Jeugd en veranderingen in denken

Als jong meisje ging ze eerst naar de Pesantren (soort madrassa, islamitische boarding school). Dit was onvermijdelijk want haar grootvader had deze opgericht. Hij was een traditionele geleerde en murshid (hoofd) van de zgn. Naqsbandi-orde. Hij was van mening dat de stem van de vrouw ‘awra (hetgeen dat je moet bedekken) is. “Toen ik jong was deed ik heel vaak mee aan Koran-recitatiewedstrijden. Maar toen ik ouder werd kwam mijn grootvader naar me toe en zei me dat ik moest stoppen met publiekelijk reciteren. Later wilde ik naar de universiteit en mocht ik alleen Arabisch studeren, omdat dit volgens hem de taal van het paradijs was. En zo studeerde ik op een gegeven moment Arabisch en vervolgens ook Islamitische geschiedenis. Voor mijn promotieonderzoek koos ik ‘islamitisch politiek denken’ aan al-Azhar in Egypte.

Het was in Cairo dat ze een aantal veranderingen in haar denken maakte. “Ik liep daar op staat en zag veel vrouwen met jilbab (sluier). Maar tegelijkertijd droegen veel vrouwen met jilbab ook een koptisch kruis. Ik was erg in de war, want in mijn beleving droegen alleen moslimvrouwen een jilbab. Daar vormde uiterlijk geen onderscheid tussen christelijke en moslimvrouwen. Ik besefte dat dit kwam doordat het hun lokale Arabische gebruik was. Eens vroeg ik een taxichauffeur of hij moslim was en hij antwoordde: ”Nee, alhamdulillah (alle lof is aan God)”. Ik schrok. Waarom zou iemand God bedanken als hij geen moslim is? Maar wat bleek? Allah is gewoon Arabisch voor God, christelijke Arabieren noemen God ook Allah. Ze zeggen net zo vaak inshaAllah (als God het wil) en Alhamdulillah als moslims. Hoewel ik Arabisch gestudeerd had, werd hier voor mij echt duidelijk dat Arabisch een taal apart is, in plaats van de ‘taal van de islam’. Ook zag ik het verschil tussen Arabische en islamitische gebruiken. Zo ontmoette ik in 1992 moderne moslimvrouwen die geen jilbab droegen, terwijl ik daarvoor niet één moslimvrouw had ontmoet zonder jilbab. Ik begon veel literatuur te lezen over de interpretaties van de jilbab. Mijn man vroeg zich af waarom, maar ik zei dat ik dat voor mijn onderzoek nodig had, hahaha. Er zijn heel veel interpretaties van diverse ‘ulama (geleerden) en ik kwam tot de conclusie dat het een persoonlijke keuze is. In mijn madrassa had ik altijd maar één interpretatie meegekregen, maar hier leerde ik dat er veel verschillende visies zijn. Zo heb ik geleerd dat je islam altijd moet bestuderen vanuit verschillende perspectieven, want er is altijd een keuze. Dit is enorm belangrijk om te beseffen: wanneer je over islam praat, dan praat je in werkelijkheid over interpretatie. De essentie die daaruit volgt is: hoe de andere mening te accepteren en hoe een andere keuze te respecteren?”

Grenzen

Waar liggen de grenzen van acceptatie? Hoe om te gaan met ideeën die ver van je af staan? “Dit is niet gemakkelijk. Ik kan bijvoorbeeld de taliban accepteren zolang zij geen geweld als middel gebruiken. Vorig jaar ben ik door de UN uitgenodigd om voor een groep mullah’s (geestelijk leiders) van de Taliban te spreken over reproductieve rechten. Afghanistan heeft een groot populatieprobleem en er is weinig kennis over familieplanning. Het was bijzonder dat ik als vrouw les gaf aan een groep mannen, want in Afghanistan kwamen vrouwen nauwelijks in de publieke sfeer. Ik dacht: ik geef een lezing in het Arabisch, maar de mullah’s spraken geen Arabisch. Dus toen werd het vertaald naar het Pashtun. Het was de eerste dagen overduidelijk dat de mannen het totaal niet eens waren met de dingen die ik zei. Vooral toen het ging over de rechten van vrouwen. Sommigen kenden alleen de Koran letterlijk maar niet de interpretaties. Toen ik verzen reciteerde en er islamitische uitleg bij ging geven – zoals het belang van vrouwen in het familieleven en voor ons misschien hele basale dingen, maar dat de gezondheid van vrouwen heel belangrijk is – zag ik verandering in hun ogen. Ik legde uit welke betekenis dit heeft in onze tijd en context, en dat dit anders is dan de context van de zevende eeuw. Je moet je inspannen om je eigen problemen op te lossen. Een ander belangrijk aspect is dat de Koran vraagt om op te komen voor de zwakke generatie en dat de Koran alle mensen aanstelt als ‘khaliefa fiel ardh’, morele agenten van deze aarde, mannen én vrouwen. Aan het einde vroegen ze aan de medewerkers van de UN of ze nog een extra les konden krijgen! En je moet je voorstellen: deze mullah’s zijn erg traditioneel. Op de laatste dag vroegen ze of ze met mij op de foto mochten. Ik antwoordde: “Oh, sorry, ik ga niet met niet-mahram (+/-familie) mannen op de foto”. Dit laatste vertelde ze me met een grote lach.

