestatistieken.
Migratie volgens het CBS
Want volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek, het CBS, is onze wethouder een Amsterdammer zonder migratieachtergrond. Oftewel een Amsterdammer. Punt. Want wie we zien als norm benoemen we zelden. Voor hen geen bijvoeglijke naamwoorden of achtergevoegde zinsneden.
En ik, Zoë Papaikonomou, ben een Amsterdammer mét migratieachtergrond.
Waaat!?! Ík ben dus de migrant. Waarom? Omdat mijn wieg in Brussel stond en die van mijn vader in Korinthe?
Het gaat er dus niet om dat mijn wortels al sinds mijn derde levensjaar in een Amsterdamse koelkast liggen; het draait om mijn ‘culturele wortels’ die ook buiten Nederland liggen. Daarom ben ik geen Amsterdammer. Punt. Maar een Amsterdammer mét. Dat is nog frappanter, omdat samen met mij meer dan de helft van de Amsterdammers ook een niet-Nederlandse afkomst heeft. Wij zijn dus de norm. Waarom maakt ons dat niet tot Amsterdammers? Punt.
Wie dieper in de migratieterminologie van het CBS duikt, komt voor nog meer vreemde verrassingen te staan. Zo ben je volgens het CBS uitgemigreerd vanaf de derde generatie. Dat is dus wanneer jouw grootouder de laatste persoon in de familielijn is die buiten Nederland is geboren. Jouw migratieschuld is dan afbetaald zoals filosoof Willem Schinkel dat cynisch beschrijft in Theorie van de Kraal. Dan mag je volgens de dominante groep, vertegenwoordigd door het CBS, zeggen: ik ben Amsterdammer. Punt.
Dit betekent dus dat het migratiesaldo van de nieuwe lichting studenten die van over het hele land zijn komen aanwaaien naar onze stad direct in de plus staat en die van mij nog altijd in de min. Net als het saldo van mijn kinderen.
Enfin, maar als je dan jouw migratieschuld hebt afbetaald na twee generaties dan ben je volgens de huidige statistieken dus eindelijk een Amsterdammer. Punt. Dit statistische gegeven betekent overigens niet dat je dan ook daadwerkelijk als gelijkwaardig wordt gezien en behandeld. Racisme en xenofobie verdwijnen een stuk langzamer dan de migratieschuld, zoals al vele generaties aan den lijve ondervinden.
‘Westers’ en ‘niet-westers’
We duiken nog dieper in de migratieterminologie van het CBS, ons landelijk statistisch licht in maatschappelijke debatten. Het CBS bedacht in de jaren zeventig naast de term ‘allochtoon’ – het huidige ‘migratieachtergrond’ – nog een manier om de segregatie in onze samenleving te versterken. Niet met die intentie natuurlijk. Nee, het CBS wilde ‘de integratie’ van Nederlanders met ook een niet-Nederlandse afkomst eenzijdig meten, opdat beleidsmakers en politici dan daarop weer beleid konden maken. Dit statistische moment markeert wat mij betreft het begin van het einde van de ‘etniciticering’ van werkelijk alle facetten van onze samenleving. De Nederlandse obsessie met de exotische Ander in optima forma.

Maar goed, allochtoon alleen was niet genoeg. Nee, die Duitser of Brit was toch wel heel anders dan die Marokkaan of Nigeriaan ja zelfs dan die Surinamer die beter Nederlands spreekt dan menigeen van zijn toenmalige rijksgenoten in het Europese deel van het Nederlandse Koninkrijk. Dat moest nog verder onderverdeeld worden. Weet je wat, dacht het CBS: we gaan het hebben over ‘westerse’ en ‘niet-westerse’ allochtonen. Dan kunnen we nog nauwgezetter eenzijdig de integratie meten.
Gezellig.
En dan mogen Indisch/Indonesische Nederlanders wel bij ‘westers’ horen en Caribische Nederlanders niet. En alles wat rijk is en wat wij als beschaafd bestempelen mag er ook bij. Dus hoppa Japan ook bij ‘westers’.
Colombia gooien we dan weer op één hoop met Vietnam en met Ghana: toch allemaal hetzelfde. Allemaal NIET-westers.
Hoort u het woordje NIET trouwens. Hoe klinkt dat u in de oren? Niet. Niet. Niet.
En landen als Duitsland, Bulgarije, Japan en Litouwen – ook allemaal een pot nat – gooien we op één hoop binnen de categorie ‘westers’. Zo. Klaar is Kees. Klaar is niet Mohammed, want ja, Mohammed is NIET…westers.
De migratieschuld mag dan zijn afbetaald na twee generaties; het koloniale superioriteitsdenken zit er na vele generaties helaas nog diep in.
Wie is nu precies migrant in Amsterdam? Dat zijn we allemaal. Iedereen die in deze stad woont is net zoveel migrant en net zoveel Amsterdammer. Amsterdammer mét. Want juist dat mét vertelt ons verhaal als mens, als Amsterdammers.
De vraag is vooral: welke migrant zijn we bereid te omarmen als Amsterdammer? En welke migrant heeft de touwtjes in handen?
Mooi geschreven Zoë. Spijker op de kop. Zelf ben ik niet geboren in Nederland, net zomin als mijn vader, mijn grootvader, overgrootvader/moeder en zo kan ik nog wel even doorgaan tot ergens in bijna 1700 toen mijn familie hier aankwam per schip. In Amsterdam. Toch zal ik nooit aangesproken worden als migrant. Want ik ben blank en westers. In de statistiek zal ik wel een migrant zijn, maar had mijn Afrikaanse DNA, wat ik ook nog bezit, voor een kleurtje weten te zorgen, dan zou ik, mijn kinderen, kleinkinderen en diens kinderen, eeuwig migrant blijven. En allochtoon.