Auteur Abdelkader Benali prijst Achraf Bouali’s begrip van de “complexiteit van de wereld” en prins Jaime de Bourbon Parme constateert: “Hij krijgt dingen voor elkaar”. Mooie woorden van prominente Nederlanders. Toch is de internationale diplomaat Bouali naar eigen zeggen een gewone man die het liefst met zo veel mogelijk mensen koffie gaat drinken, ook als Kamerlid. Voor de “Doe normaal”-advertentie van Mark Rutte (VVD) heeft hij geen goed woord over.
Welke unieke ervaringen en kennis breng je mee naar de kandidatenlijst van D66?
“Mijn kandidaatschap hangt aan twee kapstokken: internationalisering en diversiteit. Dat zijn mijn speerpunten. Als Nederlands diplomaat met een Marokkaanse achtergrond breng ik dat altijd mee. Ik representeer Nederland in de wereld en de wereld in Nederland. Zonder dat we het weten zijn we allemaal internationaal. Veel Nederlanders gaan op vakantie of studeren in het buitenland, en we drijven ontzettend veel internationale handel. Een deel van mijn jeugd woonde ik in Goirle en Tilburg. Sindsdien is Noord-Brabant uitgegroeid to een logistiek hart van Europa.
Daarnaast heeft ruim 20 procent van de Nederlanders een biculturele achtergrond. Ik wil aan autochtonen laten zien dat er veel mensen zijn, die net als ik hier zijn gekomen en nu heel hard voor Nederland werken. Maar ik wil ook aan Nederlanders met een migratieachtergrond laten zien dat je hier veel kansen kunt pakken. Mensen hebben het vaak over de ‘American Dream’, maar ik heb het liever over de Nederlandse droom: we hebben hier zo veel mogelijkheden. Daarom vind ik het programma van D66 zo goed, het is positief ingestoken, en de titel is niet voor niets: Kansen voor iedereen.”
Wij hebben een Nieuwwij-coalitie opgesteld op basis van vijf waarden: Het Leven Beschouwen; Samen Leven; Duurzame Ruimte; Kracht van Kleur; Slim Onderwijs. Welke gaat jou het meest aan je hart en waarom?
“Die coalitie zou ingewikkeld worden. Mijn wens zou zijn dat D66 succes van de vorige verkiezingen kan evenaren. Dat we ons sociaal-liberale geluid goed kunnen uitdragen. Hoe groter wij worden, hoe socialer en liberaler het beleid kan worden. Wij zijn dé diversiteitspartij. Het is goed dat jullie aandacht aan deze waarden besteden. Laten we ervoor zorgen dat Nederland het New York van Europa wordt: vol kansen, wederzijds begrip en samenwerking. Ik zie dat veel mensen dat willen. We hebben dan wel polarisatie in de politiek, maar er zijn veel waardevolle krachten in de samenleving.”
Toch zie je dat biculturele Nederlanders bezorgd zijn en steeds vaker nadenken over een ‘plan B’: een nieuw bestaan in het land van origine. Nieuwwij-collega Enis Odaci sprak zich er over uit in Trouw, maar ook Tofik Dibi en zijn volgers op social media.
“Ja, er is ook wantrouwen onder biculturele Nederlanders. Je ziet dat jongeren bedrijven beginnen in herkomstlanden, wat ik op zich heel positief vind, maar niet als dat plan B is. Plan A, B, C tot en met Z is voor mij Nederland. Ja, er is angst, maar als we ons daar te veel op richten wordt dat alleen versterkt. Dat is gevaarlijk. En laten we wel wezen, Wilders haalt mogelijk 20 procent van de stemmen, maar dat betekent dat 80% niet op de PVV stemt. Veel Nederlanders willen helemaal niet dat mensen wegtrekken. Laten we ons daar op richten, en ga vooral stemmen. Op D66, bijvoorbeeld, zodat plan B niet nodig is.”
Wanneer is jouw Kamerlidmaatschap geslaagd? Wat wil je bereikt hebben?
“Wat een moeilijke vraag. Vera Bergkamp en Pia Dijkstra hebben allebei als D66-Kamerlid een initiatiefwet ingediend en door de Kamer gekregen. Dat is heel wat, want daar ben je jaren mee bezig. Ik hoop dat mij dat ook lukt. Zoals gezegd zijn internationalisering en diversiteit mijn speerpunten. Nederland zou op het internationale toneel een verbindend gidsland moeten worden.
Ik wil me inzetten voor betere relaties met landen rondom Europa, zoals Marokko, Turkije, Algerije, Oekraïne, Egypte en Rusland. Mensen hebben daar vaak minder positieve gevoelens over. Maar het zijn onze buurlanden, dus we moeten met elkaar verder. We moeten verbinding zoeken met hun burgers op cultureel en economisch gebied, bijvoorbeeld. Hoe sterker de banden tussen volkeren, hoe moeilijker het wordt voor hun leiders om conflicten op te laten laaien.
Bovendien, als het aan de rand van Europa verkeerd gaat, hebben wij er ook last van. Kijk naar Syrië. We zien verschrikkelijke beelden. We hebben nu geen antwoord op dat vraagstuk. We moeten de relaties intensiveren en elkaar versterken, zodat mensen niet hierheen hóeven te komen. Maar als ik tussen portefeuilles kan kiezen, wil ik me toch vooral met de diversiteit binnen Nederland bezighouden.”
