Ayn Rand
De Russisch-Amerikaanse auteur en filosoof Ayn Rand (1905-1982) bereikt met haar dikke, filosofische romans als Atlas Shrugged (1957) en The Fountainhead (1943) tot op de dag van vandaag een, voornamelijk Amerikaans miljoenenpubliek. Ze was een fervent voorstander van een radicaal kapitalisme en beschouwde egoïsme als de hoogste deugd. Verschillende politieke filosofen brengen haar filosofie en de invloed daarvan op verschillende Amerikaanse regeringen in verband met de enorme financiële crises van de afgelopen jaren.
Kredietcrisis
In de inleiding van zijn boek over Ayn Rand en het marktkapitalisme (De utopie van de vrije markt, 2010) geeft de Nederlandse filosoof Hans Achterhuis aan dat het kapitalisme niet alleen in termen van economie begrepen moet worden, maar tevens ook uit een utopische inspiratie. “De kredietcrisis vormt voor mij nu de beslissende aanleiding om de kapitalistische utopie in haar neoliberale vorm aan de orde te stellen.”
Greenspan
Alan Greenspan, één van Rands eerste discipelen, moest tijdens een hoorzitting van het Amerikaanse congres in oktober 2008 tot zijn eigen schok bekennen dat zijn op Rand gebaseerde ideeën “niet bleken te werken”. Maar ook Ron Paul, de intellectuele ‘godfather’ van de ultraconservatieve Tea Party, en Paul Ryan, de running mate van Mitt Romney (uitdager van zittend president Barack Obama in 2012), behoren tot haar overtuigde volgelingen.
Oosterhuis
De dichter-theoloog Huub Oosterhuis laat er in zijn pamflet Red hen die geen verweer hebben geen enkele twijfel over bestaan wat volgens hem de wortel van het kwaad in onze hedendaagse wereld is. “Het Neoliberale Economische Systeem, schepping van de Russisch-Amerikaanse filosofe en romanschrijfster Ayn Rand en de wiskundige-econoom Milton Friedman. Hun uitgangspunt is het eigenbelang. Rand verheerlijkt hebzucht en begeerte als grondslagen van een nieuwe wereld. Friedman betoogt dat de mens bestaat ter wille van zichzelf. Hij moet zich daarom ontworstelen aan het altruïstisch denken dat alleen maar schuldgevoelens oplevert.”
Manipulatie
Tijdens het debat vorige week kruiste Achterhuis de degens met Yernaz Ramautarsing, student politicologie uit Amsterdam en zelfbenoemd ‘objectivist’ (volgeling van Ayn Rand). Zijn betoog staat geheel online bij dagblad Trouw. Ramautarsing bestrijdt Achterhuis’ idee dat Rand verantwoordelijk zou zijn voor het failliet van het casinokapitalisme, omdat Alan Greenspan juist haar ideeën niet in de pratkijk heeft gebracht. “Van 1987 tot 2006 is Greenspan dus zelf voorzitter van het stelsel van centrale banken van de Verenigde Staten en volgens velen toentertijd ‘de invloedrijkste man in de commandotoren van de wereldeconomie’. En wat doet Greenspan? Hij herhaalt de fouten van zijn voorgangers: hij manipuleert de markt, met desastreuze gevolgen. En uitgerekend hij had beter moeten weten.”
Afvallige
Ramautarsing probeert Greenspans redenatie omver te halen door niet Ayn Rand, maar de ‘afvallige’ Greenspan verantwoordelijk te maken. “Ayn Rand sprak Greenspan in de loop der jaren herhaaldelijk aan op zijn inconsequente gedrag. Uiteindelijk leidde de kritiek van Rand ook tot een breuk tussen de twee. Rand trok haar handen af van Greenspan want zij zag dat zijn morele kompas wankel was. Het gelijk van Rand zou snel blijken. (…) Beide economische visies verschillen als dag en nacht.”
