Allereerst: vanwaar de naam Beweging van Barmhartigheid?

“Beweging is een interessant woord, het geeft aan: levendigheid, schwung, in beweging zijn. De oprichters, de Fraters van Tilburg, zagen in barmhartigheid de drieslag: zien, bewogen worden en in beweging komen. Ik zie jou, ik zie de ander, in leuke maar ook in lastige situaties; dat raakt me; ik voel me betrokken bij jou en daar komt iets uit voort. Van binnenuit krijg ik de impuls om je te helpen, te ondersteunen en bij je te zijn. Dat is de Beweging van Barmhartigheid. Telkens weer, in grote en kleine situaties.

De woorden compassie, barmhartigheid en mededogen zijn vriendjes van elkaar. Voor veel mensen zijn die woorden te groot, te heilig, te ver weg. Wij proberen binnen de Beweging van Barmhartigheid mensen te inspireren in hun beoefening, door de begrippen iets alledaagser te maken en dichterbij te brengen. Want de grap is dat je elke dag ongelooflijk veel momenten hebt waarin je barmhartig kunt zijn. Bij de kassa bijvoorbeeld, als iemand vóór je problemen heeft met z’n pinpas en jij hebt haast. Dat is het moment dat je de keuze hebt: ga ik me opwinden, of kies ik voor geduld en een vriendelijke blik, want de volgende keer sta ik daar misschien te stuntelen?”

Is het wel goed om altijd meteen in beweging te komen als je geraakt wordt, meteen iets te doen, te willen helpen?

“In beweging komen wil niet per definitie zeggen dat je iets doet. Ik ben nogal fan van het taoïstische begrip niet-doen; wat niet hetzelfde is als niets doen. Een vrijwilliger van onze Beweging ging in een hospice werken, hij was harts-gedreven om te helpen. Hij vertelde dat hij van tevoren dacht: ik ga wijze en troostende dingen zeggen, ik ga belangwekkende dingen doen. Maar na een paar dagen kwam hij erachter dat de meest compassievolle daad was dat hij stilletjes naast het bed zat van een van de bewoners.

Dat is niet niets doen, maar niet-doen, je liefdevolle aanwezigheid geven aan een ander mens die zich in een benarde situatie voelt. Soms is het moeilijk voor ons doe-mensen om op onze handen te zitten en er alleen te zijn. Maar als het in beweging komen primair het doel heeft ons eigen ongemak weg te poetsen, gaat het meer over onszelf dan over de gerichtheid op de ander. Bij barmhartigheid probeer je toch jezelf te overstijgen om er daadwerkelijk voor de ander te zijn.

Dat klinkt overigens altruïstischer dan het is. Een barmhartige daad verrichten is een beetje verlicht eigenbelang. Want de ervaring leert: als je vrij geeft, maakt dat jezelf ook wat vrijer, verrassend genoeg. Ken je het gedicht ‘Voorzichtig’ van Willem Hussem?

voorzichtig
heb ik de gevangen vogel
uit de strik verlost

ik laat hem vliegen
hij geeft mij vleugels

Het vertelt ons dat in een waarachtig compassievol gebaar het geven en ontvangen samenvallen. Dat is het wonder van barmhartigheid, van compassie.”

Is het niet een ouderwets woord, barmhartigheid? Kinderen kennen het niet.

“Het is waar, veel mensen hebben er een plechtstatige, wat kerkelijke associaties bij. Ik had laatst een interview met een asielzoeker uit Irak, Azad, naar Nederland gevlucht in 1989. Ik vroeg hem: Ken jij de woorden barmhartigheid en compassie? Hij keek me glazig aan, nooit van gehoord. En tegelijkertijd belichaamt deze man het wezenlijke van de woorden van top tot teen met wat hij allemaal doet. Ik zou zeggen: ik heb liever dat iemand die niets begrijpt van de woorden maar het volledig belichaamt, vaak met vallen en opstaan. Woorden uitpluizen – daar zitten mensen niet op te wachten. Maar wat is er eigenlijk stoffig aan de parabel van de barmhartige Samaritaan?”

good-samaritan-1037334_1920
Beeld door: Pixabay

Ik zie hier niet zoveel gewonde en beroofde mensen langs de weg liggen.

“Daarnet haalde ik op weg hierheen in mijn auto een domme actie uit, ik zat op de verkeerde baan en wurmde me ergens tussen. Er zat een barmhartige Samaritaan achter me – hij maakte ruimte, gebaarde vriendelijk met zijn hand: ga maar, het is in orde. Iedereen kent elke dag tal van situaties waarin je barmhartigheid kunt ontvangen en waarin je het kunt geven. Het gaat om de alledaagse beoefening. Oké, wat heeft die opeenstapeling van kleine momenten te maken met de wereldproblematiek? Sommige mensen worden daar moedeloos van: de milieubedreiging, de terreurdreiging, het immense verschil tussen arm en rijk… Maar ik ben ervan overtuigd dat het veld van medemenselijkheid zal aandikken, als we al die kleine beoefeningsmomenten benutten die we dagelijks gepresenteerd krijgen. En dat zal uiteindelijk in de buurt, de straat, het dorp, de wijk, de stad, het land en uiteindelijk ook in de wereld de medemenselijkheid doen groeien.

