Jong en homo, geen gemakkelijke combinatie. Televisiepresentator Sipke Jan Bousema zet zich in voor het bespreekbaar maken van homoseksualiteit onder jongeren. Zijn eigen middelbare schooltijd was niet altijd eenvoudig. Lees hieronder zijn verhaal.
De middelbare schooltijd was voor mij een leuke maar ook onzekere tijd. Ik was ondernemend, maakte videoclips met mijn klas voor muziekles, organiseerde busreizen naar tv-programma’s, verkocht parfum, wierf leden voor magazines. Ik had goed contact met alle verschillende groepen op school. Ik had veel vriendinnen, volgens sommigen de allermooiste. Niet alle jongens begrepen dat. Daar kwam ook wel wat jaloezie bij kijken. Zij wisten niet dat ik voornamelijk lol met ze had en eigenlijk alleen maar met ze aan het ‘geiten’ was, verder niks. Wel was ik een beetje gek op sommige meisjes alleen lukte het me niet, om met het meisje dat ik leuk vond, ook verkering te krijgen. En als ik verkering had, was het redelijk snel voorbij. Omdat het gewoon niks was. Er ontbrak iets.
Ik merkte wel dat ik sommige jongens knap vond. Ik fantaseerde over ze en vond dat heel vervelend, omdat het volgens mij ‘niet hoorde’. Ik was voor mijn gevoel niet ‘homo’ omdat ik mij niet herkende in bijvoorbeeld Paul de Leeuw of andere bekende homo’s uit die tijd. Dat fantaseren over jongens gebeurde ook wel eens op school. Ik probeerde het zoveel mogelijk weg te drukken. Ik had het gevoel dat het niet mocht. In ieder geval maakte ik ervan dat het niet geaccepteerd werd. Jongens hadden verkering met meisjes en meisjes met jongens. Niet anders.
Ik durfde er met niemand over te praten. Omdat ik wel goed lag bij mijn klas- en leeftijdgenootjes wist ik ‘te overleven’. Ik voelde me goed en had veel plezier. Alleen dat liefdesgedeelte, dat werkte niet. Uiteindelijk ontwikkelde ik een hetero-masker. Ik verzon een hetero-identiteit, voor de buitenwereld en voor mezelf. Ik weet nog dat ik in de brugklas kwam en dacht ‘goed en nu moet ik binnenkort verkering hebben, laat ik eens kijken wie van de meisjes ik het aller-leukste vind’. Dat meisje vond ik. Een heel lief mooi meisje. Op haar concentreerde ik me dan. Ik maakte me mezelf wijs dat ik verliefd was. En ik vond haar ook leuk en mooi, alleen verliefd? Achteraf was ik dat natuurlijk niet. Uiteindelijk kregen we verkering. Onzeker en wat onhandig. We zijn een keer samen naar de film geweest. Het was leuk maar van een hevig brandend vuur was absoluut geen sprake. In die tijd dacht ik weleens ‘wat een gedoe, meisjes. Wat kost het veel een energie.’ Ik dacht zelfs: ‘ik wou dat ik later beroemd was dan komen de meisjes vanzelf op me af.’ Omdat ik redelijk leader of the gang was, een modellenwedstrijd won en als model in een reclamefilmpje zat voor All you need is Love – dat was heel wat in het noorden van Friesland – werd mijn ‘wens’ sneller waar dan ik kon vermoeden. Mijn zelfvertrouwen groeide, en daardoor werd het voor mij makkelijk om bijvoorbeeld met een meisje te zoenen. Ik heb toen zelfs voor het eerst seks gehad met een meisje. Dat we er voor kozen omdat buiten te doen, midden in de winter, was niet handig. Of het binnen wel gelukt zou zijn, is de vraag. Buiten in de kou in ieder geval zeker niet. Ik heb er achteraf erg om gelachen. Ik hoop zij uiteindelijk ook.