Hoe zou jij, in tijden van polarisatie, voor verbinding willen zorgen?
“Als diplomaat ben ik gewend om mensen uit verschillende culturen bijeen te brengen. Ik ben net terug in Nederland en al in de Amsterdamse stadsdelen Nieuw-West en Zuid-Oost geweest, en in de Haagse Schilderswijk. Ik spreek graag met heel veel verschillende mensen. Dat zal ik als Kamerlid blijven doen. Overdag koffie drinken met mensen, de wijken in. En in de avond lees ik de dossiers.
Of ik als internationaal diplomaat de aansluiting met gewone burgers kan vinden? Zeker! Ik ben zelf ook heel gewoon. Als ik bij mijn moeder thuis jeugdfoto’s van mezelf zie, dan voel ik me nog altijd die jongen van de middelbare school. En ik merk het ook in de praktijk, zoals onlangs op een campagnebijeenkomst met Amsterdamse jongeren uit alle lagen van de samenleving. Er was een mooie sfeer, alsof ik in New York stond, en het werd uitstekend geleid door Abdelkader Benali. Dit soort meet-ups ga ik de komende tijd ook in Rotterdam, Leiden, Den Haag en Tilburg doen. Zo probeer ik mezelf en anderen allerlei mensen te ontmoeten. Zodat we niet altijd dezelfde types tegen te komen. Ook mijn vriendenkring en Facebook-contacten zijn divers. Voor veel mensen geldt dat nog niet.
In de Tweede Kamer wil ik ook verbinden, bijvoorbeeld door de juiste toon aan te slaan. Niet met het gestrekte been erin. Je hebt als politicus immers een voorbeeldfunctie. Ik vond het ook verdomd onverstandig van de VVD om die ‘Doe normaal’-advertentie van Rutte te plaatsen. Mijn advertentie zou heel anders zijn. Die zou met dikke letters SAMEN zeggen.”
—
Achraf Bouali is kandidaat Tweede Kamerlid voor D66.
Datzefde New York “vol kansen, wederzijds begrip en samenwerking” is op één na de staat met de hoogste schulden. De enige staat met hogere schuldrn is California. De Verenigde Staten hebben een ander systeem. Rijke staten als Texas houden de arme overeind. In de E.U. is het ondenkbaar dat onderlinge schulden van staten eeuwig op de lange baan geschoven kunnen worden. Er is geen overkoepelende overheid als in de Verenigde Staten, waar dit niet alleen een overlegorgaan is.
California en New York, die beiden niet hetzelfde zouden kunnen opereren als staat in Europa, delen enkele eigenschappen. Dit heeft alles te maken met hun armlastigheid. Ze zijn inderdaad “vol kansen, wederzijds begrip en samenwerking” en de meest etnisch gevarieerde staten van Amerika. Geen enkel Europees land kan het zich veroorloven net als hen te zijn.
Mag ik daar nog iets aan toevoegen? Zo klinkt het te veel alsof etnische diversheid onwenselijk is. Het genoemde voorbeeld is onwenselijk, omdat het niet werkt. Neon-reclame met teksten als “vol kansen, wederzijds begrip en samenwerking” op een bijbehorende etalage is niet de manier. Voorbeeld nemen aan zo’n desastreus gebied wekt absoluut geen vertrouwen. Segregatie, armoede, ongelijkheid en racisme vieren hoogtij in zeeën van kanslozen, waar af en toe een uitzondering komt bovendrijven. Die wordt dan meteen afgevoerd om elders te dienen als voorbeeld van de rijke kansen die de omgeving biedt. Iedereen heeft sympathie voor die geslaagde mensen, die hun arme achtergrond zijn ontvlucht, maar die prestatie is zo groots, omdat die achtergronden bekend staan als kansloos. New York is een schitterend mooie etalage van een gezellig rommelige winkel met een magazijn waar niemand wijs uit wordt. De zaak is eigenlijk failliet, maar huur en schulden worden kwijtgescholden om de droom in leven te houden, want het bestaan van de winkel is het enige, wat dat onverkoopbare magazijn nog zin geeft. Alleen de winkel is “vol kansen, wederzijds begrip en samenwerking” maar culturen zijn verdeeld over grote vergaarbakken in een stoffig magazijn. Integratiekansen werken er als studiebeurzen. Zo’n kans moet verdiend worden. Wie niet opvalt is het niet waard. Bescherming van rechten als inkomensgelijkheid bestaat in praktijk niet voor de naamlozen en de veiligheid van hun gebieden laat veel te wensen over. Als Nederland daar een voorbeeld aan neemt, dan gaat het hard achteruit, en de kosten van de schijn ophouden zouden in korte tijd onbetaalbaar worden. Nederland kan dat niet en wil dat niet. Voor een motto als “SAMEN” moet er juist werk gemaakt worden van integratie van iedereen. Dan moet er ook een duidelijk standpunt ingenomen worden over wat integratie in moet houden. Maatschappelijke hulpverlening en informatievoorziening dienen beschikbaar te zijn voor iedereen in het land die moeite heeft met navigeren, zowel in de vorm van institutionele begeleiding, als in de vorm van cursussen en leesmateriaal waar nodig. De invulling en inhoud hiervan kunnen belangrijke punten zijn om zich op te profileren als verkiesbaar politicus. Het lijkt erop dat niemand z’n vingers durft te branden aan inhoudelijke ideeën over dit soort zaken.