De wereld was duidelijk en ieder wist aan welke kant hij/zij zelf stond. Of deed toch alsof. Zelf behoorden we tot de Ware Schaapsstal, de anderen stonden daar onherroepelijk buiten. Maar beweerden van hun kant dat het bij hén was dat het Licht diende gezocht. Wij-zijdenken, wederzijdse verdachtmaking, spot en hoon. Geloof werd gezien als een voor waar houden van overtuigingen en daaraan nooit twijfelen; zgn. ‘ongelovigen’ bestempelden die overtuigingen als fictie, toevlucht voor naïeve zielen en wankele, onrijpe geesten. In zijn essay Verontschuldigingen aan een ongelovige bekent Thomas Merton: “Wij, de zogenaamde gelovigen, namen aan dat we altijd gelijk hadden en dat jullie fout zaten; wij wisten het en jullie niet; wij konden het jullie allemaal vertellen, maar jullie wilden niet luisteren.” (Faith and Violence, 1968)
Vandaag herkennen steeds minder mensen zich in deze tweedeling. Deels omdat zulke levensbeschouwelijke gelijkhebberij en bekeringsdrang hun achterhaald lijken en zij er zich niet langer voor laten mobiliseren. Omdat zij ervaren dat de scherpe lijn tussen ‘geloven’ en ‘niet geloven’ niet langer loopt tussen twee groepen mensen, maar door ieders eigen hart. Maar ook omdat zulke stellingenoorlog tussen partijen die elkaar als tegenstander beschouwen in hun ogen een jammerlijk verlies aan energie betekent in het licht van de reële problemen waarvoor de mens en de samenleving zich vandaag gesteld zien en waarbij een positieve levensbeschouwelijke inspiratie – zij het van ‘religieuze’ dan wel van ‘atheïstische’ signatuur – vandaag wel degelijk een inspirerende kracht kan zijn.
Ludo Abicht, Vlaams filosoof en Midden-Oostenkenner, docent aan de Universiteit Antwerpen en auteur van diverse werken over o.m. Verlichting en atheïsme, Israël en Palestina, het jodendom in de Lage Landen, kent beide posities van binnenuit. Van huis uit en door een eerste levenskeuze vertrouwd met de christelijk-katholieke traditie, heeft hij daar al vroeg afstand van genomen. Abicht heeft echter altijd geweigerd om vandaaruit over te stappen naar het zelfzekere gelijk van een atheïstische ‘kerk’.
Recent schreef hij: “Vandaag loopt volgens mij de belangrijkste breuklijn tussen wat ik heel algemeen ‘humanisten’ en ‘fundamentalisten’ noem. Deze breuklijn loopt doorheen alle levensbeschouwingen. Zo heb ik als vrijzinnig atheïst veel meer gemeen met vrijzinnige christenen, joden, moslims en aanhangers van andere religies dan met dogmatische atheïsten, overigens een contradictio in terminis van formaat.” (‘Bekentenissen van een vrijzinnig atheïst’, in Civis Mundi Digitaal, juni 2018)
Tijdens het 34ste Mertonweekend, dat van 26-28 oktober a.s. in Westmalle zal worden georganiseerd, zal Ludo Abicht ons laten zien hoe ook een atheïst de Bijbel vrij zinnig kan lezen. Daarna zal hij verdedigen dat de nieuwe breuklijn inderdaad niet langer loopt tussen zogenaamd ‘geloof’ en zgn. ‘ongeloof’.
En op zondag laten we Thomas Merton zelf, in tekst en muziek, aan het woord.
“Als ik er op sta jou mijn waarheid te geven, maar nooit stilsta om op mijn beurt van jou jouw waarheid te ontvangen, kan er tussen ons geen waarheid zijn.” – Thomas Merton, Collected Poems –
Praktische informatie:
Datum: 26-28 oktober 2018
Locatie: Diocesaan huis voor religieuzen ‘Ter Dennen’, Sint-Pauluslaan 8 2390 Westmalle (nabij de trappistenabdij)
Kosten: 135/140 euro
Klik hier voor meer informatie.
Dit artikel sluit naadloos aan bij de recensie over het boek “Bron in je brein” en mijn (stylistisch onvolmaakte) commentaar daarbij. Verrassend!
Hoewel ik ernstige twijfel heb over het gebruik van het woord ‘wij’ (en van ‘jullie’), het spiegelbeeld van de verontschuldiging door Merton, de mijne dus:
“Verontschuldigingen aan een gelovige: Wij, de zogenaamde ongelovigen, namen aan dat we altijd gelijk hadden en dat jullie fout zaten; wij wisten het en jullie niet; wij konden het julllie allemaal vertellen, maar jullie wilden niet luisteren.”
En dat was niet alleen zo in geloofszaken. Ook in culturele zaken lag dat zo. Het lijkt soms of dat helemaal vergeten is, en zeker bij de jeugd. Wij kregen onderwezen (school, populaire boeken, lezingen) dat de westerse beschaving absoluut de top was, dan had je nog half- cultuurvolken, zoals Indiers, Javanen, Vietnamezen. En daar weer onder de natuurvolken, primitieven, met hun animisme en zwervend bestaan. Het was niet zo dat daar discussies over bestonden, het was gewoon zo, je hoorde niet anders. Hoe totaal anders is dat nu. Nu is iedereen ineens gelijk, het cultureel relativisme, ook weer algemeen aanvaard. Ik weet soms niet wat ik ervan denken moet.
Leuk! Tijdens een discussie in een kerk presenteerde een van de forumleden zich uitdrukkelijk als ‘agnost’. We moesten allemaal iets zeggen over het al dan niet ‘gelovig’ zijn. Ik kwam als laatste aan de beurt en dat voor mij de kans te zeggen dat ik niet van ‘ja, nee, weet niet’ ben en op een enkele dag zowel in een toestand van geloof, ongeloof of niet meer weten kan verkeren. Hoog tijd om ten aanzien van religie en de daarbij horende ervaringen niet langer het spelletje ‘wie van de drie’ mee te spelen.
‘
@Gied: ik ben eigenlijk ook wel nieuwsgierig naar wat je van het programma Laat mij maar lopen (ook hier op Nieuwwij besproken) vond, want ben er zeker van dat je dat volgt. Geen echte (traditionele) pelgrims, geen toeristen, maar wel erg bij de tijdse varianten ervan. Het thema geloof/ongeloof speelde daar geen rol (althans, niet opgemerkt, en deel 1 gemist).