Esack focuste in zijn lezing – Black and White and the implications for racism in the Qur’an – niet alleen op racisme in de moslimgemeenschap, maar ook op passages in de Koran die als racistisch geïnterpreteerd kunnen worden.
In de lezing, georganiseerd door de stichtingen Fahm Instituut en Argan, maakte Esack een onderscheid tussen een gelovige en een kritisch-academische benadering van de Koran: “Als ik zeg dat ik als geleerde bepaalde passages in de Koran problematisch vind, betekent dat niet dat ik ze als een probleem beschouw in de zin van dat we er vanaf moeten. Problematisch betekent in een academische context dat iets vraagt om een grondige doordenking.”
De termen ‘zwart’ en ‘wit’ zijn volgens Esack voorbeelden van problematische termen. ‘Zwart’ staat in ons dagelijkse taalgebruik meestal voor iets negatiefs (zwartgallig, zwarte schaap, verdonkeremanen, etc.) en ‘wit’ staat voor positieve eigenschappen (onschuld, het goede, reine, pure, etc.). Met een dosis humor vertelde Esack dat de enige twee uitzonderingen die hij kon bedenken, waarbij ‘wit’ een negatieve betekenis heeft, ‘white trash’ en ‘white food’ zijn. In het Arabisch heeft ‘zwart’ vaak ook een negatieve betekenis, hoewel minder dan in het Engels of Nederlands. Zo is ‘Sawda’ wat letterlijk ‘zwartheid’ betekent een meisjesnaam zonder negatieve connotatie.
Zwart en wit in de Koran
Toch is er ook binnen de Koran iets problematisch aan deze termen, omdat de Koran is ontstaan en reageert op een pre-islamitsiche context, die tribaal en door en door racistisch was. De Koran en islamitische traditie wijzen expliciet discriminatie op basis van etniciteit af, maar de Koran lijkt tegelijkertijd toch discriminerende termen van die pre-islamitische context te hebben geërfd.
“Wat betekent het voor oude mensen als de Koran de jeugd ophemelt, door te stellen dat alle mensen in het paradijs jong zullen zijn? Wat betekent het voor linkshandigen dat de Koran de rechterhand prijst en de linkerhand negatief kwalificeert? Wat betekent het voor mensen met een lichamelijke beperking dat ‘blindheid’, ‘doofheid’ en ‘stomheid’ (metaforisch) verbonden worden met geloofsdwaling? Wat betekent het voor interseksuelen wanneer de Koran zegt dat mensen in paren van mannen en vrouwen zijn geschapen?”
Voor de meeste moslims zullen dit onzinnige vragen lijken, omdat deze eigenschappen door traditionele Korancommentatoren metaforisch worden geïnterpreteerd. Dat doet volgens Esack echter niets af aan het feit dat ze als kwetsend en discriminerend kunnen worden ervaren. Ze roepen bij de kritische Korangeleerde vragen op over de context waarin de Koran is ontstaan, en vragen over de betekenis van de theologische status van het boek als eeuwige Woord van God. Hetzelfde geldt volgens Esack voor de termen ‘zwart’ en ‘wit’ in de Koran bijvoorbeeld in deze passage over het hiernamaals:
Op de dag dat sommige gezichten wit en andere gezichten zwart zullen worden. Wat hen dus betreft van wie de gezichten zwart worden: “Zijn jullie ongelovig geworden na geloofd te hebben? Proeft dan de bestraffing ervoor dat jullie ongelovig waren.” En wat hen betreft van wie de gezichten wit zijn geworden, in Gods barmhartigheid zullen zij zijn; zij zullen daarin altijd blijven.
Koran 3:106-107
Hoewel de termen ‘zwart’ en ‘wit’ in deze verzen door traditionele Korancommentatoren metaforisch worden uitgelegd en ze volgens hen geen betrekking op huidskleuren hebben, kunnen deze voor mensen met een donkere huidskleur kwetsend worden ervaren en zijn ze open voor een racistische interpretatie. Bovenstaande en soortgelijke passages wijzen er ook op dat taal niet neutraal is, context afhankelijk is, en onbewust discriminerende elementen kan bevatten.
Volkeren en stammen
Zelfs een bekend vers dat vaak door moslims geciteerd wordt als bewijs dat de islam anti-racistisch is, heeft volgens Esack een problematische kant:
O mensen, Wij hebben jullie uit een man en een vrouw geschapen en Wij hebben jullie tot volkeren en stammen gemaakt opdat jullie elkaar zouden kennen. De voortreffelijkste van jullie is bij God de godvrezendste. God is wetend en welingelicht.
