Waarom hebt u gekozen voor (de Universiteit van) Utrecht?

“Deze vraag is gemakkelijk te beantwoorden. Utrecht heeft één van de grootste en bekendste universiteiten van Europa, is centraal gelegen in één van de meest diverse landen van Europa op cultureel gebied en heeft uitstekende connecties met zowel de Engels-, Frans- en Duitstalige wereld als met Noord-Afrika, het Midden-Oosten en Zuidoost-Azië. Bovendien werd ik aangetrokken door het levendige islamdebat in de Nederlandse samenleving en door de geweldige traditie die het land heeft op het gebied van erkende islamstudies.”

Vanwaar de interesse voor islam en specifiek recht/straf/geweld en eschatologie?

“Als student ontwikkelde ik een passie voor Arabische en Perzische talen en cultuur, maar wilde daarnaast ook meer weten over de islam omdat van de wereldreligies voor mij de islam het minst bekend leek en daarom het vaakst op een onjuiste manier geïnterpreteerd werd. Mijn onderzoek naar geweld als cultureel fenomeen is nauw verbonden met mijn belangstelling voor de vraag in hoeverre religieuze tradities een rol spelen in het ondermijnen dan wel verdedigen van menselijke vrijheid. Ik heb onderzoek gedaan naar de manieren waarop islamitische culturele bronnen gebruikt zijn om zowel geweld te legitimeren als te bestrijden. Het spreekt vanzelf dat binnen de islamitische traditie voorbeelden van beide manieren voorkomen.”

Het islamdebat in Nederland… Hoe beoordeelt u dat?

“Ik ben pas sinds kort in Nederland en zal eerst meer vertrouwd moeten raken met het debat voordat ik er een oordeel over kan geven. Maar ik kan me voorstellen dat meer gedegen historisch begrip van de islamitische traditie, dat wil zeggen kennis van de historische diversiteit binnen de islam, alleen maar van positieve invloed zal zijn op de discussie. Wat ik tot nu toe kan zeggen, op basis van wat ik vanuit de VS en het Verenigd Koninkrijk van het Nederlandse debat gezien heb, is dat ‘essentialistische’ standpunten aan beide zijden van het spectrum de meeste aandacht lijken op te eisen.”

Denkt u dat u iets kunt bijdragen aan dit debat?

“Hopelijk kan ik een bijdrage leveren aan een bredere kennis van de diversiteit aan tradities en opvattingen die er bestaat binnen de islam. Voor mij is de islam geen monolithische entiteit, en dit is een cruciaal uitgangspunt indien gestreefd wordt naar islamitische hervorming. Gezien het feit dat binnen de islam geen centrale autoriteit bestaat zoals de Katholieke Kerk, is het uitermate moeilijk om een bepaalde versie van de islam als ‘orthodox’ te definiëren. Een bekende uitspraak van de profeet Mohammed is: ‘De diversiteit aan meningen binnen mijn gemeenschap is een zegen’. Hiermee wil ik echter niet aangeven dat dit de geest is die heerst binnen de hedendaagse islamitische wereld. Integendeel, het lijkt erop dat radicale groepen binnen het soennisme en sji’isme steeds meer tegenover elkaar komen te staan.”

Wat vindt u van de islam-ideeën van Geert Wilders?

“Ik vind het verdacht als mensen denken precies te weten wat de islam vroeger was, wat de islam nu inhoudt en waar de islam in de toekomst voor zal staan, en hierbij misbruik maken van de koran als bewijsmateriaal dat uitsluitend letterlijk kan worden geïnterpreteerd. Voor deze mensen is de islam altijd hetzelfde geweest, heeft zo te zeggen geen geschiedenis en kan daarom ook niet veranderen. Als historicus kan ik het hier niet mee eens zijn. Over het algemeen waarschuw ik tegen ‘essentialisme’, de neiging om de islam neer te zetten als een religie zonder enige historische ontwikkeling.”

Is het erg dat – met Wilders – steeds meer Nederlanders ideeën hebben die niet te rijmen zijn met wat in de wetenschap gangbaar is?

“Natuurlijk zou het mooi zijn wanneer via kennisoverdracht voorkomen kan worden dat simplistische opvattingen over de islam steeds meer terrein winnen. Een belangrijk element hierbij is denk ik ons vermogen om goede vragen te stellen over de islam. Of de Profeet geestelijk ziek was of niet, is denk ik geen goede vraag.”

