Dirk van de Glind beschouwt zichzelf als een dromer met een groot verlangen naar wat hij noemt “waarachtige verbinding, liefde, vrede, ménselijkheid”. Jarenlang stond hij voor de klas als docent levensbeschouwelijke vorming waarbij hij rond de grote vragen van het leven z’n leerlingen én zichzelf stimuleerde over opgelegde grenzen heen te kijken, dieper te zien. “Nu doe ik dat als schrijver en spreker. Ik word ook wel aangezien voor theoloog, maar de term ‘god-geleerd’ ervaar ik als ongemakkelijk: er is niet zo heel veel dat ik zeker weet, en al helemaal niet over God.”

Onlangs verscheen je roman ‘De opstanding van Rivka’. Wat bracht je ertoe dit boek te schrijven?

“Ik vrees dat het pathetisch zal klinken, maar het was allereerst de drang om te schrijven. Er leefde veel in me dat erom vroeg verteld te worden. Dierbare, grappige en pijnlijke herinneringen, verdrongen ervaringen, bijna vergeten observaties, ontwakende inzichten, mystieke dromerijen, nog aarzelende verlangens, en nog veel meer dat in me borrelde en om aandacht vroeg. In de zomer van 2023 was ik er ongedurig en onrustig van. Ik wilde schrijven, maar ik had nog geen idee hoe ik het aan moest pakken. Mijn lief en ik waren toen op wandel- en kampeervakantie in de Franse Alpen. Ik las daar Ten Oosten van Eden, de roman van John Steinbeck, die erg bij me binnenkwam: zó te kunnen vertellen, zó te kunnen schrijven..! Het heeft me geholpen het aan te durven mijn eigen familiegeschiedenis in te zetten om een groter verhaal te vertellen. En toen we tot de ontdekking kwamen dat er in de buurt van onze kampeerplaats een berg is die de Tabor genoemd wordt, was dat het beslissende ingrediënt om een creatieve kettingreactie op gang te brengen waarbij alles op z’n plaats viel.”

Terug van vakantie begon hij te schrijven. “Al gauw had ik de wonderlijke ervaring dat ik de regie los moest laten, omdat het verhaal zelf de leiding nam. Dat werd nog sterker toen de hoofdfiguur, op aanraden van mijn lief, een meisje werd en me zo levensecht voorkwam dat ik haar beter wilde leerde kennen. En dat kon alleen door haar verhaal te vertellen. Ik hield er rekening mee dat het wel eens meer dan een jaar zou kunnen duren, maar na vier intensieve en emotionele maanden was het af. Ik heb het losgelaten en het een half jaar laten rusten. Toen ik het weer oppakte had ik al snel het gevoel dat het wel eens goed zou kunnen wezen. Een rijk proces van waardevolle input van meelezers, van schrappen en bijschaven volgde. En eind vorig jaar was de roman daar.”

Bij de verschijning van je boek zei je dat ‘het grotere verhaal van deze roman alles te maken heeft met de crises waarin het van origine christelijke westen zich nu bevindt’. Kun je dat toelichten?

“De roman begint in de jaren zestig van de vorige eeuw, de tijd waarin een nog overzichtelijke wereld door tal van ontwikkelingen werd opengebroken en oude zekerheden begonnen te wankelen. Ook het christendom begon zijn vanzelfsprekendheid in rap tempo te verliezen. Aan credo’s en dogma’s die eeuwenlang als absoluut gegolden hadden, werd steeds meer en in alle openheid getwijfeld. Het beeld van een mannelijke, almachtige en voorzienige god ging, zeker in het schrille licht van Auschwitz, voor velen aan diggelen. En bij het vertwijfelde zoeken naar een nieuw verstaan kwam het verontrustende en groeiende besef van de kwetsbaarheid van onze planeet. Er woedt inmiddels weer oorlog in Europa. De staat Israël, door vele gelovigen geassocieerd met het volk van Gods beloften, blijkt tot niemand en niets ontziende horror in staat. Meer en meer mensen kampen met mentale en sociale problemen. En wereldwijd staat de democratische rechtsstaat onder druk door schaamteloze machtshonger, rabiate leugens en schandalig veel geld van alfamannetjes die gedijen op angst en onzekerheid als kevers op een mesthoop. De vraag waar het heen moet met de wereld houdt velen bezig. En de vraag welke rol geloof daarbij zou moeten spelen, evenzeer – tenminste bij degenen die geen schijnveiligheid wensen te zoeken in achterhaalde zekerheden onder bescherming van dictators in spe.”

