Bekijk de video (3 minuten) met Noud Fortuin. Het interview gaat hieronder verder Bron: www.youtube.com

Noud had geen idee dat trans-zijn samen kon gaan met christelijk zijn. Hij hoopt dat zijn verhaal aanleiding is tot een gesprek over transgenders in christelijke gemeenschappen. Wat is volgens hem het meest nodig? “Transparantie,” zegt hij beslist. “Dat LHBT-ers niet meer hoeven twijfelen of ze echt welkom zijn in een kerk.” Sinds kort woont hij met zijn vriendin in Amsterdam. Nieuw Wij sprak met hem over zijn jeugd, zijn verrassend positieve coming out en zijn visie op verandering.

Welke waarden stonden centraal in jouw jeugd?

“Ik denk dat dat alles wel flink gebaseerd was op het geloof. Het idee dat iedereen rechtvaardig behandeld moet worden en dat er een eerlijke verdeling is voor iedereen. Dat kreeg ik allemaal heel bewust mee. Mijn geloofsopvoeding bestond vooral uit kinderliedjes over gelijkheid, naastenliefde en ‘elkaar in het licht zetten’. Mijn moeder was bijvoorbeeld ook bezig met fair trade producten en mijn zusje met biologisch eten.

De kerk was echt als thuiskomen voor mij. Mijn beide ouders deden ook veel in en voor de kerk. Mijn vader was kerkrentmeester, mijn moeder jeugdwerker en theologe. Wij waren daardoor bekende gezichten in de kerk. Ik was betrokken en voelde me er thuis.”

Welke passage uit de Bijbel is belangrijk voor je?

“Toen ik uit de kast kwam heb ik een nieuwe naam gekozen: Noud. Dat betekent Adelaar. Later is daar ook mijn belijdenistekst op gebaseerd. De tekst die daarbij hoort is uit Jesaja 40 vers 31: Maar wie hoopt op de Eeuwige, krijgt nieuwe kracht. Hij slaat zijn vleugels uit als een adelaar. Hij loopt, maar wordt niet moe. Hij rent, maar raakt niet uitgeput.

Ik haal echt hoop en steun uit deze tekst. Een coming out in je christelijk omgeving is niet makkelijk. Ik wist dat het een X aantal jaar zou duren voordat ik me op mijn gemak zou voelen bij mezelf en mensen om me heen. En die kracht waar hier over gesproken wordt, kracht door te vertrouwen op God en je omgeving, maakt dat ik voel dat alles op zijn pootjes terechtkomt.”

Hoe ervoer je je genderidentiteit toen je jong was?

“Ik voelde me vroeger anders dan anderen. Tijdens het schoolkamp zou ik ook wel in de jongenskamer willen zijn. Maar de meester gaf aan dat dit echt niet de bedoeling was. Dat begreep ik niet: bij de jongens hoorde ik thuis. Ik besefte: ieder kind voelt zich misschien wel anders, dat kan ik nooit helemaal van iemand anders begrijpen of voelen. Maar ik voelde me vooral niet erkend zoals ik erkend zou willen worden. Ik voelde me niet gezien in de manier waarop mensen mij behandelden. En dat lag wat mij betreft aan dat label meisje of vrouw waar ik me nooit comfortabel of aangesproken door heb gevoeld.”

Hoe kwam je erachter dat je transgender bent?

“Dat kwam door naar een tv-serie te kijken. Een transjongen daarin deed veel dingen die voor mij heel logisch waren. Dingen die ik onbewust ook deed, zoals met een lagere stem praten. Hij kwam oncomfortabel op me over, maar ik voelde me ook verbonden. De aflevering daarna kwam hij uit de kast als transgender, en toen viel voor mij het kwartje: dit gaat niet alleen over hem maar ook over mij. Ik had het labeltje en dit voorbeeld nodig om het op mezelf te plakken, te duiden en te begrijpen.

Aan de ene kant was ik heel blij toen dat kwartje viel, maar aan de andere kant was ik ook heel bang voor de reacties. Er zat bijna een half jaar tussen de realisatie dat ik transgender was en dat ik het ging vertellen.”

Kun je ons meenemen naar het moment van je coming out?

“Eerst vertelde ik het aan een klasgenote, die heel relaxed reageerde. De dag erna aan de ontbijttafel vertelde ik het mijn ouders en zusje. Die reageerden ook heel goed. Mijn moeder zei later dat ze vanaf mijn vijfde al dacht dat er ‘een kast aan zat te komen’. Ze reageerde ook heel luchtig: ‘Als dit het is, dan kunnen we dat makkelijk aan! Jongen of meisje, je helpt gewoon in het huishouden!’ (lacht). De drie dagen daarna zat ze achter de computer om zich in te lezen en zich weer bij mij aan te kunnen sluiten. In diezelfde week ging ik langs alle groepen waar ik bij hoorde. De voorganger, de voetbalclub, mijn mentor…”

Hoe was het om met je dominee te delen?

“Mijn moeder stelde voor een ‘succeservaring’ op te doen door naar de dominee te gaan met mijn verhaal. Ik reageerde verbaasd, omdat ik geen enkel positief verhaal kende van een ‘transgender coming out’ in de kerk. Maar ook hij reageerde heel relaxed. Hij zei: ‘Ik heb hier nog nooit van gehoord, vertel me meer. Hoe zit het in elkaar? En hoe voel jij je daarbij?’ Heel basic: gewoon aanhoren, en dat was het. Hij sloot af met: ‘De heilige geest werkt door iedereen, ook door jou’. Dus ook daarin liet hij heel duidelijk zien dat ik welkom was. Tegelijkertijd ging hij met zijn handen op zijn rug staan: ga jij maar uitzoeken hoe het voor jou is en wat jij wilt. Ik sluit daar wel bij aan.”

