Kun je kort iets over jezelf vertellen?
“Ik ben in 1966 geboren in Utrecht. Op mijn 18de ben ik in Wageningen gaan studeren: irrigatie voor de tropen. Ik wilde arme mensen helpen en het leek me belangrijk om met iets concreets aan de slag te gaan zoals water en landbouw. Ingenieurs zijn vaak heel praktisch en aards, daar heb ik nu ook nog profijt van.
Ik ben opgegroeid in een kritisch katholiek gezin: ‘8 mei katholiek’. Dat maakt dat ik open sta voor andere religies, dat ik heb geleerd op zoek te gaan naar waar het werkelijk om draait en niet de hiërarchie als vaststaand te zien. Mijn moeder was voorzitter van de 8 mei-beweging, mijn vader was advocaat. De combinatie zingeving en zakelijkheid is iets dat mijn ouders dus vertegenwoordigden.”
In 2009 ben je met ‘Zien wat onzichtbaar is’ begonnen. Wat was je destijds van plan met je bedrijf?
“Toen ik begon met ‘Zien wat onzichtbaar is’, had ik net mijn master wereldreligies afgerond en had ik vier jaar werkervaring bij de kloosterorde van de Dominicanen. Ik merkte dat er in de samenleving én binnen bestaande organisaties, zoals kloosterordes, behoefte was aan nieuwe manieren om religie/zingeving vorm te geven. Ik twijfelde toen of ik ritueelbegeleider wilde worden omdat deze tijd om nieuwe rituelen vraagt, óf dat ik mensen en organisaties wilde begeleiden die met nieuwe spiritualiteit bezig zijn. Ik heb me toen gericht op dat laatste en geef sindsdien trainingen, advies en projectleiding op het gebied van zingeving en zakelijkheid.
Ik ben er trots op dat mensen me weten te vinden en dat ik zie dat mensen en organisaties anders gaan werken als ik met ze gewerkt heb. Dat gaat bijvoorbeeld over de combinatie van vorm én inhoud. Je kan nog zo’n mooi verhaal hebben maar als niemand luistert, heeft dat geen zin. Samen kijken naar hoe je een boodschap brengt en wie je doelgroep is, vind ik erg zinnig om te doen. Onlangs schreef iemand dat ze door mijn nieuwsbrief even een moment van rust krijgt, iemand anders zei dat de studiedagen die ik organiseer zo’n goede mix zijn van inhoud en sfeer. Dat doet me natuurlijk heel erg goed.”
14 oktober vier je het 7-jarig bestaan van ‘Zien wat onzichtbaar is’. Wat gaat er die dag precies gebeuren?
“De combinatie van zingeving en innovatie is mijns inziens erg nodig. Betekenis en dus ook zingeving zijn in veel verschillende werkvelden van toenemend belang. Ik merk dat in de Raad van Toezicht waar ik deel van uitmaak, in de zorg. Ik zie de verandering in de maatschappij die steeds meer opschuift naar een ‘betekenis-economie’. Zingeving en betekenisgeving op nieuwe plekken en op andere manieren aanbieden is dé uitdaging waar we voor staan.
Tijdens de borrel voor het 7-jarig bestaan van ‘Zien wat onzichtbaar is’ organiseer ik Z-INx, Zingeving & INnovatie. Drie sprekers geven op een pakkende korte manier hun visie geven op Zingeving en INnovatie. Juist deze mensen hebben een nieuwe en verrassende kijk op deze uitdaging. Het gaat allereerst om de jonge succesvolle documentairemaakster Nina Karim van Oort. Zij laat zien hoe zij de essentie, dat is de zingeving, van het verhaal vertaalt in beelden. Leendert Verhoef van de TU Delft is voortdurend bezig met innovatie op het gebied van duurzame energie. Hij laat zien wat innovatie brengt en hoe je nieuwe ideeën in bestaande werkvelden integreert. Pieter Hermsen is bestuurder van een grote gehandicaptenorganisatie. Hij gaat in op de menselijke maat in de zorg en zet verrassende vraagtekens bij de eigen regie en zingeving.”
“Als pionier op het gebied van zingeving en zakelijkheid zoek ik voortdurend naar nieuwe invalshoeken om zingeving en spiritualiteit vorm te geven in de maatschappij” geef je aan op je website. Wie vind jij op dit terrein nou echt een geweldig voorbeeld?