Loyaliteit
Achterhuis verdedigde zich als volgt (helaas niet digitaal beschikbaar). “In een interview met Time uit 1974 bleek ze juist trots te zijn op het werk van Greenspan. ‘Ik ben een filosoof, geen econoom. Alan vraagt mij geen advies over dit soort zaken’. De loyaliteit van Greenspan jegens Rand wordt ook zichtbaar in zijn memoires Adventures in a New World uit 2007, dus nog voor de kredietcrisis uitbrak. Op cruciale punten spreekt hij hier zijn dankbaarheid uit over alles wat hij van Rand heeft geleerd. Zelf lijkt hij zich niet van enige breuk met Rand of het objectivistische gedachtengoed bewust te zijn.”
Eliminatie
De positie van Ramautarsing lijkt mij onhoudbaar. En wel om twee redenen. Ten eerste bestaat zijn verdediging van de houdbaarheid van Rands ideeëngoed er eigenlijk louter uit dat Greenspan een afvallige was. Achterhuis’ aanval op de utopische trekken van Rands kapitalisme zijn echter niet alleen op Greenspan gericht, maar op (in zijn woorden) ‘de veroordeelde hoofdrolspelers van de vastgoedfraude’, die allemaal ‘fanatieke lezers van Rand waren’. Zelfs al zou Ramautarsing er in slagen Greenspan uit de kritiek van Achterhuis te elimineren, dan blijven nog een groot aantal andere voorbeelden over.
Gelovige
Ramautarsing is een zelfbenoemd Objectivist. Dat is geen gemakkelijke keuze in dit tijdsgewricht en verdient respect. Maar tegelijkertijd maakt dat hem zwak. Niet alleen krijgt zijn verdediging dan al snel een zweem van subjectiviteit, maar tevens neigt deze dan naar die van een ‘gelovige’. Ramautarsings passie voor de verdediging van zijn idool Rand doet mij ongemakkelijk veel denken aan die van veel moslims na de aanslagen van ‘9/11’. ‘Nee, de kapers waren geen echte moslims in die vliegtuigen, dat doen echte moslims niet.’ – ‘Nee, Greenspan was geen echte Objectivist, dat doen echte Objectivisten niet’. Achterhuis concludeert dan ook terecht: “Uit mijn biografische onderzoek is mij niets bekend over een breuk tussen beiden.”
Besluit
Het kapitalisme is niet louter een economisch marktmechanisme, behorend tot het economisch-wetenschappelijk domein. Filosofen als Achterhuis laten zien dat aan het schijnbaar ideologiearme marktkapitalisme wel degelijk utopische en levensbeschouwelijke ideeën ten grondslag liggen. Achterhuis identificeert de filosofische romans van Ayn Rand als de utopisch-ideologische basis van dat kapitalisme. In haar objectivistische filosofie is egoïsme een deugd en zal de vrije markt uiteindelijk triomferen. De ‘retractio’ van Rands eerste en meest invloedrijke leerling Alan Greenspan tegenover het Amerikaanse congres toonde het praktische failliet van haar filosofie aan.
Goede tekst, ben al jaren fan van Achterhuis.
Ik heb laatst het ´rode boekje´ van Oosterhuis ook weer gelezen. Kort ervoor nog werken van Dorothee Slle. Ook wij hier in het Westen hebben een ´bevrijdingstheologie´ nodig 🙂
Dit artikel en de kritiek van Achterhuis op het kapitalisme raken kant noch wal.
Je schrijft dat Achterhuis zich verdedigde door te stellen dat Rand Greenspan’s werk juist prees. “In een interview met Time uit 1974 bleek ze juist trots te zijn op het werk van Greenspan.” Met deze bewering maak je jezelf belachelijk. Greenspan werd immers pas in 1987 president van de FED (Amerikaanse centrale bank).
Een geldige onderbouwing ontbreekt in dit stuk, en hetzelfde geldt voor Achterberg’s kritiek op Rand. Dit is wat je noemt ‘guilty by association’. Een bijzonder weinig intelligent stijlmiddel.