Compassie is altijd een relationeel begrip. Het is relevant in relaties tussen vrienden, partners, collega’s, buurtgenoten, maar ook tussen leraar en leerling, tussen dokter en patient – werkelijk overal hebben we de kans om de mate van medemenselijkheid te voeden. En dan geldt: klein gebaar, groot effect. Als we die beoefening serieus nemen, zal het effect hebben op de grotere vraagstukken van deze tijd, daarvan ben ik overtuigd. Laten we beginnen waar we kunnen beginnen, en dat is dicht bij huis.”

Hebben de meesten van ons niet therapie nodig voordat we spontaan en vrij barmhartig kunnen zijn?

“Zo binnen zo buiten: als we niet liefdevol met onszelf kunnen omgaan, wordt het verdraaid lastig om liefdevol voor de ander te zijn. En als we het moeilijk vinden om onze eigen kwetsbaarheid onder ogen te zien, wordt het ook minder makkelijk de kwetsbaarheid van een ander te omarmen. In die zin is het innerlijke werk belangrijk, een deel van de beoefening is innerlijk werk. Niet voor niets is het begrip zelfcompassie zo in opkomst.

Maar zoals Martin Buber zei: je moet bij jezelf beginnen, maar het is niet de bedoeling om bij jezelf te eindigen. Laten we niet wachten tot we helemaal uitgebalanceerd zijn. Liever onbeholpen de buurman helpen, dan wachten tot je verlicht bent alvorens een handje toe te steken.

Barmhartigheid is ondeelbaar verbonden met het innerlijk en uiterlijk leven, en er is niet één ideaal of streefmodel. Stel voor dat je een hoog ideaalbeeld zou omarmen, dat zou in zichzelf onbarmhartig zijn… want dat hoge ideaal red je vaak niet. Daarom zijn we een beweging van beoefenaars. De weg is de herberg. Het gaat om de beoefening, met vallen en opstaan. Soms zijn je armen te kort, dan lukt het niet. Maar alles is materiaal voor de beoefening, dus ook de mislukking.

Als mensen niet geholpen willen worden of kunnen worden, is barmhartigheid een fikse uitdaging. Het geeft ook geen pas om het te romantiseren – soms kan ik niks met mijn geraaktheid. Of soms moet je iemand barmhartig de les lezen, op een manier die past bij de situatie. Een vertaling van compassie is liefde in actie, maar soms moet je de moed bij elkaar rapen om iets te doen waar je echt bij gaat zweten. Op het werk bijvoorbeeld; stel er doet zich een situatie voor waarbij een collega wordt gepest, en niemand grijpt in, omdat de baas, die ook jouw baas is, er een rol in speelt. Wat doe je dan? Dat is helemaal geen romantische toestand, je wordt fiks uit je comfortzone gehaald. Wat doe je als je klem loopt met elkaar, en elkaar wel kunt schieten? Kun je dan nog met een compassievolle blik naar de ander kijken en tot wijze besluiten komen? Dat lukt soms wel, en soms lukt het niet. En dat is oké. Dat is de speelruimte die we elkaar moeten geven. Anders maken we het onszelf onmogelijk.”

compassie56

Waarom bent u afgetreden als voorzitter?

“Mijn termijn als voorzitter zat erop en nu de Beweging van Barmhartigheid 20 jaar bestaat, heeft het bestuur me gevraagd om als projectleider het lustrum samen met de vrijwilligers vorm te geven. We maken onder andere inspiratiekranten, een compassie-conferentie en een compassie-festival. De Beweging is van het positieve geluid, we vieren de veelkleurigheid van compassie. Er zijn veel immers veel hoopvolle ontwikkelingen. Zo vrij en open als we tegenwoordig over compassie praten, is pure winst.

Het feit al dat de huidige paus 2016 uitriep tot Jaar van Barmhartigheid heeft een enorme impuls gegeven aan het maatschappelijke belang van het thema. Ik heb nog nooit iemand gehoord die zei: Nou Henk-Jan, ik ga eerst even mijn to-do list afmaken en dan kom ik bij je terug. Niemand onderschat het belang van het thema. Er zijn meer dan tweeduizend mensen bij onze Beweging aangesloten en bij geestverwante initiatieven zoals het Charter of Compassion en Compassion for Care gaat het ook om steeds meer mensen die er echt mee aan de slag willen.

Op het compassie-congres van 14 juni plaatsen we de thematiek in de context van ondernemerschap. Dat is heel interessant, want het woord barmhartigheid of compassie is niet kieskeurig, het is zó universeel en zó van belang, altijd en overal, dus ook in werksituaties. Het leek ons interessant om de beweging van zien, bewogen worden en in beweging komen te koppelen aan betekenisvol ondernemen. Want wat doet een bevlogen ondernemer? Die ziet iets, niet alleen marktkansen maar ook een maatschappelijke behoefte, hij wordt geraakt, hij denkt: hier moet iets aan gebeuren en dat ga ik gewoon doen. Dat is het leuke van die ondernemers: ze komen in beweging.

