“Natuurlijk hadden ze slaven. Wat moesten ze dan, de haaien voor zich laten werken?” Ik schiet in de lach om de onderkoelde reactie van Georgina, een goede bekende van me, op de ontdekking dat mijn voorouders op Curaçao slaven voor zich lieten werken. “Er was daar niks en niemand, Stefanie”. Op mijn sputteren dat dat dan nog steeds anders ingericht kon worden, haalt ze nuchter haar schouders op. “Ik ben opgegroeid in Suriname en zat op school bij de nonnen met het dochtertje van de minister en het arme meisje van om de hoek. Alles door elkaar. Het is lang geleden, dat moet je niet vergeten.”
Terwijl ik steeds meer zicht krijg op mijn familiegeschiedenis in Curaçao, zoek ik het gesprek op. De opmerking van Georgina biedt tegenwicht aan de aanvankelijk waarschuwende reacties van Nederlandse vrienden om dit te bespreken. Het verbreken van de stilte levert sowieso een enorme variatie aan reacties op. Bijvoorbeeld die van Laura. Ze groeide deels in Curaçao, deels in Nederland op en had me oorspronkelijk aan het denken gezet over mijn familiegeschiedenis in Curaçao, door me deelgenoot te maken van haar eigen worsteling met de Zwarte Piet-discussie in 2011.
Voorbij de stilte
“Toch wel apart, Stefanie. Jij bent de eerste persoon die deze zoektocht naar de ‘zwarte pagina’s’ in onze geschiedenis vanuit de kant van de voormalige heersers met mij deelt.” Ik schuif een beetje ongemakkelijk op m’n stoel. Ik heb net Laura m’n bevindingen over mijn familiegeschiedenis in Curaçao verteld. En hoe meer ik noemde over plantages die in bezit zijn geweest van mijn voorouders en de compensatie voor de afschaffing van de slavernij die mijn voorouders kregen, hoe onrustiger ik werd. De stilte doorbreken gaat niet vanzelf. Als Laura opveert bij de namen van plantages en vraagt waar op Curaçao deze precies zijn, realiseer ik me opnieuw dat dit allemaal daadwerkelijk heeft plaatsgevonden. Nog niet zo heel lang geleden hebben mijn voorouders andere mensen verhandeld, hun vrijheid afgenomen en als goedkope arbeidskrachten gebruikt onder slechte omstandigheden. Slavernij was in die tijd veelvoorkomend, maar dat neemt niet weg dat ik hier tegenover iemand zit die in haar familieverleden de grimmige kant van deze geschiedenis kent.
Ik lijk me ongemakkelijker te voelen bij deze geschiedenis dan mijn Curaçaose vrienden. Dat komt misschien deels omdat ik met vriendinnen spreek. Meestal hebben we het over hoe je je leven inricht, wie je liefhebt en hoe dat moet. Nu we naar dit stuk geschiedenis samen kijken, blijken we indirect ook op een grimmige manier verbonden. Maar hoe je het ook went of keert: het blijft een verbinding. Laura voelt zich niet ongemakkelijk bij het luisteren naar mijn familiegeschiedenis. Deels omdat de geschiedenis haar bekender is dan mijzelf door het onderwijs op Curaçao, waarin meer aandacht is voor het slavernijverleden dan in Nederland. Daarnaast benadrukt ze dat ze zich juist niet ongemakkelijk voelt in ons contact ook al gaat het over een donkere bladzijde in de geschiedenis “omdat jij hier helemaal geen aandeel in had, maar nog meer door je erkenning en begrip voor onze gezamenlijke historie ongeacht de pijnlijke waarheid.”
