De rechtbank in Groningen heeft het beroep van Daqiq tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag ongegrond verklaard. Zo blijft hij nog steeds uitgesloten van alles wat een mens normaal kan doen; een werkkring vinden, een woning betrekken, opnieuw studeren, promoveren eventueel, (her)trouwen. Wie niet legaal hier is, bestaat officieel niet en in werkelijkheid slechts in de marge.
We schreven eerder over hem, in augustus 2017. Hij zat toen al negen jaar in de opvang bij INLIA en zei: Je wil je leven betekenis geven, iets goeds doen. Hij had het gevonden ook: de voormalige directeur van het provinciale bureau landhervormingen was dichter, schrijver en vertaler geworden. Hij had net ‘De wereld van Sofie’ vertaald, het bekende boek over westerse filosofie. Dankzij hem konden de Afghanen erover lezen, tot de Taliban weer aan de macht kwamen.
Daqiq vluchtte in 1997 al voor de gewelddadige machtsovername van die groep. Maar omdat hij ambtenaar was onder het bewind daarvóór, zegt de IND dat hij eerder mogelijk medeplichtig was aan mensenrechtenschendingen. Hij is daarvoor echter nooit strafrechtelijk vervolgd. En heeft zijn onschuld dus ook niet aan kunnen tonen. Maar ondertussen kan hij geen kant op. Hij kreeg in 2013 een inreisverbod voor Nederland, hoewel hij al hier was en nergens heen kon, en de IND tegelijkertijd erkende dat hij gevaar liep bij terugkeer naar Afghanistan.
In een artikel van INLIA uit 2017 zegt hij daarover: Ik mag niet hier blijven, ik kan niet terug, ik mag niet naar een derde land. Waar moet ik heen? De hemel? Onder de grond? Je kunt een verdenking hebben, dat kan een aantal jaren duren, maar twintig jaar? Wanneer houdt het op? Wie mensenrechten schendt, hoort berecht te worden. (…) Als je mij verdenkt, moet je mij vervolgen.
Tienjarenbeleid
Daqiq stapte dit jaar opnieuw naar de rechter om een verblijfsvergunning. Meer precies: hij vroeg om opheffing van het inreisverbod en toepassing van het tienjarenbeleid voor zogeheten ‘1F-ers’; vernoemd naar artikel 1F uit het vluchtelingenverdrag waarin staat dat iemand wordt uitgesloten van asiel als er ernstige redenen zijn om te veronderstellen dat iemand zich schuldig heeft gemaakt aan oorlogsmisdrijven of misdrijven tegen de menselijkheid.
Maar ook 1F-ers mogen Nederland niet uitgezet worden als ze daarmee risico lopen op foltering of onmenselijke behandeling. Dat bepaalt artikel 3 van het EVRM, het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Het tienjarenbeleid behelst dat een 1F-er die al tien jaar niet kan worden uitgezet vanwege het risico op foltering, alsnog een vergunning kan krijgen.
Je zou denken: dat is hier van toepassing. Daqiq zit immers al een kwart eeuw in die positie. En de IND erkende in 2017 al jaren dat hij gevaar zou lopen bij terugkeer. Daqiq hoopte dat de rechters naar hun geweten zouden luisteren, zei hij. Maar de rechtbank wees het verzoek af. Het tienjarenbeleid zou niet van toepassing zijn.
Afghanistan veilig?
Want van april 2019 tot augustus 2021 – tot de Taliban weer aan de macht kwamen – zou het volgens de Groninger rechters veilig zijn geweest om terug te keren naar Afghanistan. Daqiq had toen terug gekund, vindt de rechtbank; bijgevolg gaat de tienjarenperiode pas weer tellen vanaf 2021. Komt u in 2031 maar weer terug.
Frappant is dat de Afghaanse minister van Migratie in april 2019 – aan het begin van die periode dus – juist opriep geen mensen uit te zetten naar Afghanistan: het was niet veilig. Dat dit zo was, werd in augustus 2021 wel duidelijk. Als Daqiq in die periode was teruggekeerd, had hij voor zijn leven moeten vrezen. Zeker als hij er nu nog had gezeten, onder het Taliban-regime.
Had hij zijn leven in 2019 in de waagschaal moeten stellen door terug te keren? En wat had hij moeten doen na de machtsovername? Waar had hij naartoe moeten vluchten? De Engelsen hebben een uitdrukking voor dit soort uitspraken: From the safest places come the bravest words. Vanaf de veiligste plekken, komen de dapperste woorden.
