Welk kunstwerk moeten we zeker gaan bekijken?

“Wie van reizen houdt, zou ik naar twee kruisen willen sturen: één in Bern en één in Londen. Ze hebben mijn beeld van het kruis en de kruisiging sterk beïnvloed en ze zijn als kunstwerk ook erg geslaagd.

Het eerste kruis is erg lelijk en hangt in de kerk van St. Petrus en Paulus in Bern. Het is een kerk waarvan ikzelf pastoor geweest ben. Het bronzen kunstwerk is zwart, grof gevormd, en laat de gekruisigde helemaal versmelten met het kruis. Wat ik erin heb leren zien, onafhankelijk van de bedoeling van de kunstenaar, volgens mij, is dat Jezus’ overgave van zichzelf aan God, zijn overgave aan de droom van het koninkrijk, zijn tegenspraak in woord en teken tegen wat mensen minder maakt dan ze zijn, en zijn trouw daaraan tot het uiterste toe, tot aan de kruisiging, maken wie hij als persoon is. Kruis en persoon vallen zo ook theologisch samen. Het werk is van de Zwitser Walter Linck en het heeft een heel centrale plek in het kerkgebouw: boven de zetel (kathedra) van de bisschop. Die zit daar in het teken van het kruis – ik ben altijd bang geweest dat de schroeven het zouden begeven en hij het op z’n hoofd zou krijgen… Belangrijker dan dat: kerkelijke macht en gezag staan onder het gezag van het kruis, teken van Gods zotte, radicale liefde, Gods overgave en trouw aan de mens.

Het tweede kruis hangt in de bekende Londense kerk St. Martin-in-the-Fields en is het centrale en enige ornament in een groot glas-in-lood-venster. Het venster vervangt een tijdens de Tweede Wereldoorlog door bombardementen vernietigd venster. Dat maakt het kruismotief voor de hand liggend. Bij het kijken ernaar zag ik er zelf nog wat anders in: wanneer je door het kruis naar de wereld kijkt, zoals het hier letterlijk kan, zie je de wereld anders. Het licht komt anders, vertekent door het kruismotief, binnen, mijn blik op de wereld wordt zo bepaald door het kruis. Is dat nu een fantasievolle vertekening en zou ik met een echte bril beter af zijn? Of laat het kruis juist zien hoe de wereld ook kan zijn? En wat betekent dat dan weer? Het venster is van de hand van de Iraanse kunstenares Shirazeh Houshiary. Ik heb niet de indruk dat zij zich nadrukkelijk met de christelijke traditie identificeert, wel heb ik de indruk dat haar werk laat zien waarom je juist door de dialoog met “andersdenkenden” de eigen traditie met nieuwe ogen kunt gaan zien. Letterlijk, in dit geval.

Welke stad of welk dorp moeten we zeker gaan bekijken?

“Ik heb een wat curieuze keuze: de Turkse ruïnestad Patara, geboorteplaats van St. Nicolaas (Sinterklaas), bisschop van Myra (nu Demre) dat er vlakbij ligt. Waarom? Om twee redenen: het is de stad die me eindelijk heeft laten snappen hoe een antieke stad nu werkte. Je kunt er binnenlopen alsof je van de (allang dichtgeslibte) haven komt en geïmponeerd raken door de macht en rijkdom van de stad. Op het forum kun je rondlopen en snappen in welke context uitspraken van Paulus en andere vroege christenen nu eigenlijk passen (zie Handelingen 21:1-3 voor een vermelding). Omdat de stad een prachtige basilica heeft, word je je er ook van bewust hoe snel het religieuze karakter van een plaats kan veranderen. Ik heb vooral ook goede herinneringen aan deze plaats omdat ik er geweest ben op een lange wandeling langs de Turkse zuidkust: wandelend ervaar je afstanden en steden heel anders. In dit geval verplaats je je bovendien zoals de inwoners van de stad zelf het meeste deden als ze niet per schip onder weg waren.”

Welk boek moeten we zeker gaan lezen?

A Little Life van Hanya Yanagihara. Het is alweer iets ouder, uit 2015, maar nu in het Nederlands verschenen als Een klein leven. Ik heb het boek een aantal keren weg moeten leggen omdat het me zo ontzettend onder de huid ging. Het boek vertelt het afgrijselijke verhaal van Jude St. Francis. Jude is net zo fragiel als sterk en slaat zich met de moed der wanhoop door het leven. Hij is een uitermate succesvol jurist in New York City. Fysiek, mentaal, en sociaal is hij een ravage: zwaar misbruikt en mishandeld als kind en in latere relaties achtervolgt zijn verleden hem. De enige uitweg is de zelfmutilatie, zichzelf snijden totdat de pijn daarvan alle andere pijn overheerst. En slaagt een relatie wel en lijkt het allemaal toch goed te komen, komt zijn partner om bij een auto-ongeluk. Mijn maag draaide soms om van dit boek. Dat spreekt voor zijn kwaliteit: er zijn maar weinig boeken die deze onzichtbare en daarom voor de slachtoffers des te ingrijpende dimensie van sommige levens zo voelbaar kunnen maken. Een aanrader, voor iedereen.”

Dominique Kok

Religiewetenschapper

Studeert Religiewetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.