Twee filmfanaten naast elkaar: de één dialooggezinde moslim, de ander religiewetenschapper. “Noah is geen theologische film”, was de eerste reactie van Enis Odaci. Inderdaad, de kleine flintertjes van het verhaal die we terugvinden in de Bijbel of de Koran komen niet helemaal overeen met de filmwerkelijkheid. Aronofsky zet een spektakelfilm neer met op het eerste oog niet zoveel diepgang. Al kwamen we in ons filmgesprek een aantal beelden op het spoor die het film in een ander licht zetten.

In Noah volgen we het leven van Noach (Russel Crowe), tien generaties na Adam en Eva, in een verdorven, industriële wereld. Noach krijgt de opdracht om een ark te bouwen en de dieren van de aarde te redden terwijl God Zijn schepping reinigt.

Het drama in deze film komt in eerste instantie van Tubal-Cain (Ray Winstone), koning van de mensen en een afstammeling van de vervloekte lijn van Kaïn, die zich tegen zijn ondergang probeert te verzetten. In tweede instantie komt de spanning, en die is veel interessanter, uit Noach zelf.

Aronofski kennen we van sterke films als Requiem for a Dream (Darren Aronofsky, 2000) en Black Swan (Darren Aronofsky, 2010), gewaardeerd vanwege het overtuigend neerzetten van persoonlijk drama. Hoewel de plot van Noah zich daar uitstekend voor leent, komt het persoonlijke drama op het witte doek niet echt tot leven. Uit ons filmgesprek komt naar boven dat de werkelijke waarde van de film zit verstopt in een aantal beelden en niet voor het oprapen ligt. Maar wordt het weer tijd voor een nieuwe zondvloed?

Over deze film heb ik ook op HetFilmgesprek.nl een filmgesprek gehouden met Enis Odaci waarin we elkaar bevragen naar de persoonlijke betekenis van de film. Lees dat artikel op HetFilmgesprek.nl.


coverchildrenofmen02Children of Men

In Genesis 8:21 belooft God de aarde nooit meer volledig te laten overstromen. Maar natuurlijk er zijn andere vormen van louteringen denkbaar. Gods vernietigende creativiteit kan niet onderschat worden! Onwillekeurig moet ik aan Children of Men (Alfonso Cuarón, 2006) denken. Die film speelt één generatie in de toekomst. Er wordt een wereld geschetst waarin onze kinderen of kleinkinderen zelf geen kinderen meer kunnen krijgen. “Geen kinderen, geen toekomst, geen hoop”, zegt de poster. De film begint als de jongste mens sterft: “De wereld werd vandaag opgeschrikt door de dood van Diego Ricardo, de jongste persoon op de wereld. Hij is 18 jaar, 4 maanden, 20 dagen, 16 uur en 8 minuten oud geworden.”

De wereld in Children of Men is net zo verdorven als de wereld in Noah en wordt gelouterd. Specifieker denk ik aan een opmerking uit de film: “De wereld was al naar de klote voordat we ons niet meer konden voortplanten.” De film speelt in 2027 en deze opmerking gaat over ons.

Ernst Bergboer

In het Nederlands Dagblad van 18 april 2014 schrijft Ernst Bergboer dat Noah ons een spiegel voorhoudt. Waar mijn filmgesprek met Enis Odaci zich richt op de esoterische betekenis van de film, richt Ernst Bergboer zich op de maatschappelijke. We zijn de wereld op de klippen aan het jagen, en we zitten vast in een klimatologische en theologische ramkoers: “Hoe vaak stelt de kerk zich niet zo op? Ik? Overtuigd van een onbetwistbaar gelijk? Hoeveel mensen worden daarmee gekwetst, onrecht aangedaan, buitengesloten, weggejaagd? Hoeveel vrouwen met talent en ambitie, hoeveel samenwonenden, homo’s om maar een paar voorbeelden te noemen? Hoeveel geliefden en vrienden hebben wij van ons vervreemd? Waar hebben wij, met Noah, een koers uitgezet die zo radicaal is dat omkeren onmogelijk is geworden?” Hij haalt volgens aan hoe wij met de schepping omgaan: “Wie in de spiegel van Aronosfky kijkt, huilt.”

Natuurlijk wil hij niet zeggen dat het tijd is voor een nieuwe zondvloed. Maar de droevige ondertoon van zijn artikel smaakt wel zo. Ernst Bergboer geeft het personage uit Children of Men gelijk: de wereld is naar de klote. Ligt er dan een loutering op de loer?

Er zijn veel culturen met een zondvloedverhaal, een massale loutering spreekt tot de verbeelding. Veel van die verhalen lijken verdacht veel op elkaar. Het schoonwassen van de wereld is natuurlijk een universeel thema. “In mijn traditie”, vertelt Enis Odaci, “is de zee symbool voor de oneindigheid van de esoterische kennis. Dat heeft ook te maken met wijn. De zee overspoelt de aarde, trekt zich terug en laat trossen druiven, vruchten van de zee, achter. In de film maakt Noach van de druiven wijn en dan wordt hij dronken. Hij heeft symbolisch het aardse van zich afgeschud, en heeft een hogere kennis tot zich genomen. Hij heeft een hoop gepresteerd, maar wordt weer herboren, als een klein kind. Daarom ligt Noach in de film op een gegeven moment naakt op het strand. Noachs zwart-wit geloof in God is gestorven en dan pas dan komt hij terecht in een hoger bewustzijn. Dat is de sleutel van de mythologie. Je bereikt een soort ‘gnosisfase’ waarin je herkent en erkent waar het God om gaat in jouw leven. Er ontstaat dus een nieuwe kennis, een nieuwe wereld en een nieuwe oriëntatie op jezelf en op God. Maar dan moet je wel alles van je afwerpen, soms letterlijk.”

Ik vraag aan Enis of de voorzichtigheid met wijn in de islamitische traditie daar vandaan komt. “Natuurlijk! Wijn vervoert je naar een hogere staat. Maar het heeft het ook in zich om je gek te maken. Je moet in staat zijn om dat te herkennen en te erkennen. Als je de goddelijke kennis zomaar tot je neemt, kan het je of in hogere sferen brengen, maar je ook vernietigen. Niet iedereen kan goddelijke kennis en de daarbij horende verantwoordelijkheid dragen. Daar hebben tradities niet voor niets profeten voor.”

Aronofsky toont ons in het beeld van de wegtrekkende zee die de druiven achterlaat misschien wel de oplossing. De keuze is aan ons. Gaan we de weg van dronkenschap en weelde of de weg van de loutering en groei?

Gauwain-twitter

Gauwain van Kooten Niekerk

docent Levensbeschouwelijke vorming, redacteur Het Filmgesprek

Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.