Rutger Groot Wassink staat er ontspannen bij in zijn wat casual lichtgekleurde pak met dito gympen, wanneer hij het auditorium betreedt waar de deelnemers op hem wachten. Deze deelnemers komen uit steden als Berlijn, Barcelona, Londen, Dublin, Boston en Sarajevo, maar ook uit Tel-Aviv, Jaffa en Jericho, Het zijn moslims, joden, christenen, humanisten en atheïsten. Israeli’s en Palestijnen. Ze strijden voor zaken als mensenrechten, democratie, en rechten van LHBT+ en minderheden. Al met al een bijzonder gezelschap.
Amsterdam
De dag ervoor hebben ze een mooie dag gehad, waarbij veel aandacht is besteed aan kennismaking met elkaar, maar ook met de stad. Ze hebben het Anne Frank Huis bezocht en gesproken over de jodenvervolging en per boot een Black Heritage Tour gemaakt. Daarbij was er aandacht voor het slavernijverleden. Het is duidelijk dat de gemeente Amsterdam met dit programma de duistere kant van haar verleden op een eerlijke en kwetsbare manier wil belichten.
Steden steeds belangrijker
Groot Wassink besluit zijn prachtige, uitgeschreven speech in de zak van zijn colbert te laten zitten. Ik staar naar het stuk papier dat er nog net bovenuit piept. Daarmee heeft hij bij mij direct punten gescoord, want in dit kader betekent uit het hoofd dikwijls ook uit het hart spreken. Hij geeft aan dat hij veel heeft geleerd van andere grote steden zoals Barcelona, die volgens hem een bijzondere campagne tegen moslimdiscriminatie hebben gevoerd. Steden worden steeds belangrijker ook op het gebied van mensenrechten kwesties en antidiscriminatie.
Zeker progressief aangelegde steden nemen vaak meer initiatief en zijn soms ontwikkelder dan de nationale overheid op dit vlak. Een aantal concrete voorbeelden die hij aanhaalt zijn de discussie rondom de transformatie van Zwarte Piet. Daarin heeft Amsterdam het voortouw genomen door de figuur van Zwarte Piet te ontdoen van haar racistische stereotypen. Dit is echter niet zonder slag of stoot gegaan. Er is sprake geweest van veel burgerinspraak en het proces heeft jaren geduurd.
“Nu zie je dat Groningen ons voorbeeld gaat volgen” zegt Groot Wassink trots. Volgens hem hebben grote steden en daarmee ook hun bestuurders een morele verantwoordelijkheid te nemen jegens de bescherming van rechten voor een ieder en dan vooral artikel 1. Het maakt Groot Wassink niets uit wat je gelooft of wat niet, hoe je eruit ziet of van wie je houdt, iedereen zou in Amsterdam onder de vleugels van artikel 1 van de Grondwet zich verzekerd moeten weten van eerlijke en gelijke kansen. Dat is het ideaal, maar daar zijn we nog niet, geeft de wethouder aan.
Diversiteit, inclusie en arbeidsdiscriminatie
Ten eerste is er intern binnen onze eigen organisatie nog veel werk te verrichten om te zorgen dat de gemeente diversiteit en inclusie voorleeft. Dit betekent meer vrouwen, maar ook zeker meer mensen van bi-culturele signatuur op hoge posities. Vooral betreffende dat laatste, is er nog een wereld te winnen.
Daarnaast maakt hij zich in het bijzonder zorgen om arbeidsdiscriminatie. Dat is echt zijn speerpunt de komende jaren. Daarnaast benoemt hij het erkennen van de geschiedenis en niet alleen haar mooie kanten. Er zijn plannen voor het instellen van een museum over migratie en slavernij.

Onderwijs
Een deelnemer vraagt in hoeverre ons onderwijs gesegregeerd is. Groot Wassink geeft aan dat het basisonderwijs redelijk gemengd is, maar de problemen vooral ontstaan binnen het voorgezet onderwijs. Daar maakt hij zich soms wel zorgen over. Evenals over het feit dat de geschiedenis van de Holocaust niet overal onderwezen kan worden, zonder dat het voor problemen in de klas zorgt en dan is er nog het gebrek aan aandacht voor ons koloniale verleden. Daar komt, als het aan hem ligt, verandering in.
Religie
Een van de moderatoren van de groep vraagt welke rol de gemeente aanneemt ten aanzien van religie. Dit vindt hij duidelijke een ietwat ongemakkelijke vraag. Hij wiebelt wat van het ene naar het andere been, naar het lijkt op zoek naar een gebalanceerd antwoord. Hij vraagt zich dan ook hardop af or er wel een rol moet zijn voor de gemeente in deze kwestie. U weet, de scheiding van Kerk en Staat is een groot goed. De rol van de gemeente is in zijn optiek is vooral dat iedereen in vrijheid zijn religie kan belijden.
Ondergetekende denkt daar altijd bij ‘zolang het een ander niet belemmert diens religie ook in vrijheid te belijden’. Hij roemt met name de overleg- en samenwerkingsstructuur tussen de Joodse en islamitische Amsterdammers. In voor- en tegenspoed. Wel of geen Gaza-oorlog in het Midden-Oosten. Dergelijke initiatieven kent en koestert hij.
Ik ben zelf onderdeel van deze groep. Toch mag ook gezegd worden dat ik daarnaast diep onder de indruk ben geraakt van wat de Protestantse Diaconie allemaal doet voor kwetsbare groepen in de stad. Met haar veilige haven aan de Nieuwe Herengracht.
Afsluiting
We sluiten de bijeenkomst af met een groepsfoto. De wethouder moet door naar zijn volgende overleg met het Veiligheidspact tegen Discriminatie en Uitsluiting, waarbij minderheidsgroepen plechtig beloven voor elkaar op te komen bij ernstige gevallen van discriminatie. Ook Nieuw Wij heeft dit pact getekend.
Ik kijk om mij heen. Tijdens het avondeten de dag ervoor had de Joodse voorzitter van Mo & Moos ‘even’ samen met de Palestijnse deelnemer een oplossing bedacht voor het Palestijns-Israelisch conflict… zo appte ze me. “Je mond zal koekjes eten…” denk ik. Dat zou mijn oma gezegd hebben. Of “Van jouw mond, naar Gods oor”. De sfeer was goed.
Vanmiddag bespreken de deelnemers persoonlijke casussen rondom de thema’s
- Van vijand naar vriend, hoe wantrouwen te overwinnen?
- Hoe te ontsnappen aan de echo-kamer? (van gelijkgestemden)
- Afgescheiden, maar gelijk?
- Leven in een verdeelde stad.
- Hoe verandering tot stand te brengen binnen het dominante discours en wat te doen tegen ‘compassie-moeheid’?
Het is mooi dat de gemeente samen met Nieuw Wij en het Asser Instituut dit inspirerende seminar heeft georganiseerd. Nog mooier zou het zijn wanneer al deze experts uit de diverse steden elkaar in het vervolg weten te vinden voor hulp en samenwerking om zo nog meer impact te kunnen hebben op hun steden en landen.Volgens de Joodse traditie zijn er in de hele wereld maar 36 rechtvaardigen nodig om deze te redden. Ik kijk om me heen en denk: “Dat gaat goedkomen!”