Yousouf*, jij hebt uitgesproken meningen. In de klas denk jij goed na over de gebeurtenissen om je heen. “De aanslag op Charlie Hebdo in Parijs? Nee, dat is geen islam wat die moordenaars aanhangen.” Bij die woorden kijk je jouw medeleerlingen bedachtzaam aan. “Maar die mensen van die krant moeten goed weten dat wanneer zij met de Profeet spotten zulke vreselijke dingen kunnen gebeuren.”
Jij bent nog een jonge knul. Nog maar een jaar of vijftien. Maar je weet wat jij wilt. Jij bent heel pertinent in jouw uitspraken. “Vrijheid van meningsuiting, prima. Maar elkaar beledigen, geen respect voor elkaar hebben? Dat niet.” Op jouw jonge leeftijd sta jij bewust in de traditie van jouw ouders en jouw grootouders. Jij bent een religieuze moslim. Jij toont verontwaardiging wanneer er negatief over de islam, de Koran of de Profeet wordt gesproken. Jij komt in de klas op voor het geloof van jouw ouders en de rest van jouw familie en voor jouw eigen overtuiging.
Ik ben geloof ik voor jou de eerste Jood die jij in levenden lijve aanspreekt. De Gaza-oorlog, het conflict tussen Israël en Palestina en de beelden vanuit het Midden-Oosten roepen heftige reacties bij jou op. Jij spreekt mij daarop aan, maar blijft beleefd. Ergens klikt het tussen ons. Toch kan ik niet voorkomen dat er in mijn gedachten gevoelens van onrust opkomen wanneer wij met elkaar in gesprek zijn. Yousouf, zo jong maar toch ook zo fel. Is het dit soort jongens die beantwoorden aan het wantrouwen en de angstgevoelens binnen mijn eigen Joodse gemeenschap wanneer daar over moslims wordt gesproken?
Maar dan komen jouw vragen. “Hoe kan dat nou? Dat er hier in onze stad, in dit land, gewapende politieagenten moeten staan wanneer jullie Joden naar de synagoge gaan om te bidden? Waarom wordt er geprotesteerd wanneer wij een moskee willen bouwen om daar ons gebed te doen? Waarom zijn Joden bang om hier nog te blijven? Waarom wordt onze moskee beklad?” Samen hebben wij naar antwoorden gezocht. Antwoorden die jij en ik nog niet hebben gevonden.
Yousouf, ergens sta jij hier vandaag ook tussen deze massa mensen. Jouw vragen zijn de vragen van al diegenen die hier vandaag aan de voet van die grote Portugese synagoge staan. Jouw vragen zijn de vragen van ons allemaal die zo direct op weg gaan naar de moskee.
Yousouf, weet je nog vorige week? Toen wij samen zaten te kijken naar die plaatjes waar de spot werd gedreven met de Profeet? Ik ben niet vergeten hoe verontwaardigd jij was. Maar Yousouf, ook ben ik niet vergeten hoe boos, hoe verontwaardigd maar ook hoe verdrietig jij was, vorige week, bij het plaatje waar de spot werd gedreven met Anne Frank. Jij, die jonge religieuze moslim, keek mij verontwaardigd, verbijsterd, hulpeloos aan bij de spotprent van Anne Frank. Hoe is dit mogelijk, in Godsnaam, in welk land leven wij? Met bewondering keek ik jou aan.
Een vrome jonge moslim, waarvan ik in mijn achterhoofd weet dat jij bij velen binnen onze Joodse gemeenschap wantrouwen op zal opwekken enkel en alleen maar omdat jij een religieuze moslim bent, staat hier op omdat de Jood beledigd en gekwetst wordt. De regels van de rechtsstaat waar het vrijheid van meningsuiting betreft zijn mogelijk ver verwijderd van jou en mij. De afstand tussen ons tweeën is heel klein.
Yousouf jij leeft met deze vragen. Maar kijk om je heen. Al deze mensen, iedereen vandaag, hebben deze vragen. Wij gaan nu zo op weg, Yousouf, samen met al deze mensen. Wij lopen van de synagoge naar de moskee. Jouw vragen, onze vragen, verbinden ons op deze dag. Opdat zo God het wil, Insh´Allah, in Yirtsee Hasheem, de gewapende politie bij de ingang van de synagoge weer kan verdwijnen, de bedreiging van Moskeeën tot het verleden gaan behoren. En dan hebben wij het antwoord gevonden.
Yousouf, jij en ik, zullen samen met velen ook na vandaag onze weg vervolgen. De weg van diversiteit, verbonden door solidariteit, respect en naastenliefde.
* De naam Yousouf is verzonnen.