Zag je die houding ook terug bij de rest van de gemeente?

“Ja, die reageerde hetzelfde als de voorganger. Hij leidt die groep natuurlijk, dus als de voorganger positief reageert helpt dat heel erg. Natuurlijk waren er wel vragen, en mensen die er even over na moesten denken, maar dat mag ook wel vind ik.

Ik vind het heel moeilijk om van mensen te vragen om honderd procent accepterend voor LHBT-ers te zijn in de kerk. Omdat ik weet hoe belangrijk de relatie met God en anderen voor mij is. Ik kan niet iedereen vragen om hun theologie aan te passen op wat ik vind, waarvan ik zelf overtuigd ben.”

NW Videoreeks – Dossierbeeld website

Is je geloofsbeleving onderweg veranderd?

“Toen ik me net realiseerde dat ik transgender was, had ik wel een complexe relatie met God (lacht). Ik geloofde nog steeds dat God er was en dat Ze bestond en dat Zij mij volledig kende. Maar ik voelde het niet. Het was allemaal erg rationeel. Er was veertien jaar ingedreund dat God altijd dichtbij is, je kent en van je houdt. Maar als je niet van jezelf houdt, dan is dat moeilijk voor te stellen. Dat was een ingewikkeld halfjaar voor mijn geloofsleven. Toen ik merkte dat ik welkom was in de kerk en in mijn omgeving, veranderde dat ook wel weer.”

Wat zou je graag willen realiseren?

“Het allerliefste zou ik willen dat LHBT-ers zich geen zorgen meer hoeven te maken welk kerkgebouw ze wel of niet binnen kunnen stappen. Misschien is dat niet realistisch. Ik zou in ieder geval willen pleiten voor transparantie: dat kerken duidelijk zijn van: dit mag hier wel, dit mag hier niet. Dat ze delen of ze er nog mee bezig zijn, in overleg over wat voor hen wel of niet mag. Maar ik wil niet meer dat je in een kerk zit en je hoeft af te vragen: ben ik hier welkom? Ik hoop dat LHBT-ers over een aantal jaar die hele worsteling niet meer hoeven hebben, maar een arm over hun schouders kunnen voelen en weten dat het goed is. Dat is ruimte die ik graag wil helpen creëren.

Ik ben theologie gaan studeren omdat ik daar graag handvatten voor wilde. Ik verschil theologisch wel van sommige mensen. Ik geloof in een God die gender te boven gaat. Als ik niet mag zijn wie ik ben; dat kan niet Gods bedoeling zijn. Zo komt een mens niet tot zijn recht.”

Waarom wil je je missie theologisch kunnen onderbouwen?

“Omdat je alleen van binnen iets kunt veranderen. Ik zou ook gender- of transgender-activist kunnen worden en van buiten schreeuwen dat het moet veranderen. Maar ik was niet klaar om de kerk en mijn geloof gedag te zeggen. Ik denk dat de meeste verandering langzaam gaat en van binnenuit. Als je in het midden van de kerk staat, kan je deze beter veranderen. Misschien zelfs op sleeptouw nemen. Daarvoor moet ik theologisch onderlegd zijn.”

Hoe geef je jouw verhaal een plek bij je theologie studie?

“Tijdens mijn studie deel ik zelden mijn verhaal. Dat komt wel steeds meer. Maar ik merk dat het echt een bolwerk is van witte hetero cisgender mannen, waar ik dus niet gelijk tussen pas en waar ik ook niet de norm ben. Waar ik me dus weer een minderheid voel. Dat is af en toe heel beklemmend. Ik weet niet wat het beste werkt. Ik zoek nu een balans tussen het niet van de daken schreeuwen en tegelijkertijd ook mezelf kunnen zijn.”

Waar voel jij je het meest thuis? Waar voel jij die sense of belonging?

“Ik voel me vooral thuis bij christelijke LHBT-ers. Want zowel het christen als transgender zijn, zijn twee belangrijke delen van mijn identiteit. Bij die combinatie voel ik me prettig en thuis. In een kerkgemeenschap die verder niks gemeen met mij heeft, voel ik me die odd one out. Maar bij transgenders die regelmatig hun niet al te beste ervaringen wat betreft het christendom delen, voel ik me ook niet thuis. Ik werk momenteel in ‘De Binnenwaai’ in Amsterdam. Bij die gemeenschap kon ik me makkelijk aansluiten. Dat ligt precies in mijn straatje!”

Dit interview verscheen oorspronkelijk op 16 september 2020 en is in 2022 opnieuw gepubliceerd in het kader van de Pride Amsterdam.

De Nieuw Wij Academy biedt rond ‘Stories of Belonging’ zowel een lessenserie voor VO en MBO als gespreksstarters voor jongeren aan. Zie www.nieuwwij.nl/academy. Bekijk de dossierpagina voor meer informatie.

U kunt gratis verder lezen

Klik deze melding weg via het kruisje. Maar goede artikelen schrijven kost geld. Steun daarom onze schrijvers en word al vanaf € 5 per maand Vriend/in van Nieuw Wij.

Ik lees eerst het artikel verder.
Roos-Notermans

Roos Notermans

Adviseur

Roos Notermans studeerde aan de Universiteit voor Humanistiek en specialiseerde zich in de humanistisch geestelijke verzorging en kritische …
Profiel-pagina
OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Juliejet Bakker

Adviseur

Juliejet Bakker (1994) is religiewetenschapper en deed de master Building Interreligious Relations aan de VU. Culturele en religieuze …
Profiel-pagina
Al één reactie — praat mee.