Mient Jan had bijvoorbeeld kunnen zeggen dat door de kernwapens van Israël de onoplosbaarheid van het probleem waarin dat land met de Palestijnen verkeert, compleet lijkt geworden. Het conflict werd er net zo bevroren als het Oost-West-conflict. Ari Shavit beschrijft in Mijn Beloofde Land meesterlijk de ‘glazen stolp’-functie van het Israëlische kernwapen, waarmee alle Arabische hoofdsteden in as kunnen worden gelegd. Zou Iran daarom ook maar niet beter over kernwapens kunnen beschikken, om de problemen in de regio nog meer te ‘stabiliseren’ met nog meer ‘nucleair evenwicht’? En waarom geen kernwapens voor Japan? China heeft ze al. Het Chinese kernwapen heeft op zijn beurt het lot van de Tibetanen uiterst ‘stabiel’ gemaakt… Aan de ‘status quo’ van de onderdrukking van de Tibetanen lijkt, dank zij het kernwapen, net zo min meer iets te kunnen veranderen als dat van de Palestijnen en de Noord-Koreanen. Gelukkig valt dat te bezien.
Menselijke waardigheid gaat boven de status quo
Ben ter Veer was in het IKV de strateeg, Mient Jan Faber de tacticus, ons boegbeeld. Ben bedacht de campagne ‘Help de kernwapens de wereld uit, om te beginnen uit Nederland’ en bleef dat motto hardnekkig “ons voorstel” noemen. Zijn leven lang bleef hij in beweging voor wat hij “een vredesklimaat” noemde. Daarmee bedoelde hij het tegendeel van een ‘status quo’. De achterliggende gedachte was dat ‘stabiliteit omwille van de stabiliteit’ op den duur maatschappelijk verstikkend werkt en daarom in aanleg onderdrukkend en zelfs gevaarlijk is. Ter Veer was het sociaal-educatieve brein en geweten achter “de nieuwe vredesbeweging” die eind jaren ’70 en begin jaren ’80 overal in Europa een massabeweging werd. De vredesbeweging noemde zich begin jaren ’80 “nieuw”, omdat hij zich juist wilde onderscheiden van het vluchtige, extreme antimilitarisme en van communistisch georiënteerde stromingen, die het alleen maar over wapens hadden en inderdaad vooral de angst mobiliseerden ter wille van hun hun eigen agenda’s. Het IKV wilde, wederom een citaat van Ben ter Veer, “geen strovuurtjes”. Snel scoren was er voor hem juist niet bij. Nee, je beloofde tien jaar (!) mee te doen en anders maar niet. In Nederland was dit unieke, duurzame commitment verankerd in de kerken. Toen stonden in die kerken vorming en toerusting en maatschappelijke betrokkenheid nog wel hoog aangeschreven… Volgens de sociaalpsycholoog Ter Veer moest die ‘nieuwe’ vredesbeweging mensen instrumenten bieden om zichzelf te helpen hun machteloosheid over de bewapeningswedloop en de internationale politieke status quo af te leggen. Geen kwestie van “romantiek” maar van sociale ethiek! Het IKV vormde daarenboven een spirituele beweging die vanuit het joodse en christelijke denken menselijke waardigheid stelde boven een status quo. De eigen veiligheid en het eigen gerief kunnen immers niet boven waarachtige vrede gaan, omdat de ander in die vrede ook mee hoort te doen. “Metafysica” brieste de sociaaldemocratische ideoloog Bart Tromp dan. Inderdaad, metafysica en geen slechte! Ben ter Veer ontwikkelde in 1966 voor het eerst een aanzet voor de latere IKV-campagne, toen hij voor de internationale Pax Christi beweging een klassiek geworden verhandeling hield over educatie en vrede: “De belangrijkste taak van Pax Christi is een educatieve: de groei bevorderen van een vredesklimaat. Dat is een werk, dat zich over tientallen jaren uitstrekt en waarbij gerekend moet worden met en gehoopt moet worden op trage doch gestadige voortgang”. Zijn progressieve veranderingsgezindheid leidde ertoe dat de hoofdstroom in die beweging – ook Mient Jan Faber – zich in toenemende mate solidariseerde met oppositiebewegingen in Oost-Europa. “De Oost-Europeanen mogen de prijs betalen voor onze welvaart en vrijheid”, placht Ter Veer te zeggen tegen de tegenstrevers uit de veiligheidselite die vooral hamerden op het belang van ‘stabiliteit’ in het conflict tussen Oost en West.
Inzet voor recht en vrede niet laten remmen door het kernwapen
Wat de vredesbeweging toen uiteindelijk zichtbaar heeft gemaakt – en dat is voor mij de belangrijkste verdienste – is dat zelfs kernwapens, Godzijdank, geen afdoende remedie blijken te zijn om de geschiedenis tot stilstand te brengen. De veiligheidsfunctie van deze wapens is in 1989 zeer betrekkelijk gebleken en dat mag een inspirerende gedachte blijven, voor iedereen die vandaag door gaat met zich in te zetten voor recht en vrede, met of zonder kernwapens op de plank. Ik dank Mient Jan overigens voor zijn eigen grote aandeel in die ‘opstand tegen de status quo’ van de jaren ‘80.
