Eerst een stelling: ‘Uit de geschiedenis van de communistische of Rooms-katholieke politiek blijkt dat het gevaarlijk is om als groep te streven naar gemeenschappelijke idealen; zoals een ethiek of samenlevingsideaal’.

“Dit is een misvatting over idealisme die je vaak tegenkomt. Niet het idealisme is gevaarlijk – het is meestal juist waardevol – alleen de manier waarop het wordt vormgegeven. Op zich is er met het ideaal van gelijkwaardigheid van alle mensen of van de navolging van Christus niets mis: het kunnen integendeel waardevolle idealen zijn. Het communisme en de Rooms-katholieke kerk laten echter verschillende manieren zien waarop idealisme kan ontsporen.”

Wat houd je dan bezig als ontspoorde idealist?

“Dan kan sprake zijn van ideologisering, instrumentalisering en/of institutionalisering. Ik ga ze alle drie even na. Allereerst ontspoor je wanneer je algemene idealen uitwerkt tot een gesloten, niet meer te veranderen ideologie. Er is dan bijvoorbeeld een marxistische heilsleer geformuleerd of een kerkelijke dogmatiek die precies aangeeft hoe de wereld in elkaar zit, hoe de ideale toekomst eruitziet en hoe we moeten handelen om die te bereiken. Een ideologie die niet meer voor kritiek vatbaar is. Andersdenkenden worden dan verketterd omdat ze de waarheid niet willen begrijpen. Bij de tweede ontsporing raakt men ervan overtuigd dat het doel alle middelen heiligt omdat het ideaal zo mooi is en de heilstaat zo perfect. Wanneer het ideaal maar mooi genoeg is en men zeker weet dat het bereikbaar is, lijkt ieder middel gerechtvaardigd, van terreuraanslagen tot de heilige oorlog. En dan zijn de Goelag-archipel en de Inquisitie dus niet slechts toegestaan, maar zelfs noodzakelijk! Andersdenkenden worden dan ook vervolgd en vermoord, omdat ze de vooruitgang in de weg staan. De derde ontsporing gebeurt wanneer zo’n idealistische beweging verbonden raakt met oppermachtige organisaties, zoals een kerk, dictatoriale heerser of staat. De pausen uit de Italiaanse Medici-familie waren als persoon al corrupt, maar het werd pas echt gevaarlijk omdat de macht van de kerk werd verbonden aan een persoonlijke overtuiging. Het verschil met gewone machthebbers en dictators is het gebruik van een ideologie: die schrijft voor dat de machtsuitoefening en onderdrukking niet alleen het eigenbelang dienen, maar een nog hoger. De grote massamoorden en vervolgingen vinden vooral plaats onder ideologisch gekleurde regimes. Dat kunnen religieus geïnspireerde machthebbers zijn zoals in de tijd van de Inquisitie en de godsdienstoorlogen, maar ook nationalistische en rechtse regimes zoals de Nazi’s en Franco, en communistische leiders zoals Stalin, Mao en Pol Pot. Andersdenkenden worden dan systematisch vervolgd en vermoord, omdat men het noodzakelijk vindt en de macht heeft om het te doen.”

Sommigen roepen dat de islam een ‘gevaarlijke ideologie’ is…

“Voor de islam is een vergelijkbaar verhaal mogelijk. Tegen de meeste islamitische idealen zoals een rechtvaardige samenleving is weinig in te brengen. Integendeel, veel idealen deelt de islam met het christendom en het humanisme. Maar het wordt gevaarlijk wanneer die idealen worden verbonden met een dogmatische ideologie (zoals het salafisme), met een gewelddadige invulling van de jihad (het terrorisme), of met de macht (de politieke islam in Iran), en er bij elk van die drie bewegingen geen mogelijkheid meer is tot kritische discussie, tot heroverweging en voortdurende toetsing van doelen en middelen in het licht van een veranderende werkelijkheid.”

Nog een stelling: Binnen de multiculturele, individualistische en snel veranderende samenleving is het delen van idealen onmogelijk en onwenselijk. Onmogelijk, omdat we in een democratie leven waarbinnen verschillende idealen toegestaan of toegejuicht worden. Onwenselijk, omdat niemands autonomie ingeperkt mag worden. De ‘ideale samenleving’ is daarom een illusie.