Mijn vergrotende bekendheid heeft me toen zeker gesteund bij het volhouden van mijn hetero-masker. Want ondertussen fantaseerde ik toch echt over jongens. Een keer kwam ik er achter dat een van mijn beste vriendinnen het vermoedde. We waren aan het winkelen en met een clubje meiden aan het kijken naar een nieuwe spijkerbroek. Ik stond me te verkleden in de kleedkamer en ik meende dat ze tegen haar vriendinnen zei dat ze dacht dat ik homo was. Ik kon wel door de grond zakken. Vreselijk vond ik het. ‘Nu hebben ze me door’ dacht ik. Mijn hart klopte in mijn keel. Alsof er niks aan de hand was, maar toch enigszins chagrijnig, kwam ik uit het kleedhokje. Ik zei niets en heb de broek uiteindelijk niet gekocht. Mijn masker behield ik. Later droomde ik nog vaak dat ze mijn geheim kenden. Verschrikkelijk vond ik dat.
Ik weet nog dat ik in mijn examenjaar dacht: ‘Komend jaar ga ik uitzoeken hoe het zit’. Ik verhuisde in mijn eentje naar Hilversum, ontmoette nieuwe mensen en een collega die uiteindelijk een goede vriendin werd. Zij was de eerste aan wie ik ‘het’ vertelde. Ze reageerde heel open. Ze had weinig ervaring met homo’s, maar vond het oké en vertelde dat het misschien ook een levensfase kon zijn. Dat was voor mij heel fijn. Een eerste ontlading. Alles kon en was mogelijk en ik was mijn verhaal kwijt. De druk van jarenlang iets voor mezelf houden was weg.
In Hilversum gaf ik mezelf de ruimte om te ontdekken hoe het nu bij me zat. Ik probeerde het aan te leggen met meisjes en vervolgens ook met jongens. Die laatste groep had toch duidelijk meer mijn interesse. Ik ontmoette op een gegeven moment een naamgenoot, Sipke. Hij kwam ook uit Friesland, was wat ouder en ‘uit de kast’ als homo. Hij was regisseur bij een programma waar ik productieassistent werd. Een leuke lieve man. Toen begon er bij mij iets te dagen. Ik dacht ‘dat is een leuke homo’. Eentje zoals ik nog niet kende. ‘Misschien ben ik het dan toch’. Twee dagen later ontmoette ik tijdens de opnamen een jongen die publiek had geregeld. Een leraar van een dansschool. Eerst hadden we een meningsverschil over iets, zelfs bijna ruzie. Hij was een paar jaar ouder dan ik. ’s Avonds toen de werkdruk weg was, zag ik plotseling dat hij heel knap en aantrekkelijk was. Onder toeziend oog van mijn beste vriendin stond ik de hele avond met hem te praten. We wisselden nummers uit en belden vervolgens de hele nacht met elkaar. Heel spannend was dat. Een mooie, knappe, stoere jongen. Toen wist ik het zeker, ik dacht als jij het bent, ben ik het ook.
Tot over mijn oren verliefd was ik. We hebben elkaar een aantal keer ontmoet. We hebben gevreeën en seks gehad, maar een relatie werd het niet. Wel een fijne en voor de rest van leven bepalende ervaring. Het bevrijdende gevoel dat daarna kwam was echt euforisch te noemen. Heerlijk voelde het. Het gevoel van ontzettend verliefd en helemaal gek kunnen zijn op een jongen. En dat het oké is. Ja, een echte bevrijding.
Mijn ouders veroordeelden homoseksualiteit niet – ze hadden zelfs vrienden die homoseksueel waren – toch was het voor mij een hoge drempel om het te vertellen. Uiteindelijk op een rustige zondagmiddag, na vijf keer slikken kwam het hoge woord er bij mij uit. Ze vonden het prima en fijn. Mijn moeder zei alleen ‘Och jongen waar heb je al die tijd mee gezeten terwijl ik het niet wist’. Dat is zo. En wellicht had ik het wel veel eerder ook aan haar en /of mijn vader kunnen vertellen. Maar soms heeft iets tijd nodig.
Toen ik verliefd werd op die ene jongen toen wist ik het pas zeker. Toen was ik echt homo of gay of hoe je het ook wilt noemen. Ik zeg vaak: ‘Je bent pas homo als je er zelf achterkomt’. Dat was ook zo bij mij. Zo ben ik. En ik ben er uiteindelijk heel blij en gelukkig mee. Gay zijn is voor mij meer dan oké! Juist heel, heel fijn! En uiteindelijk, denk ik er helemaal niet meer aan dat ik homo of gay ben. Vergeet ik het zelfs. Ik hou gewoon in een relatie van een jongen. That’s all.