Door: Cornelia Looije

Dit thema is vanuit twee zeer verschillende kanten behandeld. Allereerst begonnen we met een hoofdstuk uit het beroemde boek Life as Politics van Asef Bayat, omtrent de rol van feminisme in de revoluties in het Midden-Oosten. Daarna hebben we het gehad over het bekende artikel Do Muslim Women Really Need Saving? van de Amerikaanse academica Lila Abu-Lughod.

Het hoofdstuk van Asef Bayat over feminisme  behandelt de rol van het islamisme – de politieke islam – binnen feministische bewegingen in het Midden-Oosten. Hij beschrijft dat opkomende feministische bewegingen na de onafhankelijkheid van veel landen vaak gebaseerd zijn op seculiere ideeën over het verbeteren van vrouwenrechten.

Dit verandert met de opkomst van het islamisme: feministische islamistische bewegingen worden gevormd. Bij deze bewegingen staat het islamisme voorop en zijn vrouwenrechten vaak van nevenbelang. Sinds een aantal jaren is er volgens de auteur een nieuwe ontwikkeling gaande, namelijk de opkomst van het post-islamisme feminisme. Dit is een mengsel van vroomheid, keuze, religiositeit en vrouwenrechten, dat door discussie, educatie en mobilisatie met seculiere en religieuze elementen wordt gerealiseerd. Het kader van waaruit ze werken is niet abstract – zoals bij het islamistische feminisme – maar concreet, vanuit het dagelijks leven van vrouwen. Dit is een trend die in vele landen in het Midden-Oosten merkbaar is.

Het artikel van Abu-Lughod gaat over Afghaanse vrouwenrechten in de context van de Amerikaanse War on Terror. De aanleiding voor dit artikel zijn de vragen van een nieuwslezer van The News Hour aan Abu-Lughod over de oorlog in Afghanistan. In plaats van dat er vragen worden gesteld over politiek en geschiedenis, vraagt hij “Geloven moslims X?” of “Wat zegt de islam over vrouwen wat betreft Y?” Dit laat zien dat de nieuwslezer de oorlog vrijwel alleen in termen van conflicterende samenlevingen bekeek, in plaats van als een gevolg van conflicterende politieke belangen.

Een tweede aanleiding is een speech over Afghaanse vrouwen door de voormalige first lady Laura Bush, waarin ze stelt dat because of us, women have rights. Abu-Lughod leidt hieruit af dat het bevrijden van vrouwen wordt gebruikt als rechtvaardiging van het bombarderen van Afghanistan. Vooral kledij – zoals de hoofddoek en de boerka – komt volgens haar vaak terug in discussies rondom vrouwen in Afghanistan. Het beeld is namelijk dat deze kledingstukken symbool staan voor onderdrukking. Om ‘vrij’ te worden dienen vrouwen deze kledingstukken af te doen.

Velen zijn dan ook verbaasd dat vrouwen deze vormen van onderdrukking niet massaal afdoen nadat Afghanistan onder Amerikaans bewind valt. De auteur stelt vervolgens de vraag waarom er wordt verwacht dat deze vrouwen hun kleding zouden veranderen, wanneer het voor een New Yorkse volstrekt logisch is om geen korte broek naar opera te dragen. Ze bedoelt hiermee dat we allemaal een product zijn van onze sociale omgeving. De boerka is onderdeel van de ideeën die vanuit de sociale omgeving en context gevormd worden. Vrouwen die de boerka dragen zien dit niet als onderdrukkend, maar ervaren het als een symbool voor eer en als de standaard binnen hun context.

Hiermee probeert de auteur duidelijk te maken dat we dienen te stoppen met het kijken naar andere vrouwen door dezelfde bril waarmee we naar onszelf kijken. Verschillende individuen komen nu eenmaal voort uit verschillende historische en culturele contexten. Dit brengt met zich mee dat in plaats van ons te richten op het ‘redden’ van vrouwen, we moeten samenwerken met deze vrouwen die in een moeilijke politieke situatie zitten. We moeten onze eigen grotere verantwoordelijkheid erkennen op het gebied van wereldwijde onrechtvaardigheid en onveiligheid. Het probleem is namelijk niet dat deze vrouwen worden onderdrukt door inherent slechte moslimmannen/taliban/terroristen. Het probleem is dat deze vrouwen zich in een onveilige situatie bevinden – met hoofddoek, boerka of zonder.

Uit de discussie in de klankbordgroep kwam vooral naar voren dat er een patroon lijkt te zijn. Vanuit zowel niet-moslim- als moslimhoek lijkt er een obsessie te zijn met alle thema’s rondom vrouwen. Sommigen merkten op dat het bijna een geheime agenda lijkt: vanuit de Amerikaanse overheid, bijvoorbeeld, ligt er een grotere nadruk op het bevrijden van our covered sisters dan op het tegengaan van de toenemende onveiligheid in het Midden-Oosten.

Daarnaast is een land als Saoedi-Arabië ook erg bevangen door vrouwenthema’s, van het religieuze belang dat wordt gesteld in het verbieden van autorijden voor vrouwen tot aan de religieuze politie die vrouwen zonder handschoenen naar huis stuurt. Dit, terwijl Saoedi-Arabië kampt met veel problemen op het gebied van mensenrechten. Tussen al die onrechtvaardigheid houdt men zich vooral bezig met belangrijke zaken zoals het (ont)sluieren van vrouwen.

Cornelia Looije is deelneemster aan de klankbordgroep ‘Vrouwen en islam’ van Nieuwwij. Zie ook haar artikel ‘Westerse moslima: losbandig en onderdrukt’.
Nog geen reactie — begin het gesprek.