De Meent is een plek waar mensen die niet mogen werken, toch dingen kunnen leren en bezig kunnen zijn, legt Hanneke van Bezooijen uit, directeur van de Protestantse Diaconie Amsterdam. We zitten in de bus op weg naar de boerderij met een groep mensen van het Wereldhuis, een plek waar mensen zonder papieren voor van alles terecht kunnen, van een luisterend oor tot juridisch advies.
Ook Pablo Eppelin zit in de bus. Hij is projectmedewerker bij het Wereldhuis. “Van deze plek komen ongeveer twintig mensen regelmatig op de boerderij,” vertelt Pablo. “Vaak hebben zij in hun land van herkomst al eerder op een boerderij gewerkt, op De Meent kunnen ze dat weer oppakken. Ze hebben over het algemeen veel stress, omdat ze geen verblijfspapieren hebben of op straat leven. Het werk op de boerderij helpt om daar even niet mee bezig te zijn.” Het werk is ook verbindend, legt Pablo uit. “Mensen delen veel van hun kennis met elkaar. Vooral als iemand uit de grote stad komt, doet diegene op de boerderij veel nieuwe ervaringen op. Daarnaast is er een horizontale werkstructuur: er wordt ieder jaar met elkaar besproken wat er op de planning staat.”
Opvolger
Tijdens het eerste oogstfeest van De Meent werd afscheid genomen van de oprichter Paul van Oosten. Na vijftien jaar wist hij zijn plan voor de zorgboerderij te realiseren. Marten Verdenius, ook wel bekend van het melkboerbedrijf MOMA, heeft hem opgevolgd. Hij wordt aan het begin van het oogstfeest door Iris, teamlid van de Dorothy Gemeenschap, geïntroduceerd als projectleider. “Ik ben niet echt een leider,” zegt hij direct. “Maar ik kan het project wel water geven en zien groeien, net als je in de natuur doet.” Hij legt uit wat het idee is van de boerderij: “Mensen zonder papieren mogen niet werken, maar ze kunnen wel hun eigen eten verbouwen en opeten.”
Bubacar is een van de vrijwilligers zonder verblijfsvergunning, hij is 22 en is vijf jaar geleden van Gambia naar Nederland gekomen. Op dinsdagen werkt hij op de boerderij, op andere dagen werkt hij bij de BAM Collective op IJburg, een coöperatie van kunstenaars zonder papieren. Ze maken ontwerpen die handmatig op kleding of tassen worden gedrukt, die ook op het oogstfeest te koop zijn. Zo heeft Bubacar de schorten ontworpen met het logo van De Meent.
Waterbuffels

De bezoekers krijgen een korte rondleiding langs de waterbuffels. Emma, een veeboer uit Haarlem, pacht met haar partner Olivier een stuk grond voor 35 buffels. Ze legt uit dat ze geen koeien wilden, omdat ze dan te maken krijgen met fosfaatrechten. “Waterbuffels worden officieel gezien als huisdieren, maar hebben ook weinig krachtvoer nodig. Ze eten minder, maken minder mest aan, en stoten dus minder uit.” Het nadeel van de buffels is dat ze door hun hoorns meer ruimte nodig hebben in de stal. “Hierdoor komen ze wel eens vast te zitten in de hekken. Je kunt ze ook niet zomaar melken, daarvoor moeten ze echt in een goed humeur zijn, anders komt er niets uit.” Nu worden de buffels nog gebruikt om mee te fokken en voor het vlees. Een bio-certificaat hebben ze niet aangevraagd. “Dat kost vooral geld. Ik leg mensen liever zelf uit waar het vlees vandaan komt.” Na haar uitleg vraag ik me af of het wel nodig is om op deze boerderij dieren te houden voor het vlees.
Wanneer ik Marten deze vraag stel, zegt hij: “Ik geloof dat het zeker goed is om uiteindelijk naar een plantaardig dieet over te gaan, maar ook een dag per week vlees eten past in een duurzaam dieet. Ik vind daarnaast niet dat dit de meest logische plek is om te beginnen aan die transitie. We hebben vee ook nodig vanwege de opzet van het bedrijf en voor het begrazen van het grasland en voor de slacht.”
Op het terrein is ook een prachtige moestuin te vinden van zo’n 60 vierkante meter. Hanno, de tuincoördinator, werkt sinds maart op de boerderij. Hij vertelt wat er met de oogst van de tuin gebeurt. “Een derde is voor de lunch hier op het erf, een derde nemen de vrijwilligers en deelnemers mee naar huis en het laatste deel van de oogst gaat naar de Protestantse Diaconie en het Wereldhuis.” Alles uit de tuin is biologisch, bevestigt hij.
Rustgevend
Hanno stelt me graag nog aan iemand anders voor: het hoofd van de kippen. Eugene komt uit Ghana en heeft al veel studies in Nederland achter de rug, waaronder een master Rural Development in Wageningen. Een paar jaar geleden kreeg hij een ongeluk, waardoor hij nu mank is aan zijn rechterbeen en niet goed kan werken. Hij moet in beweging blijven zodat zijn been niet stijf wordt. Op de boerderij lukt dat goed, het werk met de kippen vindt Eugene heerlijk. “Ze hebben elke dag aandacht nodig, vers water, genoeg eten. Het werk is heel rustgevend en ik vind het ook fijn om hier met andere mensen in contact te komen.”
Het uiteindelijke plan voor de zorgboerderij zal de komende tijd steeds meer vorm krijgen, zoals het bouwen van een gaarkeuken en het realiseren van een woongemeenschap. De tuin laat zich dit seizoen in ieder geval van zijn beste kant zien: om 6 uur worden er grote schalen eten klaargezet, vooral Italiaanse gerechten, maar ook broodjes beenham. “Echt Nederlands!” wordt er aangekondigd. Iedereen sluit aan om van de oogst te genieten.
Boerderij de Meent is te vinden aan de Middenweg Bovenkerkerpolder 6 in Amstelveen.