De afgelopen weken was er veel aandacht voor je boek God, iets of niets? in o.a. Trouw. En a.s. woensdag de presentatie van o.a. jouw boek in Amsterdam. Is het niet handiger om eerst een presentatie te plannen?
“De volgorde is inderdaad wat vreemd. Eerst alle media-aandacht en dan, een tijd nadat het boek al is verschenen, pas de presentatie… Het punt is dat het boek net iets eerder klaar was dan in eerste instantie gedacht was. Een officiële presentatie van het boek was op korte termijn niet haalbaar, omdat het dan een haastklus zou worden en dat wilde zowel Amsterdam University Press als het DSTS niet. Vandaar dat besloten is om de presentatie van mijn boek uit te stellen en dus nu te combineren met de presentatie van de bundel Tussen waarheid en wijsheid.
Alle media-aandacht heeft me overigens in positieve zin verrast. Het klinkt misschien wat onbescheiden, maar toch, toen het boek klaar was, was ik zeer tevreden over het manuscript. Ik had echt het idee dat ik een aansprekend boek geschreven had dat iets nieuws toevoegde aan het debat over geloof en ongeloof. Een boek dat ikzelf graag zou hebben gekocht en gelezen. Ik had niet verwacht dat het zo gretig door de media zou worden opgepikt. In het huidige medialandschap is het niet altijd makkelijk om iets onder de aandacht te krijgen, en dit ging bijna vanzelf. Dus dit verbaasde me wel wat. Ook in België lijkt het boek echt te landen overigens. Enigszins begrijpelijk, omdat Leo Apostel en Ulrich Libbrecht in Vlaanderen flink aan de religieus-atheïstische weg hebben getimmerd.
Wel moet ik erbij zeggen dat de aandacht vooral van de geschreven media komt: dus kranten en ook weblogs. Het interview in Trouw heeft heel veel teweeggebracht. Wellicht ook dankzij de wat misleidende kop – ikzelf ben namelijk géén religieuze atheïst, maar de kop suggereerde dat wel. Wat ik ook opmerkelijk vind is dat ik tot nu toe geen enkele uitnodiging voor een radio- of tv-interview heb gekregen. Ik had om eerlijk gezegd verwacht dat een omroep als de EO of de humanistische omroep Human wel geïnteresseerd zouden zijn in een interview, maar ik heb nog niets van hen gehoord. Dat begrijp ik dan weer niet.”
Ik hoorde dat er wellicht snel een tweede druk komt van God, iets of niets?. Gefeliciteerd! Had je dit verwacht?
“Ja, de eerste druk van het boek is nagenoeg uitverkocht, en dat in amper twee maanden tijd. Een tweede druk is onderweg. Ook de uitgever is blij verrast dat het boek zo goed verkoopt. Het boek is immers niet altijd gemakkelijk leesvoer, er wordt toch tamelijk lastige materie in besproken, en dan toch al zo snel een tweede druk… Het boek spreekt blijkbaar een breed publiek aan.
Het bevestigt overigens wel een beetje mijn vermoeden: dat we leven in een post-religieuze samenleving, waarin traditionele vormen van religie weliswaar verdwijnen, maar niet de religieuze impuls van mensen. Met andere woorden: religie verdwijnt niet helemaal, het verandert wel van vorm. Veel mensen zijn met zingevingsvragen bezig, en mijn boek blijkt bij die belangstelling aan te sluiten.”
Welke reactie op je boek heeft je het meest verbaasd?
“De recensie van het Reformatorisch Dagblad heeft mij misschien wel het meest verbaasd. Recensent Jan Hoek was zeer kritisch, wat wel te verwachten was vanuit de zeer conservatieve hoek van de Gereformeerde Bond. Maar in het tweede deel van de recensie prijst hij ineens het boek aan voor de lezers van het Reformatorisch Dagblad, omdat inzicht in de denkwereld van ongelovigen ook voor RD-lezers nuttig of zelfs noodzakelijk is. Ik vond het bewonderenswaardig hoe de recensent in staat was om inhoudelijk kritisch te zijn en de centrale ideeën van het boek zelfs af te wijzen, maar dat hij niettemin helder en onomwonden aangeeft dat het boek een zeer waardevolle bijdrage is aan het debat over geloof en ongeloof.”
A.s. woensdag wordt ook Tussen waarheid en wijsheid gepresenteerd. Jij hebt hiervoor een artikel geschreven. Waar gaat dat artikel over?
“De bundel gaat in op de vraag wat we vandaag de dag nog met het idee van religieuze waarheid kunnen. Is het een concept dat er nog toe doet? In mijn artikel betoog ik dat je kunt stellen dat ook religieuze atheïsten en religieuze naturalisten een bepaald concept van religieuze waarheid hanteren. Een concept dat weliswaar sterk pragmatisch en subjectief is ingekleurd (‘waarheid is wat werkt voor mij’), dat niet voor eens en altijd vast staat (wat als waarheid wordt ervaren verandert ook), maar dat toch ook iets van het oude idee van religieuze waarheid behoudt, namelijk dat ook religieuze atheïsten en religieuze naturalisten zich aangesproken voelen. Ook religieuze atheïsten en naturalisten voelen zich door de werkelijkheid aangesproken en uitgedaagd, en dat betekent dat religieuze waarheid ook voor hen niet louter subjectief is of een eigen constructie.”
Wat verwacht je van de bijeenkomst in Amsterdam?
“Ik heb er veel zin in, maar weet niet precies wat ik kan verwachten. Ik laat het gewoon over me heen komen. Ik ben heel benieuwd naar de opkomst. En ik ben benieuwd naar de presentaties van Ger Groot en Angela Roothaan, die op mijn boek en op de ‘waarheidsbundel’ zullen reageren. Ik schaar in mijn boek Ger Groot onder de ‘post-theïsten’ en ben benieuwd wat hij daar zelf van vindt.”
Ben je al weer aan het schrijven voor een nieuw boek?
“Begin jij ook al? De uitgever zit ook al aan me te trekken. Weet je wat het rare is? Ik probeer momenteel de kost te verdienen als freelance journalist. Op zich is ‘de kost verdienen’ al een hele uitdaging. En het schrijven van een boek is dan eigenlijk een grote kostenpost: het kost veel tijd en dus voor een freelancer geld, en het levert financieel relatief weinig op, behalve naamsbekendheid. Ik denk zelfs dat God, Iets of Niets? er wellicht nooit gekomen was als ik die onderzoekspositie bij het DSTS niet had gekregen.
Dus ik wil wel, maar afgezien dat ik nog een onderwerp moet vinden, weet ik niet hoe ik het qua tijd en geld allemaal voor elkaar moet krijgen. Soms droom ik nog wel eens over een positie aan een universiteit, college geven over dit soort vraagstukken, studenten inspireren… Maar eerlijk gezegd heb ik die hoop al een beetje opgegeven. Ik kan dus niet anders dan hard doorwerken, en daarbij afwachten wat de toekomst brengt.”