Interview Dirk vd Glind – Dirk in de bergen
Dirk van de Glind

Hoofdpersoon Rivka heeft lef, durft voor onveiligheid te kiezen en zich te ontwikkelen. Veel mensen kiezen liever voor veiligheid in een onoverzichtelijke wereld. Waarom zou het ene beter zijn dan het andere? 

“De ‘zekerheid’ die ons nu door op macht beluste lieden wordt voorgehouden om onze existentiële angsten te bedwingen, ontwricht niet alleen de samenleving, maar is in wezen ontbindend(!) en daarmee levensgevaarlijk. In het verleden hebben christelijke leiders maar al te vaak hun ziel verkocht aan de macht van koningen en keizers. Het geeft te denken dat ‘newborn christenen’ zich weer buigen voor lieden die zich presenteren als machthebbers in de naam van God.”

“Ik vrees dat het christendom al in het prille begin een aantal fundamenteel verkeerde afslagen heeft genomen die mede geleid hebben tot de huidige crises. In Waag te sterven, christendom. En geloof in je opstanding heb ik daarom gepleit voor een radicale heroriëntatie. Daarbij heb ik het verwijt gekregen dat ik gelovigen zou adviseren het bijltje er maar bij neer te gooien. Maar niet voor niets spoort de titel ook aan te geloven in opstanding: dat er iets nieuws kan ontstaan – zál ontstaan – wanneer je achter je durft te laten wat niet meer werkt en wat je op een dwaalspoor zet. Want dat is wat de keuze voor veiligheid met je doen kan. De opstanding van Rivka is in zekere zin het verhalende vervolg op dit boekje. Het heeft als motto een uitspraak van Maslov meegekregen: ‘Je doet een stap achterwaarts naar veiligheid of een stap voorwaarts naar persoonlijke groei’. Rivka durft het aan stappen voorwaarts te zetten en ik hoop dat ze daarmee ook andere zoekers naar zin en betekenis zal troosten en bemoedigen: je bent niet alleen als je trouw wilt blijven aan de zachte krachten van liefde en menselijkheid.”

Als ik je goed begrijp zou je het boek een ideeënroman kunnen noemen. Gaat dat niet ten koste van het verhaal?

“Het is natuurlijk aan de lezer om dat te beoordelen, maar ik denk dat ik erin geslaagd ben het verhalende, anekdotische af te wisselen met meer dialogische en beschouwende gedeelten. Het ene geeft lucht aan het andere, en het andere kleur en verdieping aan het ene. Ik mag daarbij graag oude overtuigingen en teksten als het ware laten samenvloeien met – of botsen op! – eigen ervaringen en inzichten. Dat Rivka met haar oom Peter de berg Tabor opgaat, kan al een wereld van betekenis oproepen.”

Kun je met een citaat laten zien hoe dat er in je boek uitziet?

“Graag! Rivka is met haar oom in de Franse Alpen aangeland om antwoorden te vinden op vragen die ze heeft over haar vader. De volgende passage zou je kunnen zien als een reflectie van Peter op wat hij tot dan toe van Rivka begrepen heeft:

Interview Dirk RIVKA Cover VOOR

‘In den beginne schiep God de hemel en de aarde.’ Deze eenvoudige zin, waarmee de Bijbel opent, lijkt op het eerste gezicht niet meer dan een mededeling aan het publiek dat in afwachting is van de voorstelling: gaat u zitten alstublieft, het verhaal van de mensheid gaat beginnen. Maar wie heeft nagedacht over de eenzaamheid van de schepper, die vooraf ging aan haar scheppingswerk? Wie heeft haar angsten, onzekerheid en twijfel gepeild waar ze doorheen moest voor ze tot haar creatie komen kon?