Volgens de betrokken jurist van INLIA is het duidelijk onterecht dat er gesteld wordt dat het van april 2019 tot augustus 2021 veilig was en er dus geen art. 3 EVRM belemmering was voor Daqiq. Integendeel: die belemmering geldt al 25 jaar en omdat hij vanwege art. 1F ook geen asiel krijgt, valt hij al die tijd al tussen de wal en het schip. Het tienjaren-beleid was bedoeld om een einde te maken aan dit soort situaties, maar blijkt ook in dit geval weer een dode letter, stelt de jurist.
Zijn boeken – zeventien inmiddels – maken Daqiq tot een doelwit. Hij blijft niettemin schrijven, doelwit is hij toch al. Zijn laatste boek gaat over twee meisjes die aan de universiteit studeren, totdat de Taliban dit verbieden. De studentes raken in psychische nood door dat verbod. De Taliban zullen dat boek misschien willen verbranden, zegt hij zachtjes. De uitgever is bevreesd.
Maar Daqiq schrijft door. Hij is alweer bezig met een nieuw boek. Schrijven is tenminste iets waarvoor je geen verblijfsvergunning nodig hebt. En – zoals hij in 2017 al zei: Wat belangrijk is, is dat je wat bijdraagt aan de wereld. En dit is wat ik kan bijdragen.
De stichting INLIA is in 1988 opgericht als dienstverlenende organisatie voor geloofsgemeenschappen die het Charter van Groningen ondertekenden. Deze gemeenschappen kozen en kiezen daarmee partij voor vluchtelingen en asielzoekers in nood. INLIA produceerde dit artikel.
Dit voorbeeld van deze schrijver Rahimullah Daqiq als slachtoffer van de eigen regels van de IND, is hèt model voor de reden waardoor “Het Vluchtelingenbeleid” in Nederland en Europa leidt tot kabinetsval: de regels van de IND bijten elkaar in de staart, net zoals de verdragen van de Europese landen ervoor zorgen dat verbetering, versnelling of vermindering van de vluchtelingenstroom onmogelijk gemaakt worden.
In de situatie van de heer Aqiq lijkt het er op, dat de ambtenaar in de diverse regels met opzet heeft gezocht naar een “stok om de hond te slaan”; anders komt een beetje normaal mens niet aan de toepassing van zo’n kromme constructie: “U hàd in 18 maanden even niet gedood kunnen worden!”Dus omdat u die periode voorbij heeft laten gaan, bent u nu schuldig aan uw eigen situatie…..???!!
De regels en verdragen van de diverse landen m.b.t. “de Vluchtelingenopvang” zijn even krom.
Men is “verplicht” de “vluchteling” op te vangen – maar doet er vervolgens alles aan om daar onderuit te komen middels “Turkije-deals”, Afrika-kampen etc.
Terwijl de meest eenvoudige stap kan zijn, dat men het niet langer meer heeft over “Vluchtelingen” – met alle connotaties en moraal die daar aan verbonden zijn, maar over “Migranten”. Dat zijn namelijk mensen die, om welke hun moverende reden ook, ervoor gekozen hebben om het hun bekende land, de familie, vrienden, taal, cultuur, religie, werkkring etc. achter zich te laten om een uiterst zware en gevaarlijke route te gaan bewandelen naar een ander land. Voor dergelijke mensen is het volslagen onnodig om vast te stellen “of ze wel echt vluchten moeten”. Gewoon onderzoeken welk type werk iemand zou kunnen verrichten en die de gelegenheid geven dat werk daar te doen in Europa waar daar aan behoefte is, voldoet.
Daarmee wordt wel de keuzevrijheid van die migranten hen ontnomen – maar hoe zwaar moet dat argument wegen? De gastheer/-vrouw/het gastland heeft toch het recht om bepaalde gasten te weigeren? Als de Europese leiders in hun Europese Unie-kasteel nou eens met ècht creatieve ideeën begonnen, dan stortten ze al die miljoenen kostende maatregelen van opvang, tegenhouden, beschermen, hekken en wat niet al in één fonds t.b.v. het opvangen, begeleiden en scholen van de migranten gedurende twee jaar. Dan weet iedereen waar iedereen uithangt; eventuele fouten bij de toelating als alsnog gebleken gepleegde oorlogsmisdaden kunnen worden rechtgezet; de migranten kunnen sneller en goedkoper aan het werk en als dat na twee jaar niet gelukt is; gaan ze weer terug of naar een ander land dat ze wel kan en wil gebruiken. Hoe moeilijk kan het zijn?