Het kost veel kracht en energie om je eigen verantwoordelijkheid te nemen, zelf de Koran te gaan lezen en je af te vragen wat er nou echt staat. En vervolgens binnen een door mannen gedomineerde religie strijd te moeten leveren voor de rechten die je toch al had. Het is veel gemakkelijker om in je schulp te kruipen en mee te deinen met de golven van de onwetende gemeenschap.

Overboord gooien van religie

Over het algemeen wordt ervan uitgegaan dat voor de emancipatie van zowel moslimvrouwen als die van moslimmannen het lezen ‘met nieuwe ogen’ van de Koran een basisvoorwaarde vormt.

Het is daarbij de vraag of vrouwen zich kunnen bevrijden door de Koran beter te gaan begrijpen. Er vinden namelijk tijdens de bevrijding van traditionalistische rollenpatronen en de daaruit voortkomende ‘verlichting’ een aantal processen tegelijkertijd plaats.

Het geseculariseerde deel van de mensheid gaat er als vanzelfsprekend van uit dat voor de bevrijding van de mens in het algemeen en in het bijzonder die van ‘de vrouw’, altijd het volledig overboord gooien van religie in de zin van morele regelgeving een voorwaarde is.

Berna-Toprak
Berna Toprak sprak zich uit voor vrouwenrechten tijdens de Women’s March in de VS Beeld door: De Balie/YouTube

Ontmythologiseren

Daarnaast wordt het ontmythologiseren van de werkelijkheid; niet langer de grote, meestal godsdienstige verhalen als inspiratiebron voor het dagelijks leven beschouwen, door sommigen als voorwaarde van bevrijding en verlichting genoemd. Door anderen wordt juist de désacralisering of ‘onttovering’ van de werkelijkheid en de samenleving als oorzaak genoemd van bijvoorbeeld de milieucatastrofe waarin wij ons bevinden. Ons gebrek aan respect voor ‘moeder natuur’ heeft ertoe geleid dat we weliswaar in een maakbare wereld leven maar dat we de natuur van diezelfde wereld niet kunnen repareren en in zijn oude evenwicht terug kunnen brengen.

Lezen in de Koran wat er werkelijk staat en daaruit de inspiratie voor je eigen persoonlijke ontwikkeling putten, betekent het voortdurend herinterpreteren van een tekst die nu eenmaal veertien eeuwen geleden is geopenbaard. Het betekent: kritisch lezen van die tekst.

Een belangrijke wetenschapper zegt hierover dat het ‘ontlezen van patriarchale interpretaties van de Koran’ tot een feministische uitleg van de Koran kan leiden. 1] Dit zou de eerste stap naar ‘de bevrijding van de moslimvrouw’ kunnen zijn.

Maar voor de overgrote meerderheid van moslimvrouwen zou dat  het ontwikkelingsproces moeten zijn van een vrouw die nog wel een vrij hechte band met religie en de moslimsamenleving voelt. Om steeds weer een volgende stap op een ontwikkelingstraject af te leggen, mag de bron van inspiratie voor die ontwikkeling niet te ver voor de muziek uitlopen.

Mekka en Medina

In Mekka was de moslimgemeenschap een ondergedoken groep mensen die in het geheim de Islam probeerden te praktiseren. Maar de openbaring had een universeel karakter en had zich nog niet toegespitst op de economische en maatschappelijke waarden en normen van een ontstane moslimgemeenschap.

In Medina was de islam niet alleen een religie maar ook een samenleving. De meeste verzen over vrouwen gingen over huwelijk, bruidsgave, verantwoordelijkheden en taakverdeling tussen mannen en vrouwen, echtscheiding, ‘ila’, zihâr, erfrecht, zedelijkheid, en de verhouding van de profeet Mohammed met zijn vrouwen.

Het is daarbij van belang het ethische kader van de Koran te begrijpen niet om letterlijk interpretaties van teksten te blijven herhalen die door de eeuwen heen verkeerd zijn begrepen. We kunnen de algemene context van een openbaring, bijvoorbeeld verzen ten aanzien van vrouwen, vooral goed leren begrijpen wanneer we in staat worden gesteld de situatie vóór een openbaring en de situatie erna met elkaar te vergelijken.

Concluderend kunnen we zeggen dat de Koran gelijkheid en gelijkwaardigheid van man en vrouw predikte in een context van een pre-islamitische samenleving die vrouwen verachtte. De Koran richtte zich op een toekomst waarin vrouwen hun rechten zouden krijgen, als onderdeel van de samenleving én als individu.

Dynamisch stappenplan

Op het moment van de openbaring en gedurende de periode van het profeetschap van Mohammed was er sprake van een belangrijke vooruitgang in de nog steeds veel besproken ‘positie van de vrouw’.

De Koran verklaarde mensen die infanticide praktiseerden wanneer er een meisje werd geboren, vogelvrij, stelde het recht voor vrouwen tot een huwelijkscontract in, en gaf hen erfrecht, eigendomsrecht en stelde maatschappelijke en juridische bescherming voor weduwen en wezen in.

De Koran beperkte polygynie van een ongelimiteerd aantal tot vier vrouwen, gaf vrouwen een beperkt recht op initiatief bij de echtscheiding, en gelijkheid in verantwoordelijkheid voor onderhoud van gezin en kinderen. Dit waren een aantal eerste stappen op het pad naar algehele gelijkheid.