Er staat geschreven dat de aarde woest en leeg was toen God zei: ‘Er moet licht zijn!’ Het licht kwam als bij toverslag, maar wie weet hoe lang God geaarzeld heeft voor zij die stoutmoedige woorden durfde te spreken die haar de horror van de afgrond zouden openbaren?

Er is gezegd dat God met haar schepping de chaos overwon. Dat zal waar zijn, maar de goedgelovige lezer gaat er gemakkelijk aan voorbij dat de wanhoop van de chaos nodig is om welke schepping dan ook mogelijk te maken. Misschien is het de tragiek van het menselijk leven dat wie het voor de wind gaat en alles mee heeft, maar moeilijk tot iets van betekenis komt. Een penseel vasthouden kan iedereen en een kleurrijk schilderijtje maken zal met enige oefening ook nog wel gaan, maar iets maken dat oorspronkelijk is en betekenis heeft, is alleen hun gegeven die af durfden te dalen in de chaos om hun demonen in de ogen te zien.

God moet geweten hebben dat door het licht te scheppen de chaos niet langer verborgen zou kunnen blijven. De chaos van dat moment, en de chaos van de onvoorstelbare barbarij waartoe de mens in staat zou blijken te zijn en het diepe leed dat hij zijn naaste berokkenen zou. Wie had het God kwalijk kunnen nemen wanneer zij niet begonnen was aan haar schepping? Wie had het haar kunnen verwijten wanneer zij haar ogen niet geopend had en zich was blijven koesteren in de veilige slaap van eeuwige vergetelheid?

Priesters en predikers hebben het scheppen geduid en verkondigd als een activiteit die louter en alleen aan God was voorbehouden. De mens zou hooguit kunnen maken, en dan vooral námaken en nádoen. Gelovigen werden aangespoord gehoorzame volgelingen te zijn. Mensen die het desalniettemin waagden eigen, oorspronkelijke wegen te gaan, werden beschuldigd van hoogmoed. En misschien niet eens zonder reden.

Er is moed voor nodig schepper te zijn, creatief te zijn, oorspronkelijk te zijn, het nieuwe en nooit eerder gedachte of geziene aan te durven. Het eerste dat van God gezegd wordt, is dat ze het ongedacht nieuwe schiep, en daarmee het risico van de mislukking niet uit de weg ging. Misschien dat daarom maar weinigen het aandurven schepper te zijn, kunstenaar te zijn. Misschien dat daarom de meeste mensen zich liever daar ophouden waar het leven veilig en overzichtelijk is.

Rivka vertelde me hoe moeilijk het kon zijn aan een schilderij te beginnen. Vooral in de tijd dat ze nog op de kunstacademie zat was dat een probleem voor haar geweest. Zolang het doek nog leeg was, was alles nog mogelijk. Maar met de eerste penseelstreek, en iedere volgende, viel een reeks van mogelijkheden af. En ze wist van tevoren dat de kans klein was dat het schilderij in alle opzichten worden zou wat ze ervan gehoopt had. Hoe ze ook streefde naar het perfecte beeld, ze moest leven met het pijnlijke weten dat ze dat waarschijnlijk nooit zou kunnen maken.

In de afgelopen jaren was ze haar verlangen echter langzamerhand als een belangrijke drive gaan zien om, dwars tegen alle mislukking in, te blijven gaan voor wat werkelijk goed is. Daarbij vroeg ze zich wel eens af wat dat diepe verlangen zelf eigenlijk was en waar het zijn oorsprong vond. En waarom ze het niet missen wilde, terwijl het haar soms veel pijn en moeite kostte en ze een veel rustiger leven zou hebben als dat vreemde verlangen er niet was.

Ze sprak me niet tegen toen ik zei dat het volgens mij met God te maken had. Ik zag aan haar frons dat ze deze mogelijkheid serieus overwoog. Ik meende zelfs een vluchtige glimlach en een lichte twinkeling in haar ogen te zien, maar dat kan verbeelding geweest zijn.

De opstanding van Rivka. Dirk van de Glind. Paperback, 300 pagina’s. Morgenland Uitgeverij, 2024. € 15,00. ISBN 9789083436418.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Theo Brand

Eindredacteur

Theo Brand is journalist en politicoloog en werkt bij Nieuw Wij als eindredacteur. Religie, levensbeschouwing en politiek zijn …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.