Kenmerkend voor de nieuwe generatie ondernemers is dat zij maatschappelijk en financieel rendement hand in hand laten gaan. Het is niet meer een vraag voor hen wat je zou kiezen van de twee, want ze horen bij elkaar. Betekenisvol ondernemen is eigenlijk een pleonasme, want ondernemen is in de kern altijd maatschappij-betrokken. Een onderneming bestaat bij de gratie van het maatschappelijk mandaat.”

Gelooft u dat echt? De grote multinationals gaan toch gewoon door op hun onbarmhartige koers, als mammoettankers die niet te stoppen zijn?

“Dat is een eindige aangelegenheid. Het zijn reuzen op lemen voeten en ze lopen op hun achterste benen, het is volstrekt onhoudbaar hoe ze bezig zijn. Het enige waarin ik teleurgesteld ben, is de snelheid waarmee de grote kolossen verkruimelen. Het mag van mij wat sneller gaan, het moet sneller gaan. Maar ik heb een diep vertrouwen in het leven: het komt goed, misschien wel ternauwernood, want we laten het er echt op aankomen… De mens is hardleers.”

Hoe kun je genoeg geld verdienen als je alsmaar barmhartig probeert te zijn?

“Passie en compassie, ziel en zakelijkheid, professionaliteit en menselijkheid horen bij elkaar als tweecomponentenlijm. Als je ze samenvoegt, ontstaat er ware kwaliteit van werken. Wie was je favoriete leraar op de middelbare school? Als je dat aan mensen vraagt, krijg je altijd een levendig verhaal, ook al is het nog zo lang geleden, waarom dat nou juist de leraar was die mensen zo raakte. En dan vraag ik: was het zijn professionaliteit? Nee – de verhalen die je te horen krijgt, gaan vaak helemaal niet over de competenties, maar over hun bevlogenheid en hun menselijkheid. ‘Ik had het moeilijk als puber,’ vertelt iemand bijvoorbeeld, ‘en hij zag dat. Na de les schoot hij me aan en vroeg hoe het met me ging.’ Natuurlijk moet een leraar vakbekwaam zijn. Maar bovenal gebeurt er iets als er menselijkheid, spiritualiteit, bevlogenheid en betrokkenheid bij komen. De hartsenergie is dan voelbaar in de vakmatigheid.

Vakbekwaamheid alleen is kouwe hap, overal: bij de bakker, bij de verzekeringsmaatschappij, voor de klas, overal. Overal waar die relatie verkilt, boet je in aan kwaliteit, levenskwaliteit, maar ook aan winst. Dat vergeten mensen vaak. Soms zie je dat organisaties medemenselijkheid gaan simuleren, maar daar trappen we als consument niet in. Het gaat uiteindelijk om de waarachtigheid van de dienstverlening, het gebaar, de service, wat het ook is.

Je kunt als eigenaar een restaurant in professioneel opzicht tiptop hebben, de keuken voortreffelijk, het design fantastisch en het bestek glimmend gepoetst, maar als de ware gastvrijheid ontbreekt, zullen mensen er niet graag komen. En dat is niet een afvink-lijstje, maar een innerlijke houding. In dat veld speelt zich compassie af. Dus ja, ook in de relatie tussen klant en ondernemer speelt het.”

Hoe geeft u er zelf vorm aan?

“Ik voel me verwant met het onderwerp. Compassie vraagt veel van je, maar mijn ervaring is dat het je ook heel veel geeft, als je je erin verdiept en je er toe gaat verhouden.

In mijn eigen beoefening belichaam ik het liever dan dat ik erover praat. Natuurlijk doe ik dat wel. Ik schrijf er ook graag over. Maar mijn voorliefde is het handen en voeten proberen te geven. Ik voel me echt een beoefenaar en dat vind ik wel een van de leukste dingen van de beoefening van barmhartigheid: om ermee onderweg te zijn. Samen met anderen. Dat je elkaar kunt aanmoedigen, een schop onder de kont kunt geven. Met elkaar leren van het leven, dat is het mooiste intrigerende aspect van het thema.

Op allerlei plekken in de maatschappij zijn mensen ermee bezig en dat wil de Beweging aanmoedigen met onze programma’s en publicaties. Samen onderweg zijn is verbroederend en tegelijkertijd moet iedereen zijn eigen weg vinden. Vind je eigen kleur, zoek je eigen vormen van medemenselijkheid.

Je krijgt altijd kansen om compassievol te zijn, je hoeft er nooit lang op te wachten. Het is wel fijn als je je er een beetje op voorbereidt. Als je dat wilt kun je bijvoorbeeld deelnemen aan het CompassieLab of kom naar het festival op 1 september om aangemoedigd te worden tot compassie in actie. Als mensen deelgenoot willen worden van onze Beweging en willen bijdragen aan de veelkleurigheid van compassie, dan ben je welkom als volger of participant.”

Lisette profiel

Lisette Thooft

Journalist

Lisette Thooft (1953) studeerde Engels met antropologie als bijvak maar rolde de journalistiek in en schreef jarenlang voor spirituele …
Profiel-pagina
Al 2 reacties — praat mee.