Voor De Brakke Grond in Amsterdam ging Fay van der Wall in gesprek met Chokri Ben Chikha over de visie van het gezelschap, de werkwijze en de voorstellingen van dit seizoen waaronder De Waarheidscommissie.
Is er een rode draad tussen jullie voorstellingen?
“Ik vind het moeilijk om ze over een kam te scheren, maar er zijn wel onderlinge verbanden te zien. In alle drie de voorstellingen dit seizoen zie je hoe het zou kunnen zijn als de kunsten gemanipuleerd of gebruikt worden door de overheid. Mensen onderschatten vaak de macht van propaganda, maar het is een onmisbaar onderdeel van een systeem van onderdrukking. De voorstellingen gaan over actuele thema’s en over blinde vlekken. We leven in een tijd met veel polarisatie, juist daarom heb ik de neiging om te tonen hoe complex het eigenlijk allemaal is. Zonder alles plat te willen relativeren natuurlijk.”
Representeren deze voorstellingen waar Action Zoo Humain voor staat?
“Ja, ik denk het wel. Wij nemen actuele thema’s en het wordt nooit echt gezellig – dat laatste zei een acteur ooit tegen me. Mensen kunnen niet lekker achteroverleunen en wegdromen, we spreken het publiek steeds aan, zonder dat het per se participatief is. We trekken steeds de realiteit de voorstelling in, maar proberen ook invloed te hebben buiten de muren van het theater. Nadat Flemish Primitives werd vertoond op de Wereldtentoonstelling in Dubai ben ik op het matje geroepen bij de Vlaamse minister-president. Met De Waarheidscommissie gaan we ook echt naar de burgemeesters van Rotterdam, Arnhem en Amsterdam, de steden waar human zoos plaatsvonden en spreken we met naar de afstammelingen van de mensen die tentoongesteld werden.”
Zou je dat activistisch kunnen noemen?
“We zijn activistisch, maar durven activisme ook te bevragen. Persoonlijk vind ik dat er verschillende soorten activisme zijn. Er is activisme dat contraproductief is en er is activisme dat slim en doeltreffend is. Maar ik denk dat wij in de eerste plaats kunstenaars zijn. De doelstelling van een activist is om dingen te veranderen, vaak heel eenduidig. Dat is juist niet de doelstelling van een kunstenaar, om eenduidig te zijn. Want dan voer je zelf propaganda. Onze doelstelling is om vragen op te roepen. Daarna kunnen mensen eventueel wel activistisch worden, of erover nadenken, of verontwaardigd zijn. In die zin kunnen wij wel een dienst bewijzen aan het activisme: door de juiste vragen te stellen.”
Hoe gaat Action Zoo Humain te werk bij het maken van een voorstelling?
“We nemen heel veel tijd voor onderzoek. Voor De Waarheidscommissie in Nederland hebben we wel drie jaar geïnvesteerd in het praten met mensen, met gemeenschappen, de archieven in, materiaal verzamelen. Aan Flemish Primitives is ook een traject van een paar jaar vooraf gegaan. Uiteindelijk kan je nooit alles uit zo’n onderzoek in een voorstelling vertalen, maar omdat je zo’n brede humuslaag neerlegt kan je daar de sterkste elementen uithalen.
We werken ook graag met autodidacten en geschoolde mensen samen. Soms spelen er mensen mee die nog nooit eerder geacteerd hebben, zoals de wetenschappers in De Waarheidscommissie. Maar ook Hugo Camps, hoofdpersoon in Testament van een Journalist,had nog nooit geacteerd. Ik zoek altijd naar een oprechtheid, naar mensen die een urgentie of noodzaak hebben om iets te vertellen. En voor de duidelijkheid, er zijn ook stukken waarbij het publiek mag wegdromen. Er zit ook altijd humor in onze voorstellingen. Humor is juist het moeilijkste in theater, zeker als het over zware thema’s gaat. Maar zelfs in De Waarheidscommissie wordt gelachen.”
Kan je uitleggen waar De Waarheidscommissie over gaat?
“Het concept is ontstaan in 2013, tijdens mijn doctoraatsonderzoek [promotieonderzoek, red.] aan de Universiteit en de Academie van Schone Kunsten in Gent naar het gebruik van stereotypen in het theater. Het was een praktijkgericht onderzoek en de voorstelling was het slotwerk. In mijn onderzoek kwam ik uit bij de Zoo Humain, waarbij mensen uit de gekoloniseerde gebieden letterlijk getoond werden als dieren in een dierentuin. Dat gebeurde aan het einde van de 19e en het begin van de 20e eeuw, onder andere op Wereldtentoonstellingen, maar ook op jaarmarkten, kermissen en in theaters. Het was een monsterverbond tussen ondernemers, de overheid en de kerk. Mijn drive was dat het geen deel uitmaakte van het collectieve geheugen. En ik vind het heel interessant hoe propaganda kan werken via amusement – dit was gewoon entertainment voor de mensen in Nederland en in België. Terwijl: België heeft in de koloniale tijd ontzettend veel Congolezen vermoord. De tellingen lopen uiteen van drie tot tien miljoen. Zoiets kan alleen maar plaatsvinden als er een beeld is dat die ander niet menselijk is. Het tentoonstellen van mensen hielp daarbij.
In de voorstelling De Waarheidscommissie zoeken we naar getuigenissen over de mensententoonstellingen. Het idee van een waarheidscommissie is een concept uit Zuid-Afrika, waar het werd toegepast na de afschaffing van de Apartheid. Onder leiding van commissieleden werden getuigenissen verzameld over het onrecht dat er plaats had gevonden. Het is heel interessant, omdat het geen rechtbank is, maar de ruimte biedt voor dialoog en verwerking.”
Heb je er verwachtingen van, hoe het nu in Nederland ontvangen zal worden?
“Dat probeer ik niet te doen. We zijn weer zoveel jaar verder sinds de Belgische voorstellingen, er is veel gebeurd in de wereld in de tussentijd. De Nederlandse voorstellingen zijn zeker geen kopie van wat we in België gedaan hebben. Op een paar elementen na zijn we weer vanaf nul begonnen. De aandacht gaat nu uit naar de Nederlandse voormalige kolonies, de Surinamers en Indonesiërs die tentoongesteld werden, de Indische mensen en Molukkers. Het is ongelofelijk hoe weinig onderzoek daarnaar gedaan is. Terwijl ook in Nederland miljoenen mensen hebben gekeken naar duizenden mensen die tentoongesteld werden. Van Rotterdam en Amsterdam, tot Zeeland en Groningen.
Dat wij nu uitgenodigd zijn om De Waarheidscommissie in Nederland te maken, is denk ik omdat dat de tijd er nu rijp voor is. Dat moet je als kunstenaar mee hebben, dat de mensen bereid zijn om te luisteren naar de verhalen die je te vertellen hebt.”