Rikko, hoe noem ik jou? Want mensen vragen me best vaak wat je nu doet en dan noem ik je altijd mijn predikantenvriend.
“Dat ligt eraan tegen wie ik iets zeg. Maar het komt neer op: op allerlei plekken iets creëren wat een voorstelling is van de wereld waar we allemaal wel ergens op hopen. Dat doe ik door plekken op te zoeken waar absoluut het tegengestelde aan de hand is: eenzaamheid, de kloof tussen islam en het christendom, migratie, etcetera.”
Oké, dat weet ik wel want ik ken je werk, maar ik wil graag een woord of een term: wat ben je?
“Ik ben ten diepste kerkpionier.”
Was Jezus er niet ook zo één?
“Ja, zeker. Jezus was ook hard aan het pionieren met oude waarden: ‘Wat er éigenlijk in het verhaal zit is dit.’ En hij vertelde er niet óver, maar hij ging het doen.”
We hebben het nu over Jezus toch?
“Jaja, haha.”
Wat je nu omschrijft had ook over jou kunnen gaan.
“Het is wel een ontdekking over hoe Jezus lijkt te opereren die ik erg aantrekkelijk vind.”
Het probleem van het over Jezus praten is dat je automatisch in een soort binnen-buiten belandt en dat wil ik niet.
We praten nu amper vijf minuten en we hebben het al over Jezus.
“Dat komt door het woordje kerk. En kerkpionier. Het probleem van het over Jezus praten is dat je automatisch in een soort binnen-buiten belandt en dat wil ik niet.”
Wat bedoel je daarmee?
“Zo gauw je die woorden gebruikt, heb je het over gelovigen of ongelovigen. De een heeft er iets mee want gelovig, voor de ander is het een absurde wereld want niet-gelovig.”
Ik heb vaak de indruk als ik jou spreek dat die God je gestolen kan worden en dat je gewoon iets goeds of belangrijks probeert te doen. Did you fool me?
“Haha, dat klopt. Religie als doel op zich kan me gestolen worden.”
Hoe belangrijk is God of het geloof in God dan in je werk?
“Volgens mij moet deze wereld anders, en dat verlangen deel ik met veel mensen. Ik vind tools, inspiratie, motivatie en hoop door het herlezen van die oude christelijke traditie. Martin Luther King zei ooit: ‘The arc of the universe is long, but it bends towards justice’. Volgens mij is dat een diepgelovige aanname, niet exclusief voor gelovigen, die je nogal helpt als je het even niet meer ziet.”
Ik heb wel een tegen je gezegd dat je volgens mij veel beter Candide van Voltaire zou kunnen lezen in plaats van de bijbel. Daar staat dezelfde boodschap in, in de basis, maar dan wél in heldere taal. Heb je het gelezen?
“Nee.”
Damn you. Maak je het met die bijbel dan niet te moeilijk, expres?
“Nee, Candide kan nooit bevatten wat al die eeuwen aan teksten in de bijbel bevatten.”
Maar is dat niet juist het probleem?
“Nee dat is juist de rijkdom. Je kunt de hele kunstgeschiedenis toch ook niet samenvatten in één kunstwerk?”

Touché. Maar je hebt het niet eens geprobeerd.
“Dat is inderdaad schandalig. Voor mij is de bijbel een bron waarmee ik werk, waar niemand in hoeft te geloven. Maar laten we in Godsnaam samen dingen maken, dan ontdekken we vanzelf wel waarin we geloven. Bijvoorbeeld het Kerkasiel of We Gaan Ze Halen. Dat gaat er niet om of je gelooft in een godheid of niet, maar of je gelooft dat onrecht veranderd moet worden en dat je daarin een verantwoordelijkheid hebt.
Dan valt die hele religieuze scheiding weg. En de vraag die overblijft is dan: vind je het belangrijk dat deze kinderen geen onrecht wordt aangedaan of niet? Dat vind ik veel essentiëler dan of je gelooft in God. En als theoloog zeg ik dan: ik hoop door dit te doen iets te ontdekken van wat er in die oude teksten bedoeld wordt over God.”
Ah, nieuw woord. Net was je kerkpionier. Nu theoloog.
“Dat klopt, ja. Theoloog is mijn opleiding, kerkpionier is de vorm. Als theoloog ben ik benieuwd naar wat die oude teksten betekenen. Dat doe ik door het werken aan al dan niet tijdelijke communities die íets doen waarvan veel mensen in de samenleving hopen dat de kerk dat soort dingen doet.
Een van de bijbelteksten zegt: ‘Laat jij maar zien dat je kan geloven zonder dat om te zetten in daden, dan laat ik uit mijn daden wel zien dat ik geloof’ – brief aan Jakobus. Ik zou hem zelf iets minder sterk formuleren: ‘dan wil ik aan de hand van mijn daden ontdekken of ik geloof’.”
Hmm. Maar als we even terug gaan naar Kerkasiel en We Gaan Ze Halen: ik hoop persoonlijk helemaal niet dat de kerk dat doet. Ik vind dat de politiek had moeten voorkomen dat dit nodig was geweest.
“Ja, mee eens. Maar ik ben niet zo geïnteresseerd in de vraag naar schuld, naar hoe komt dit zo allemaal? De vraag is, wat doe je eraan? Een oude rabbi zei: ‘De bijbel is niet bezig met where evil comes from, maar met how to fix it’.“
Ik ben niet zo geïnteresseerd in de vraag naar schuld, naar hoe komt dit zo allemaal? De vraag is: wat doe je eraan?