“Sommige idealen zijn wel degelijk breed gedeeld: democratie, rechtsstaat, mensenrechten, maar ook rechtvaardigheid of vrijheid. Alleen over de invulling ervan verschillen we soms van mening, maar ook die verschillen moeten we niet overdrijven. De overgrote meerderheid van de burgers in Nederland deelt gewoon de centrale democratische waarden. De kracht van een democratie is dat burgers er inderdaad een grote (maar zeker geen onbeperkte) vrijheid hebben en dat verschillende idealen en opvattingen over de goede samenleving met elkaar kunnen concurreren in een open debat. Verscheidenheid in opvattingen over de goede samenvatting of over het persoonlijke goede leven is dus geen zwaktebod van een democratie, maar juist de kracht. Soms deelt men die idealen met een grotere groep, bijvoorbeeld in een politieke partij. In een democratie zijn juist politici nodig die idealen durven uit te dragen, met overtuigingskracht, maar tegelijk met relativeringsvermogen en compromisbereidheid. Het probleem van Nederland op dit moment is vooral dat het vermogen om te relativeren en de bereidheid om compromissen te sluiten, lijken te ontbreken.”

‘We hebben geen idealen meer’, zeggen sommigen. In hoeverre verschillen de idealen uit de jaren ’60 met die van tegenwoordig?

“In veel sociale bewegingen van de jaren zestig waren de idealen meer omvattend en de bewegingen revolutionair. Ze waren ook vaak verbonden met gesloten ideologieën, zoals varianten van het marxisme. En ze waren ‘calvinistischer’: ze speelden sterk in op het schuldgevoel over de onrechtvaardigheid in de wereld en verlangden grote offers van de leden. Voor gematigde en linkse idealisten is dat tegenwoordig veel minder het geval. Ze zijn vaak praktischer gericht, doen dingen die goed zijn voor de samenleving én voor het cv, en waar je ook nog persoonlijk plezier aan beleeft. Daarnaast beslaat ons idealisme zelden meer het volledige bestaan; de idealisten onder ons verbinden onze identiteit minder sterk aan de beweging zelf. Ik juich die ontwikkeling toe, want het extreme ideologisch engagement van de jaren zestig is bij veel mensen omgeslagen in frustraties vanwege de niet gerealiseerde verwachtingen, en vervolgens in cynisme en relativisme. Een bescheidener en praktischer vorm van idealisme is niet alleen beter voor de idealist, maar ook langer vol te houden en waarschijnlijk effectiever in het werkelijk realiseren van veranderingen.”

Uitzonderingen daargelaten, of heb ik het mis?

“Voor rechtse idealisten zoals bij de PVV is het tegenwoordig juist omgekeerd. Daar zie je nu heel sterk de neiging tot ideologisering en instrumentalisering, een sterke gerichtheid op het compromisloos uitoefenen van macht en een sterk vijanddenken. Zelfkritische discussie is onmogelijk, democratie lijkt slecht een instrument om de macht te krijgen. PVV’ers als Martin Bosma zijn dus waardige opvolgers van de marxistische splintergroepjes uit de jaren zestig. Al is het alleen maar omdat zijn geschriften even onleesbaar zijn als die van de marxisten destijds.”

Het idealisme dat onze samenleving nodig heeft, is bescheiden, praktisch en vrijzinnig.

“Deze stelling vat mijn eigen opvattingen goed samen. Idealisme is heel waardevol voor een samenleving: de inzet van burgers voor persoonlijke en maatschappelijke idealen kan een geweldige bijdrage leveren aan de kwaliteit van de samenleving. Maar dan moet dat wel bescheiden zijn: niet gericht op alomvattende ideologieën en systemen, maar op kleinere stappen in de goede richting. En niet claimend dat men de absolute waarheid in pacht heeft, maar bereid om te leren van kritiek en waardevolle inzichten van anderen. Het moet praktisch zijn: niet op de totale omwenteling van de samenleving, maar op concrete veranderingen in het licht van de grotere idealen. En het moet vrijzinnig zijn. Qua houding, omdat vrijzinnigheid openheid voor kritiek, voor verscheidenheid en voor veranderingen in samenleving en wetenschap impliceert. En qua inhoud, omdat vrijzinnigheid zich sterk maakt voor gelijkwaardigheid van alle burgers, ongeacht hun geslacht, seksuele voorkeur, godsdienst of culturele en etnische achtergrond, en voor tolerantie en vrijheid.”

32928257_10216070780071682_2538458966246031360_n

Robert Reijns

Redacteur

Robert Reijns – journalist, cultureel antropoloog, docent maatschappijleer – is o.a. eindredacteur bij Kerk in Den Haag.
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.