Ik ben op mijn beurt benieuwd naar Laura’s familiegeschiedenis in de periode van slavernij. Jammer genoeg is haar die niet zo duidelijk. “Ik ken snippers en stukjes, maar het grote plaatje ken ik niet. Dus aan mij heb je niet veel als bron”. Dat gebrek aan kennis klinkt mij bekend in de oren. Is dit ook onderdeel van de stilte? “Ik weet niet precies waarom ik het hele verhaal niet ken. Nu heb ik er zelf niet actief naar gezocht, maar het kan ook te maken te hebben met de pijnlijke historie”. Caroline, een andere Curaçaose vriendin bij wie ik informeer naar haar familiehistorie, weet ook niet precies hoe het zit. Als we later doorpraten met haar vader erbij, blijkt haar familiegeschiedenis heel divers: er bevinden zich slaven, oorspronkelijk uit Ghana, die zichzelf hebben vrijgekocht op Curaçao tussen haar voorouders, maar ook een Nederlandse matroos en afstammelingen van een Indianengroep uit Venezuela. Haar vader vertelt dat sommige voormalig slaafgemaakten uiteindelijk zelf ook slaven hielden als goedkope arbeidskrachten en als statussymbool. Dat was ik in literatuuronderzoek ook tegengekomen. De geschiedenis is daarmee nog veelzijdiger dan ik al dacht.
Welke stem wordt gehoord?
Geschiedenis is allesbehalve passé, zoveel is me duidelijk. Zoals vele andere factoren, slijpt ook onze familiegeschiedenis de glazen van de bril waarmee we de wereld waarnemen. Zij beïnvloedt de rol die we voor onszelf in de wereld zien maar ook hoe goed toegerust we zijn om kansen te kunnen aangrijpen. Terwijl ik groef in mijn familiegeschiedenis, ondervond ik hoe ingewikkeld het kan zijn als je informatie tegenkomt die niet past bij je zelfbeeld of het beeld van je herkomst. Het ongemak en de gevoeligheden die aan het licht komen. Tegelijk is kennisnemen van deze geschiedenis, juist met de donkere bladzijden, de enige manier om je goed te kunnen verhouden tot die geschiedenis, tot het heden en tot een gezamenlijke toekomst.
Zo kunnen onze verhalen, groot en klein, een bron van verbinding zijn. Dat vraagt wel lef: je zult open en met aandacht moeten durven luisteren naar verhalen die je zomaar eens heel oncomfortabel kunnen maken. Die je uitdagen om je zelfbeeld en je beeld van je familiegeschiedenis bij te stellen. Die je beeld van het Nederland waarin we toch “eerlijk” met elkaar omgaan, op z’n kop zetten. Op die manier luisteren naar elkaars verhalen, voorbij de stilte, bracht mij op een andere manier in gesprek met mijn Curaçaose en Nederlandse vrienden. Het heeft me ook opnieuw doen realiseren hoe belangrijk kennis van het slavernijverleden en de verhalen die daarbij horen is voor onze gezamenlijke toekomst als samenleving. De waarschuwingen die ik kreeg om de stilte te doorbreken over mijn eigen familiegeschiedenis maar ook de heftige reacties vanuit de “blanke” kant in de Zwarte Piet-discussie laten zien dat er nog te veel stemmen niet gehoord mogen worden.
Echter, hoe hard de stilte sommige stemmen ook probeert te dempen: we zijn met elkaar verbonden door verhaallijnen van allerlei aard. Aan ons om die verhaallijnen te beluisteren, erkennen en ze ons te doen verbinden richting een gezamenlijke toekomst.
Dit was het slot van Stefanie’s verkenning naar haar familiegeschiedenis. Wil je met anderen in gesprek over jullie familiegeschiedenissen en hoe de stemmen van toen ons nu nog verdelen en verbinden? Stuur dan een e-mail naar [email protected]. Stefanie nodigt je dan binnenkort uit voor een vertel- en luistersessie rond dit thema.
De naam van Laura is op verzoek gefingeerd.
Alle 3 de stukken met ‘plezier’ gelezen, voor zover dat met dit onderwerp mogelijk. Schrijfster heeft het aangedurfd om een stuk zelfreflectie te doen en op zoek te gaan naar haar geschiedenis. Hoewel de resultaten schokkend kunnen zijn, getuigt het van openheid en transparantie om dit te delen. Herkennen, erkennen en leren vormen hierin kernbegrippen. Als meer mensen dit zouden doen, ben ik er van overtuigd dat het begrip en acceptatie in de samenleving zullen toenemen.
Kortom, tof dat Stefanie (schrijfster) hiervoor de ruimte heeft gekregen én deze heeft gepakt!