Mooi stukje en mooie analyse, Gied!
Dank Gied ten Berge om een en ander, zeker voor de jongere lezers, in een meer weloverwogen, fris daglicht te zetten: jullie waren een uitstekend team op het IKV-secretariaat; een politiek scherp en analytisch media-genie (goed gereformeerd wiskundige) en een spiritueel gedreven beschouwer en schrijver (katholiek socioloog en inmiddels godsdienstwetenschapper). De andere sterspelers laat ik even aan Studio Pax Christi…
Kernwapenvrije wereld.
Terecht merk je op Gied dat zelfs kernwapens, Godzijdank, geen afdoende remedie blijken te zijn om de geschiedenis tot stilstand te brengen. Deze gaat onverdroten door richting VREDE, ofwel naar een kernwapenvrije wereld. In tegenstelling tot ex-IKV’er Mient Jan Faber beschouw ik het idee van een kernwapenvrije wereld dan ook niet als flauwekul, maar als een haalbare kaart. Bovendien acht ik de tijd meer dan rijp voor het trekken van die mondiale Vredeskaart, op het mondiale beleidstoneel.
De moeilijkheid is alleen dat daarvoor eerst de huidige cast op het wereldtoneel, vervangen dient te worden. En wel door een selecte groep bijdetijdse wereldburgers die met twee benen stevig in onze (partij- en landsgrenzen overstijgende) mondialiserende tijd staat en de daarbij horende tijdgeest (die open staat voor wereldvrede) feilloos aanvoelt. Wereldburgers die zich daarnaast zeer wel van bewust zijn van het feit dat het ultieme politieke doel, de Wereldvrede, nooit het resultaat kan! zijn van het dictatoriale parlementaire (wie regeert dicteert) en monetaire (wie betaalt bepaalt) gedachtegoed, dat het huidige uitzichtloze mondiale reilen en zeilen bepaalt.
Wat het doorbreken van die moedeloos makende uitzichtloosheid betreft, is van de peperdure Nuclear Security Summit (NSS) eind maart in Den Haag geen enkel wenkend (vredes-)perspectief te verwachten is. Ondanks alle grootschalige media aandacht is het nu reeds te voorzien dat de deceptie na afloop van de NSS enorm zal zijn, hoe groot de motivatie van premier Rutte ook is, om als NSS-voorzitter de nucleaire top tot een succes te maken. Helaas ontgaat het hem dat, zoals vanouds, alleen de wapenindustrie en haar aandeelhouders uitermate content zullen zijn over de lucratieve resultaten van deze grootste nucleaire (flauwekul-)top ooit op Nederlandse bodem.
Kortom, de leus ‘Help de kernwapens de wereld uit,…………….’, zal in het Torentje begrijpelijkerwijs geen enkel gehoor vinden.
Mooie en terechte analyse, Gied.
Wat beknopter heb ik op de webpagina van “Kerken in Den Haag” een vergelijkbare reactie geschreven:
Het is niet zozeer wat Mient Jan Faber zegt over kernwapens dat als schokkend of verbazend overkomt. Zolang de kennis over kernwapens blijft bestaan is een volledig kernwapenvrije wereld geen realistische optie. Maar dat betekent niet dat er niet veel meer mogelijk is dan er nu gebeurt door bijvoorbeeld eenzijdige eerste stappen. Op die filosofie was de IKV-campagne “Help de kernwapens de wereld uit, om te beginnen in Nederland” gebaseerd. Die campagne was onderbouwd met tal van goed doordachte en van realisme getuigende overwegingen, die destijds door Faber vol verve werden uitgedragen. Waarom dan nu zeggen dat er eerst consensus moet zijn in de NAVO voor we de kernwapens uit Volkel verwijderen? Daarmee maakt Nederland zich volledig afhankelijk van landen als Polen of Litouwen.
Militair dient het geen enkel doel. Het is een puur politiek-psychologisch relict uit de Koude Oorlog.
Kan Mient Jan eens uitleggen waarom eenzijdige stappen toen wel een realistische optie waren en nu niet? Het is mij iets te simpel om dit nu allemaal met romantiek af te doen. Daarmee doet Faber niet alleen een hele generatie vredesactivisten tekort, maar vooral ook zichzelf.
Voor de goede orde: ik vind dat kernwapens moeten worden afgeschaft en internationaal worden verboden. Die opvatting heb ik sinds lang en heeft bij mij post gevat toen ik als kleine jongen gewaar werd wat er in Nagasaki gebeurd was. Niet voor niets heb ik jarenlang een voortrekkersrol gehad binnen de internationale antikernwapen beweging. Elke journalist weet dit en zou er rekening mee moeten houden als hij/zij iets over mijn beginselen wil opschrijven. Zo is dat.