“Broeder Bernardus van het trappistenklooster in Berkel-Enschot is voor mij een prachtig voorbeeld. Vanuit de stilte en bezieling leidt hij een prachtig bedrijf; zowel een gemeenschap, een brouwerij als een sociale werkplaats. Hij zoekt daarbij ook voortdurend naar hoe hij in de hectiek voor zichzelf kan zorgen en in balans kan blijven. Daarnaast zijn er veel trainers en managers die voortdurend zoeken naar de menselijke maat, de drijfveren van waaruit zij en de organisatie werken. Erg inspirerend voor mij.”
Zitten er grenzen aan een zakelijke aanpak in de wereld van zingeving?
“Nee, dat denk ik niet. De essentie blijft natuurlijk dat je dat doet waar je voor bent opgericht: dus bijvoorbeeld mensen aan het denken zetten over hun toegevoegde waarde in een organisatie; bezielend leiding geven; geestelijk verzorging bieden; een goede ritueelbegeleider zijn of een spiritueel centrum runnen dat aan de slag gaat met de vragen die bij jouw doelgroep leven. Zakelijkheid zorgt er voor dat je de lange termijn voor ogen houdt, dat je kansen pakt waar anderen ze laten liggen en dat er daardoor nog meer mensen gebruik maken van jouw waardevolle kennis en aanpak.”
Wat moet er de komende jaren gebeuren om die combinatie van zingeving en zakelijkheid succesvoller te laten worden?
“Ik vind dat er op theologie-opleidingen meer aandacht moet zijn voor ondernemerschap. Ik denk dan niet alleen aan zelfstandigen maar ook aan mensen die in een organisatie werken. In de betekeniseconomie gaat het om nieuwe waarden zoals zingeving, vernieuwing, verbinding en duurzaamheid. Wat typisch van de betekeniseconomie is, is dat de geest niet langer een religieuze aangelegenheid is, en geestelijke gezondheid niet langer een medische aangelegenheid. Het wordt mainstream. Daar zitten veel kansen voor reli-professionals. De uitdaging is wel om de taal van het nieuwe werkveld eigen te maken. Acceptatie van een boodschap is de combinatie van inhoud en vorm, dus beide aspecten hebben aandacht nodig.”
Wat hoop je de komende 7 jaren te bereiken met ‘Zien wat onzichtbaar is’?
“Ik hoop dat zingeving geen exclusief domein is van en voor zingevers maar dat het in alle aspecten van de maatschappij en persoonlijk leven vorm krijgt. Ik wil mensen en organisaties daarbij zo toerusten dat betekenis net zo belangrijk is als het financiële aspect van een organisatie. Ik zie mezelf daarbij als trendsetter, en verwacht dat dat blijft aanspreken. Ik wil nog meer het beste van twee werelden samenbrengen: dus meer zingeving in de zaken- en zorgwereld en beter functionerende organisaties in de zingevingswereld. Hopelijk ga ik meer samenwerken met opleidingen en commerciële organisaties. Ik werk eraan dat mijn bedrijf op het gebied van zingeving en zakelijkheid veelzijdig blijft, zowel werken met leiderschapstrainingen, masterclasses, projectleiding als organisatieopstellingen, dat voedt elkaar enorm. ‘Zien wat onzichtbaar is’ is over 7 jaar een plek waar mensen bevlogen worden om vanuit hun waarden de wereld een stukje beter te maken. Ik hoop dat samen te doen met veel anderen mensen, leuke stagiaires en verrassende organisaties.”
Klik hier voor meer informatie over Z-INx.
Succes Anne, je bent goed bezig!
Echte zakenvrouw, die Anne, veel antwoorden zijn pure reclame.
Bij het rechte eind, Jan: ze is echt, ze is een (zaken)vrouw en wat ze doet is puur (zingeving) én zakelijk: reclame. Een spannende combinatie!
Hoopvol positief.
Zinderend, zakelijk, zinvol, zoekend.
Zo zie ik je graag zeker nog zeven jaar zalig voort zien zwoegen ,Anne!
In de geest van Wies, niet ter ziele, maar zo blijvend bezielend!
Dankbaar dat ik met haar mocht samenwerken, denken , doen….jaren lang.
Pax et Bonum,
Henk