De grote fout die de Schriftgeleerden door de eeuwen hebben gemaakt is het daarbij te laten. De profeet had een dynamisch stappenplan en programma tot emancipatie van de mens en in het bijzonder de vrouw in werking gesteld. Dit werd echter niet als zodanig herkend, waardoor de noodzakelijke ontwikkeling van tekst en context is uitgebleven.

Bovenstaand rijtjes verworvenheden op het gebied van de positie van de vrouw is een soort Mantra geworden. We horen het van dikbuikige imam’s  en van sinistere ‘moslim’-diplomaten. Maar we worden vandaag geconfronteerd met de negatieve gevolgen van polygamie, uithuwelijking, of minstens gearrangeerde huwelijken, vrouwenbesnijdenis, vrouwen die gestraft worden omdat ze zijn verkracht, seksedifferentiatie bij de toegang tot onderwijs en gezondheidszorg, ongelijke eigendomsrechten, ongelijke rechten op samenkomst en politieke participatie en ongelijke kwetsbaarheid voor geweld, zoals huiselijk geweld en eerwraak.

Deze gebruiken vinden over het algemeen elders plaats, dat wil zeggen, niet in Nederland. De vraag die voortkomt uit zorgeloos gebabbel over multiculturalisme is: betekent de vraag om rechten voor minderheden automatisch de voortzetting en verspreiding van dit soort onrechtvaardige en discriminatoire gebruiken binnen de Nederlandse democratische rechtsstaat? Dat is geen nieuwe vraag maar het antwoord is wel relevant voor ons. Vooral omdat we bewust kiezen voor de mogelijkheid om vanuit de islam tot emancipatie en bevrijding van de vrouw te komen en dit soort gebruiken willen afschaffen.

Amina Wadud-3
Amina Wadud Beeld door: Jaap Beyleveld

Rahman en Wadud

Geleerden als Fazlur Rahman, en later Amina Wadud, maakten onderscheid tussen de door de Koran vastgestelde religieuze en ethische absolute gelijkheid van man en vrouw en de door de socio-economische situatie voortdurend veran­derende verhoudingen tussen alle individuen in de samenleving.

Zij voeren in hun visie op de man-vrouw-verhouding de scheiding in tussen twee gebieden van de jurispruden­tie, namelijk ‘ibâda (eredienst) en mu’âmalât (alle interrelatione­le hande­lingen op sociaal en economische gebied).

Rahman schrijft letterlijk: “Indien een vrouw economisch zelfstandig is en bijdraagt aan huishoudelijke inkomsten, dan wordt de mannelijke superioriteit ook tot zijn ware omvang teruggebracht, omdat de man als mens geen superioriteit boven zijn vrouw heeft.”

Hij legde de nadruk op een ‘teksthiërarchie’ in de Koran en wees op een aantal lagen tekst die dienden te worden losgeweekt van hun traditionele automatismen en sociale mechanismen met het argument dat van het begin af aan de vertaalslag vanuit de geopenbaarde tekst naar de dagelijkse sociaal-maatschappelijke praktijk had plaats gevonden.

Het tijdgebonden deel moet worden onder­schei­den van het universele en tijdloze, en specifieke sociaal-econo­mische principes worden afgeleid van een onderlig­gend algemeen prin­cipe. Binnen de sociale context van de 20ste-eeuwse be­schaving en samenlevingsvormen, waarin vrouwen niet langer afhankelijk zijn van mannen voor bescherming en levensonder­houd, is het concept van mannelijke prioriteit of superiori­teit boven de vrouw in de socio-economische sfeer aan verande­ring onderhevig.

Amina Wadud maakt een nog duidelijker onderscheid tussen twee lagen tekst in de Koran. De tekst die door histo­risch en cultu­reel bepaalde omstandigheden mede tot stand is geko­men en een ‘megatekst’ met een essentiële of universele rele­van­tie.

Zij plaatst bijvoorbeeld teksten die over sociaaleconomische problematiek handelen,  taalkundig binnen de rela­tieve betekenis van alle verzen die daarover gaan. Het begrip ‘geslachtsgelijkheid’ vertaald naar onderlinge afhankelijkheid projecteert zij vervolgens op de  maatschappelijke situatie als een ideaal, waarbij het de taak van de man is om zijn verhouding tot de vrouw te verbeteren, als onder­deel van het mensbeeld van de Koran van de mens als chaliefa (verantwoordelijk wezen). Ik zou eraan willen toevoe­gen vanwege de melioristische visie op de mens in de Koran, als ‘wezen dat voor verbete­ring vatbaar is’.

Voetnoot:

  1. Asma Barlas, “Believing Women”in Islam, Unreading Patriarchal Interpretations of the Qur’an, University of Texas Press, 2001

Dit is het eerste deel in een tweeluik over de economische positie van vrouwen in de islam.

Abdulwahid van Bommel

Schrijver / Vertaler

Abdulwahid van Bommel is schrijver en vertaler. Zijn nieuwste boek is Koranuitleg voor kinderen.
Profiel-pagina
Al 7 reacties — praat mee.