Koran 49:3
Het eerste deel van het vers zegt namelijk dat God volkeren en stammen heeft gemaakt. Dit kan op een racistische manier geïnterpreteerd worden als een rechtvaardiging om stammen en volkeren intact te houden zoals God ze geschapen heeft en vooral geen interraciale of interculturele huwelijken aan te moedigen. Al moet gezegd worden dat dit vers zelden zo door moslims uitgelegd wordt.
De Koran is in het algemeen anti-racistisch en werd door de eeuwen heen ook zo uitgelegd. De problematische elementen zijn volgens Esack minimaal en te vergelijken met een kleine zwarte stip op een groot wit scherm. Het ligt er maar aan waar je de focus op legt. Negeren is echter geen optie voor de kritische blik van Esack. Het gebruik van de termen ‘zwart’ en ‘wit’ in een negatieve en positieve betekenis in de Koran, lijken een erfenis te zijn van pre-islamitische tribale en racistische context.
Esack maakte met een gedachtenexperiment de volgende vergelijking tussen de Koran en de Nederlandse samenleving. Stel dat Nederland voor 100% anti-racistisch was, en zwarte piet door niemand als racistisch ervaren werd, en slechts uit conservatisme behouden werd. Dan nog zou het nodig zijn om kritisch te reflecteren op de figuur van zwarte piet en deze kritisch aan te pakken met vragen als: waar komt zwarte piet vandaan? Wat betekende zwart in de context waarin hij is ontstaan? Welke onbewuste racistische vooroordelen en structuren zitten erachter verscholen?
The same shit
Janneke Stegeman vulde Esacks verhaal aan door te wijzen op de ideologische dimensie achter racisme. Zo had het Kolonialisme een economische verklaring maar was deze ook eeuwen lang de drager van racisme, waarvan de christelijke theologie de software was. Ze deelde openhartig hoe haar anti-racisme proces zich had ontwikkeld en dat ze in Palestina voor het eerst bewust werd van haar eigen ‘witheid’ en privileges.
Ook refereerde ze aan een voorval, waarbij iemand op Facebook een oude zwarte piet foto van haar naar boven had gehaald. Haar eerste reactie was dat ze wilde dat deze foto voorgoed verwijderd werd. Even later realiseerde ze zich dat het veel beter is deze zichtbaar te laten en uitleg te geven over hoe ze toen dacht en hoe haar groeiproces is verlopen. Dat lijkt me een goed advies over hoe om te gaan met problematische teksten in heilige boeken: niet negeren of eruit knippen, maar laten staan en uitleggen hoe en in welke context teksten ontstaan en hoe we een nieuwe verhouding tot de teksten kunnen bewerkstelligen.
Bij de vragenronde gaf Esack een slotboodschap aan Nederlandse moslims: daag het witte racisme, en het discours dat moslims uitsluit en tot niet-Nederlanders verklaart, uit. In plaats van aanpassen aan de dominante structuren moeten moslims in navolging van profeten de macht juist bekritiseren en uitdagen. Tegelijkertijd moeten moslims ook kritisch staan tegenover hun eigen gemeenschappen en deze uitdagen wanneer deze “the same shit” van discriminatie herhalen. “We moeten onze eigen zwarte piet ook aanpakken”.
Sfeerimpressie:
Meer informatie:
- Lees hier een beschouwing op het werk van Farid Esack.
- Lees hier op de website van Initiatives of Change een verslag van de Interfaith Conference waar Farid Esack ook een bijdrage verzorgde.
Een van mijn leraren zei tijdens een zitting na de voorlezing van enkele teksten:
“Zeg mij wat u in deze woorden leest en ik zal zeggen wat dit over u zegt. Daar waar u de potentiele breedheid van de betekenis beperkt, legt u de aard van uw kennis en inzicht bloot. Deze subjectiviteit is soms interessanter dan de waarheid, die wij mogelijk nooit gaan kennen.
We herkennen de mensen in hun lezing van geschriften. Zo deelt Allah (swt) ons ook mee, dat de schepping van de hemelen en de aarde onderdelen van Zijn Tekenen zijn, evenals de diversiteit van onze talen en onze kleuren. Hierin zijn Tekenen voor personen van goede kennis, staat er te lezen. Dit kunt u op verschillende manieren opvatten. Wie zijn de mensen van goede kennis? Dat is een interessant gegeven. Wat u ermee doet, of ik, of wie dan ook, is niet bepalend voor de waarheid. Het zegt alles over ons, wie we zijn, en waar we voor staan. Laat dit op u inwerken.”
