De praktiserende gelovige blijkt echter geen enkel bezwaar te hebben tegen godslastering, een kwestie waarover in de door hem zo geliefde kerk toch anders wordt gedacht. In 2009 pleitte Mark Rutte voor een zo groot mogelijke vrijheid van meningsuiting. Hij eiste dus, samen met partijgenoot Atzo Nicolaï, de opheffing van het verbod op godslastering en meteen ook maar van het verbod op Holocaustontkenning. Rutte verklaarde met de van hem inmiddels bekende onnavolgbare logica: “Hoe onzinnig het ook is dat iemand de Holocaust ontkent, verbieden moet niet”. En dus mogen we van de premier ook naar hartenlust de Heere God vervloeken.
Dat in kerken bepaalde afspraken en regels gelden, die de gelovigen verbinden in hun levensvisie, zal Rutte worst wezen, worsteling of niet. Ook zijn collega André Rouvoet krijgt de wind van voren. “Ik wil niet van André Rouvoet horen: gij zult uw leven zo leven. Ik erger me verschrikkelijk aan zijn bevoogdende en betuttelende toontje”, aldus de premier. Waarmee hij het christendom direct maar een geur van spruitjeslucht toeschrijft.
Rutte kan zich nu mooi aansluiten bij de fanclub van Femke Halsema van GroenLinks, die een week geleden in een toespraak pleitte voor ‘godsdienstvrijheid als individueel recht’, wat in haar visie inhoudt dat iemand niet alleen vrij is in de keuze voor een geloofsovertuiging maar ook vrij is om het geloof op een eigen manier uit te oefenen. De lezing werd gehouden tijdens de conferentie ‘Godsdienstvrijheid of vrij van godsdienst?’, georganiseerd door het Wetenschappelijk Bureau GroenLinks, platform De Linker Wang, Eerste Kamerfractie GroenLinks en de Amsterdamse studentenwerkgroep Religie en politiek.
De vloekende protestant Rutte zou zich eens moeten verdiepen in het rapport ‘Spreken over God’, dat de Protestantse Kerk vrijdag 15 oktober heeft gepubliceerd. Want wat staat daar in? “Een kerk waarin alles gezegd kan worden is een nietszeggende kerk.”
Kerk en wereld zijn 2 totaal verschillende terreinen, dat moet dhr. Dekker toch weten? Boris van der Ham is daar net als Rutte een goed voorbeeld van.
Helemaal met Dekker eens. Rutte is het voorbeeld van de Nederlander die eigenlijk niets meer met religie heeft en zich daarom ook vrij voelt om religieuze of kerkelijke waarden overboord te gooien.
Vind dit een raar stukje. Je kunt als gelovige er toch een andere mening op nahouden dan als politicus. Er is en blijft een verschil tussen het persoonlijk belang en algemeen belang. Kijk naar Lubbers die als informateur het algemeen belang heeft gediend bij de formatiegesprekken CDA-VVD-PVV maar enkele dagen erna als persoon zijn grote twijfels uitsprak. Dat kan toch ook gelden voor geloofskwesties?
Ik snap eerlijk gezegd niet waarom je geen (belijdend) gelovige of lid van een kerk kunt zijn en tegelijkertijd kunt vinden dat andersdenkenden kritiek op jouw overtuiging mogen geven. Het gaat ook niet over een kerk waarin al dan niet alles gezegd mag worden, maar over de samenleving in zijn totaal. Rutte heeft duidelijk zijn eigen mening als het over geloof gaat, en weet zijn persoonlijke overtuigingen goed te scheiden van de politiek waar hij voor staat. Dat vind ik zeer lovenswaardig!
Daarnaast vraag ik me nog steeds af waarom gelovigen zo nodig tegen godslastering beschermd moeten worden. Er bestaat toch ook geen wet die atheïsten beschermt tegen laster van hún overtuiging? Dan zou iedereen zich rot lachen. Zij geloven toch nergens in, dus valt er ook niets of niemand te kwetsen. Maar wie wordt er bij godslastering nou gekwetst?? God??? Als die al zou bestaan neem ik aan dat hij zo verheven is dat zij zich niet laat kwetsen. Of zijn het de gelovigen zelf die zich gekwetst voelen? Maar waarom zou een gelovige zich meer gekwetst voelen dan een ongelovige, wanneer zijn of haar overtuiging in twijfel getrokken wordt? Een (levens)overtuiging is volgens mij iets heel persoonlijks. De kans dat anderen het daar niet mee eens zijn is groot. Als je je daardoor gekwetst voelt, pech gehad. Dat overkomt mij ook wel eens. En ik ben er doorgaans alleen maar wijzer van geworden.
Anders wordt het wanneer mensen opzettelijk grove, beledigende of kwetsende dingen zeggen met het doel de ander te kwetsen of provoceren. Daarmee treed je in de vrijheid van de ander, en toon je geen respekt te hebben voor de ander. Maar of dat daarom bestraft zou moeten worden ….??
De vrijheid van levensovertuiging en van meningsuiting zijn beide een groot goed, ook al komen zij regelmatig met elkaar in botsing. Ze dienen beide beschermd te worden.