Waarom niet?

“De vraag is kortzichtig omdat men er van uit gaat dat, en dat vind ik tamelijk arrogant, wij menen dat onze moderne opvattingen over geestesziekten ook gelden voor een periode in de geschiedenis waarin goddelijke inspiratie en profetische wonderen algemeen geaccepteerd werden. In de tweede plaats komt Mohammed voor in de lange lijn der profeten uit het oude Nabije Oosten, net zoals natuurlijk de bijbelse profeten. Alle pijlen op hem richten lijkt mij gevaarlijk en eenzijdig. Het kan interessanter en nuttiger zijn om te kijken naar de vraag hoe de carrière van Mohammed gezien kan worden vanuit zijn eigen context en in vergelijking met eerder genoemde profeten uit zijn tijd.”

Islamologen ‘politiseren’ steeds meer. Mee eens?

“Over het algemeen denk ik dat een collegezaal op een universiteit niet de juiste plek is om politiek te bedrijven. In de collegezaal worden docenten geacht neutraal te blijven en niet een bepaalde politieke agenda op te dringen. Buiten de collegezaal echter hebben islamologen de verantwoordelijkheid om een bijdrage te leveren aan het publieke debat over de islam. Maar ik zie ook het gevaar dat academische islamstudies gedomineerd gaan worden door politieke issues, waarbij de indruk wordt gewekt dat islam ‘alleen maar’ gaat over politiek.”

Waar en hoe ziet u dat gevaar?

“Staatssubsidies bijvoorbeeld voor onderzoek binnen islamstudies (in ieder geval in het Verenigd Koninkrijk) lijken steeds meer gegeven te worden aan projecten die betrekking hebben op veiligheidsvraagstukken, fundamentalisme en islamisme.”

Terug naar uw vakgebied, de eschatologie. In hoeverre is meer kennis op dit terrein maatschappelijk gewenst?

“Kennis van islamitische eschatologie zal waarschijnlijk geen directe invloed hebben op beleidsbeslissingen. Maar als onze doelstelling is om de gehele islam meer te begrijpen, en niet alleen haar politieke dimensies, dan is dit onderwerp relevant. Ongeveer tien tot vijftien procent van de koran bijvoorbeeld gaat over de eindtijd en over de waarheid op het gebied van hemel en hel. Theologen van diverse pluimage hebben gebekvecht over de vraag welke ‘gelovigen’ gered worden en zullen worden toegelaten tot het paradijs, of de straf die men krijgt in de hel eeuwigdurend is of niet, oftewel over de vraag of het überhaupt mogelijk is voorspellingen te doen over deze ‘laatste dingen’.”

De gemiddelde Nederlander zal – als het gaat om hemel en hiernamaals in de islam – wellicht het beeld hebben van de 72 maagden en de terroristische zelfmoordaanslagen om zo als martelaar te kunnen sterven. Wilt u met uw onderzoek dit beeld bijstellen of is dat niet nodig?

“Bij mij komt nu de meer algemene vraag naar boven wat de sensuele natuur van het islamitische paradijs inhoudt. Westerse commentatoren hebben dit fenomeen vaak aangehaald en bekritiseerd, vermoedelijk omdat sinds de tijd van Augustinus het christelijke paradijs zo sterk losgekoppeld is van sensualiteit en lichamelijkheid. De maagden in het islamitische paradijs zijn slechts het duidelijkste bewijs dat binnen de islamitische eschatologie een ontwikkeling gaande is naar het accepteren en omarmen van het zintuiglijk genot. Maar dit wil niet zeggen dat er geen pogingen zijn gedaan om het paradijs op een meer spirituele en metaforische manier te interpreteren. Hierbij hebben we het nog niet eens over de opvatting van sommige moderne theologen, zoals de Egyptenaar Muhammad ‘Abduh, dat de maagden werkelijk niet meer zijn dan de aardse vrouwen van de gelovigen. Door dit spectrum aan denkbeelden te belichten, kan er zeker een bijdrage geleverd worden aan de nuancering van het publieke debat.”

Marian van Noesel zorgde voor de vertaling van dit interview.

Greco Idema

Greco Idema

Eigenaar Bureau Intermonde

Greco Idema is eigenaar van Bureau Intermonde, een interreligieus advies- en organisatiebureau. De afgelopen jaren ontwikkelde hij (soms …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.