“Ook al vind ik bepaalde zaken misschien radicaal, het is van belang om in gesprek te zijn. Ik wordt ook wel eens uitgenodigd op bijeenkomsten waar ook radicale mensen aanwezig zijn en collega’s zeggen dan vaak tegen me: “Oh Musdah, ze nodigen je alleen uit om je te bekritiseren en te veroordelen, dat is verspilde moeite, waarom ga je?” Maar ik vind dat ik altijd moet gaan, want dat kunnen ze op z’n minst het bestaan van een ander geluid in hun gemeenschap horen”.

Interreligieuze dialoog

Mulia geeft aan dat geloof altijd een dialoog is. Dingen moeten uitgelegd worden, voordat een ander je kan begrijpen. “Een moslim zal moeten uitleggen waarom hij 5 keer per dag bidt, zodat anderen kunnen begrijpen dat je af en toe even tijd voor het gebed nodig hebt. Maar ook andersom. Moslims moeten ook verschillen begrijpen binnen bijvoorbeeld de christelijke traditie. In Indonesië begrijpen veel moslims namelijk niet waarom christenen zoveel verschillende kerken moeten hebben. Maar na een gesprek met de gelovigen zullen ze begrijpen dat de tradities tussen katholieken en protestanten verschillend zijn en zullen ze dus ook begrip hebben voor de veelheid aan kerken.

Voor mij bestaat er geen werkelijke islam zonder goede educatie voor iedereen en zonder welzijn en vrede voor de samenleving en familie. Islam gaat niet alleen over het gebed en de armoedebelasting, het gaat vooral over de vredesrelaties in onze samenleving. Hiervoor moeten we verder gaan dan alleen praten. Een van de dingen die ik met mijn organisatie doe is hele concrete acties bedenken en organiseren. Zoals een bloeddonoractie. Het idee was dat mensen iets belangrijks voor een ander in de samenleving konden doen. We nodigden mensen met verschillende religieuze overtuigingen uit. Doordat ze tegelijkertijd aanwezig waren, raakten ze in contact met elkaar, maar zagen ze ook direct dat we hetzelfde bloed hebben, al ons bloed is rood. Praten is niet genoeg, de mensen moeten zich concreet dingen kunnen realiseren. We organiseren ook elk jaar een jongerenkamp. Ons doel is om zo te laten zien dat je prima kunt samenleven! We willen de vooroordelen weghalen, want daar is angst vaak op berust.”

Mulia legt uit dat het moeilijk is om de dialoog door te laten dringen tot grassroot level, “want veel mensen hebben hier geen vaardigheden voor en het grootste probleem zijn de hardnekkige vooroordelen over elkaar. Mijn eerste stap is dus om alle vormen van vooroordelen weg te nemen omdat je elkaar anders nooit werkelijk kunt ontmoeten. Dit begint thuis, in de opvoeding. Kinderen moeten thuis al de basis meekrijgen van de menselijkheid van iedereen. Wij focussen op de bewustwording van ouders door middel van acties en informatievoorzieningen.”

Uitdaging en pluralisme

Mulia vertelt dat elke religie iets unieks heeft en dat het juist de uitdaging is om dat unieke te accepteren. “Maar gemeen hebben alle religies dat ze zijn gekomen voor de mensheid. Dus we moeten kijken hoe we dit menselijke perspectief in alle religies kunnen uitlichten en daarin zie ik geen onmogelijkheden. Oke, we hebben verschillen ideologieën, maar uiteindelijk willen we allemaal reflecteren op de mensheid.” Mulia stelt dat pluralisme veel verder gaat dan tolerantie, wantbij tolerantie zeg je gewoon: jouw positie is dit, mijn positie is dat. Daarbij komt geen vorm van inspanning kijken om een relatie aan te gaan of het delen van gevoelens en problemen. Tolerantie is niet genoeg, want zonder ontmoeting blijft het altijd de ander.”

Anne Dijk

Religiewetenschapper

Anne Dijk is religiewetenschapper, Islamoloog en Islamitisch Theoloog met een specialisatie in autoriteitsstructuren. Dijk is oprichter en …
Profiel-pagina
Al 3 reacties — praat mee.