We weten ondertussen hoe de crisis in elkaar steek – de feiten spreken voor zichzelf. Een korte samenvatting:
De kapitaalmarkten worden gemanipuleerd gehouden door de FED (centrale bank). De rente wordt door de FED (eerst door Greenspan en nu door Bernanke) ‘kunstmatig’ laag gehouden. Dit is een verstoring van de vrije markt.
Als de rente laag is is geld goedkoop en dan is braaf sparen een beetje dom. Het gevolg is dat er roekeloos wordt geïnvesteerd, gespeculeerd, uitgeleend en geconsumeerd, door vrijwel iedereen. De gevolgen kunnen desastreus uitpakken als dit rentetarief zo laag staat. Risico’s stapelen zich op en overal ontstaan bubbels (voedselspecualtie, vastgoedzeepbelllen, internetzeepbellen). Deze bubbels knappen altijd. De ellende dit dit met zich meebrengt kennen we.
Deze puinhopen ontstaan dus niet door ‘vrije markt werking’, de vrije markt (jij & ik) zouden projectontwikkelaars nooit voor zo’n laag rentetarief geld hebben uitgeleend voor het zoveelste megalomane project. Maar door de hebzucht van het bankenkartel, de FED en met name de politieke klasse wordt de rente toch laag gehouden. Het idee erachter is dat de economie dan lekker snel weer op gang komt. Dit paardenmiddel werkt altijd maar voor even, uiteindelijk komt het dubbel zo hard terug op ons bordje. Yernaz Ramautarsing verwijst met succes naar dit essentiële verschil. Het is verleidelijk om te roepen dat hebzucht de schuldige is maar dat verklaart niet waarom het steeds weer fout gaat. Hebzucht is iets menselijks, dat gaat niet weg. Het vervelende ervan is dat in de politiek graaiers zichzelf weten te verrijken ten koste van ons allen, we kennen allemaal de socialistische graaibestuurders. Het vereist wel wat inzicht en intelligentie om te snappen hoe het rentesysteem werkt, en welke rol de centrale bank speelt in samenwerking met de politiek, maar er is genoeg over te vinden op internet. Bankenkapitalisme (graaikapitalisme) en vastgoedfraude, deze beide fenomenen hebben niets van doen met het echte kapitalisme.
Symbolisch begin van de huidige mondiaal-financiële crisis is te zoeken in de USA. Daar vorderde president Carter van Banken aan insolvabele mensen hypothecaire leningen te verlenen. De zgn. subprime hypotheken.
Overheidsregulering, i.e. de politiek veroorzaakte het debacle, niet de vrije markt door egoisme en ‘greed’ beheerst. Zij deed het niet, omdat zij het niet kon en kan. Want zoals Bernard de Mandeville het Anno 1705 openhartig uitdrukte: ‘Vices privées, bénéfices publics’.
Banken en bankiers kan slecht worden verweten dat zij zich te weinig tegen Overheden hebben verzet.
In de moderne Economie van Adam Smith = de onze, wordt gewerkt voor winst, niet voor mensen. Mensen beladen met goede bedoelingen, ethici en lanterfanters nemen haar dat kwalijk. Wel heeft deze ondeugd van de Economie ons rijk gemaakt, maar omdat ook zij nog niet het Paradijs op aarde heeft gerealiseerd, kun je doorgaan met op haar af te geven.
In de moderne samenleving zijn Economie en Politiek als 2 domeinen met hun eigen principes en modi operandi van elkaar onderscheiden. Wel omgeeft de Politiek de Economie met wetten en waarden; de economie zelf is WAARDENloos. Daarom is zij productief.
De gescheidenheid van de Politiek is de vrijheid van de Economie. Ondernemers bepalen de omvang van hun investeringen, de consumenten zijn vrij in de keuze van hun consumptie en in het bepalen van de spaarquote. Alleen door een Keynsiaans wonder – ‘multiplier’ – komen na verloop van tijd investeringen en besparingen als een gelijkheid bij elkaar. Of nooit.
Dit is in een notendop het verhaal van de Economie – uitgescholden voor Kapitalisme – met haar Vrije Markt, en wier ontstaan en functioneren de vrije individu en de politieke democratie veronderstellen.