Dit klinkt ook als mijn baan, of tenminste als hoe ik mijn baan zie als kunstenaar. Wat is het verschil?
“Er is een verschil in bron. Jij put uit andere bronnen en inspiratie dan ik. Jij leert mij daardoor mijn teksten beter lezen. Omdat ik jou soms een geloofwaardigere uitvoerder vind van waar Jezus het over heeft, dan sommige gelovigen. En omdat Jezus beter te begrijpen is als performance kunstenaar dan als een dominee of als docent Godkunde voor bovenmodale gezinnen in Nederland.”
Ik denk ondertussen na over wat mijn bronnen zijn, maar los van Voltaire heb ik die niet echt. De vraag die ik nu heb: kan jij functioneren zonder de bijbel?
“Ik denk dat ik dat niet kan weten. Tijdelijk kan prima. Want zo veel van die inhoud is doorgesijpeld, daar kan ik de rest van mijn leven mee werken. Maar als de vraag is of ik hetzelfde had kunnen doen zonder de bijbel, dan denk ik nog steeds dat het antwoord ja is omdat intuïtie je ook ver brengt. Echter, intuïtie kan je ook bedriegen. Dus de bijbel brengt me op een spoor waar ik mezelf ook aan wil houden, ook als ik er geen zin in heb. Vragen als: waarom moet ik steeds de pijn opzoeken of waarom zou ik hiermee door gaan? Dan vormt dit een soort bron van wijsheid waardoor ik in zaken blijf geloven ook als ik het nog niet zie. Jezus zegt ergens: ‘Als je dan niet in mij gelooft, geloof dan in de dingen die ik doe.’ Geloofwaardige dingen doen vind ik belangrijker dan dat mensen geloven wat ik geloof.”

Dat is een interessant antwoord van een theoloog/kerkpionier. Intuïtie kan je bedriegen, ja, maar er is ook best veel discussie over de interpretatie van dat boek van jou. En ook over hoe jíj werkt.
“Ik weet het ook niet. Maar experimenten als We Gaan Ze Halen of een buurtproject waarin kabelbanen tussen balkonnetjes worden gespannen in de week van de eenzaamheid om mensen met elkaar in contact te brengen (een van de projecten van het afgelopen jaar) zijn een onderzoek naar wat ik ben gaan geloven: of dit ook goed nieuws is of zinnig is voor deze wereld, in deze tijd. Dit zijn feitelijk mijn testcases. Misschien is de test van fakenews of goed nieuws (a la het evangelie) wel óf het werkt: is dit bevrijdend, helend? Brengt het rechtvaardigheid? Soms brengt het niet meer dan de discussie erover en dat is ook al heel wat waard.”
Wie betaalt jou?
“Ik ben deels zzp-er, deels zijn er mensen uit de popupkerk die bijdragen en ik werk al drie jaar met een crowdfunding. Dus ik word betaald door mensen die vinden dat wat ik initieer móet gebeuren. Men zegt wel eens: crowdfunding moet je nooit doen om het geld. Crowdfunding is een manier om samen te werken.”
Hoe moet ik dat zien, want je hebt dat geld toch nodig?
“Het geld is ook wel belangrijk, want het is een middel om iets mogelijk te maken waar je anders geen tijd of mogelijkheden voor hebt. 200 mensen creëerden afgelopen jaar een beginnetje van het kerkasiel, ze maakten we gaan ze halen mogelijk en nog een stuk of 12 andere projecten. Wat ik nu al drie jaar doe is aan het begin van het jaar zeggen dat er het komend jaar een aantal dingen aankomen die echt moeten gebeuren maar waar niemand normaal gesproken tijd voor heeft, ik ook niet. Door bij te dragen co-creëren mensen een mogelijkheid om dingen toch voor elkaar te krijgen.”
Oke, wat moet er komend jaar als eerste gebeuren?
“Er moeten vooral dingen verder gaan zoals het ‘iets’ maken rond die groeiende kloof die we creëren tussen de islam en wat ze dan ‘de rest van Nederland’ noemen. Vorig jaar nodigde een moslimgroep ons uit om Pasen bij hen te vieren en was er een islamitisch gebed tijdens onze kerstmaaltijd. We noemden dat een stukje in elkaars schoenen of tradities lopen. Klimaat, natuurlijk. Met ‘We gaan ze halen’ zijn we eigenlijk nog maar net begonnen. Verder weet ik het ook niet, maar er gáán dingen gebeuren waarvan je denkt: deze ontwikkeling is echt bizar, hier moeten we iets mee, toch?
Vorig jaar bijvoorbeeld kwam Pegida ineens met die actie dat ze varkensvlees wilden roosteren voor de deur van moskeeën tijdens de ramadan. Daar reageerden we direct op met de ramadan sponsortour: voor elk gegrild stuk varkensvlees werd gedoneerd aan de moskee. Dus hoe langer en hoe meer Pegida barbequeede, hoe meer geld er naar de moskee ging. Dit is een typisch voorbeeld van een project dat je niet vooraf bedenkt maar ad hoc opzet naar aanleiding van een gebeurtenis. De donaties die ik krijg maken dit mogelijk.”
Je bent oprichter van de popupkerk en je praat in de ‘wij’ vorm. Dit klinkt eigenlijk als een soort community. Kunnen mensen zich aansluiten? En hoe dan?
“Natuurlijk kan dat. Elke zondagochtend brunchen we met elkaar. Iedereen is welkom. Even stilstaan bij grote vragen. Even samen eten. In Arnhem, Rotterdam en Amsterdam komen we bij elkaar. Samen vragen we ons af hoe het anders kan.”