Hierop volgde een korte stilte in de ruimte en een dua (kort gebed) van de leraar voordat hij verder ging.
(De aangehaalde Qur’an-tekst is uit Surah ar-Rum, vers 30:22)
Die Surah heb ik gelezen. De verschillende huidskleuren worden “Tekenen”(van God) genoemd, die je op juiste wijze moet interpreteren.
Tja…
Aangezien de huid een bescherming is tegen invloeden van weer, klimaat en zon, zou je kunnen concluderen dat mensen met een donkere huidskleur toegerust zijn om in hete gebieden te wonen. De lichte huidskleur is gevoeliger voor zon, dus die hoort meer bij koelere streken.
Dat is logisch, want God is degene die de harmonie “in den Beginne” in alle sferen heeft gecreëerd.
Daaruit zou je kunnen opmaken dat mensen op hun oorspronkelijke plek moeten blijven. Dan is er ook geen discriminatie, zijn er geen gemengde huwelijken, geen geloofsproblemen…
Dan heb je alleen Cham, Sem en Jafeth en hun stammen.
Maar zo is het niet gegaan…
Dat ‘zou’ men daaruit kunnen opmaken, maar die veronderstelling vereist wel een bepaalde denkrichting en is ook afhankelijk van verdere kennis. Context, karakter en referentiekader hebben zo hun invloed op menselijke interpretatie. Vandaar dat we anderen kunnen herkennen aan wat ze ervan maken. Zelf mis ik de input voor die conclusie, maar dat heeft deels ook te maken met teksten die mij anders doen denken.
Ja, heel interessant als discussiestuk of denkoefening, Abdur. Is er in de Ahadith geen duidelijkheid te vinden.
Persoonlijk denk ik dat discriminatie iets is van mensen, niet van de Eeuwige/God/Allah.
(Maar wie ben ik helemaal?…)
‘Sec’ bekeken is discriminatie slechts het leggen van, of liever onderkennen van, verschillen. Dat lijkt mij zelfs de bedoeling. In een ander deel van de Qur’an wordt gesteld, dat we zijn gemaakt als man en vrouw net zoals we onderverdeeld zijn in verschillende volkeren, opdat we elkaar zullen kennen. (Surah al-Hujurat, vers 49:3, ook in het artikel hierboven vermeld.) We dienen ons dus juist niet kleurenblind te tonen, maar het komt er wel op aan hoe we met die verschillen omgaan. Er heerst enige wijsheid onder de mensen, maar we hebben ook zo onze neigingen en die zijn niet altijd makkelijk te overkomen. Die verschillen kunnen leiden tot strijd en onenigheid, maar ze houden ons ook interessant voor elkaar. In al onze diversheid blijft ook meer kennis en wijsheid bewaard dan als we één uniform geheel waren. Onze reisbehoefte wordt hier ook door aangeslingerd. Zelfs wie niet reist verneemt vaak graag verhalen uit verre streken. Zelfs de ervaring vreemdeling te zijn heeft, door het onderscheid met verblijf in een ons-kent-ons cultuur, een aantal voordelen met hoge opvoedkundige waarde, en we delen die kennis over het algemeen erg graag. Zowel de voordelen als de nadelen van deze verschillen zijn nauw verbonden met onze aard, en in losse personen zijn die in verschillende verhoudingen aanwezig. Het lijkt er juist om te gaan om te zien of we er ons voordeel mee doen. Alle mogelijkheden voor onze ontwikkeling liggen op tafel, zowel de gunstige als de ongunstige. Het zal inderdaad ook merkbaar zijn wie hierbij meer put uit ahadith of andere bronnen voor wijsheid. Daarin is veel begeleiding te vinden voor wie de kennis ook echt toepast. Toch zal het nooit voor iedereen altijd even duidelijk zijn. Over enkele zaken wordt uitsluitsel gegeven, maar we worden op vele manieren uitgedaagd om keuzes te maken in het leven. Uiteindelijk bepalen onze keuzes wie we zijn. Ze laten zien wat we willen volgen en of dat dan ook echt doen (en hoe).
** Het vermelde vers is 49:13, niet 49:3 **
Abdur, je antwoord is fijntjes en genuanceerd!
Ben het met je eens.