Ik deed hard mijn best zijn stem te herkennen. Langzaam begint er iets te dagen en opeens herinner ik mij zijn stem gevolgd door een vreugdekreet waardoor iedereen in het huis opveerde. Hij vervolgt: “Ik woon in Suriname maar ben regelmatig in Nederland. Ik ben zo trots op je. Ik lees over je in de krant, zie je op televisie en hoor je op de radio.”

Dat was mijn politieke mentor! De man die mij wegwijs maakte in de politiek als jonge vrouw. Hij maakte destijds deel uit van een groep inwoners uit Amsterdam Zuidoost die opkwamen voor de vertegenwoordiging van zwarte inwoners uit het stadsdeel en hun issues in het politieke bestuur en ambtelijke organisatie. Het was een gemengd stadsdeel maar de politieke vertegenwoordiging en ambtenarij was compleet wit. Met als gevolg dat issues waar een overgroot deel van de inwoners mee te maken had te weinig of geen aandacht kregen. Denk aan werkloosheid, armoede en uitsluiting.

Deze groep noemde zichzelf het Zwart Beraad. Er was veel om te doen om deze groep. Ze gingen de confrontatie met de gevestigde orde aan. De gevestigde orde die van zichzelf vond dat ze het goed deden en dat er niets aan de hand was. De gevestigde orde die vol minachting naar hen keek. De gevestigde orde die ook heel bang was voor machtsverlies. Ze kregen dus veel weerstand.

Zij werden door sommigen zelfs bericht van racisme. Ze zouden namelijk alles in een zwart-wit tegenstelling plaatsen. Ik herinner me alleen dat zij opkwamen voor gelijkwaardigheid en vertegenwoordiging van zwarte mensen die ondervertegenwoordigd waren in de politiek en ambtenarij. Ik vond het spannend. Ik vond de mannen en vrouwen die vooropgingen in de strijd dapper, want het was niet mals wat ze over zich heen kregen aan ellende. De geschiedenis herhaalt zich zonder dat we ervan leren. Wat dat betreft is er niet veel veranderd.

Enfin, ik was net 19, werd lid van de PvdA, wist van toeten noch blazen, maar hij ving me op. Hij nam mij mee naar alle vergaderingen en bijeenkomsten. Hij nam mij een keer mee naar het Stadsschouwburg en daar kwam ik een docent van de middelbare school tegen die helemaal flabbergasted was mij daar ook aan te treffen. “Amma wat doe jij hier?” vroeg hij mij. Hij had ooit tegen mij gezegd dat niets van mij terecht zou komen. Ik herinner me dat ik hem toen trots vertelde dat ik m’n vwo had gehaald en dat ik me had ingeschreven om politicologie te gaan studeren. Hij feliciteerde mij zuinigjes. De verbazing op zijn gezicht om mij daar aan te treffen vergeet ik nooit meer.

Mijn coach bracht mij naar plekken waar mijn aanwezigheid niet vanzelfsprekend was. Ik zou dat later, tot op de dag van vandaag, steeds vaker gaan herkennen. Op plekken komen waar jouw aanwezigheid niet vanzelfsprekend is. Wat dat met je doet en hoe je daarmee omgaat, leerde ik toen al. Al was ik me daar toen niet van bewust.
Net zoals die ene keer toen ik door de beveiliging in de Tweede Kamer werd tegengehouden toen ik naar de plenaire zaal wilde om te gaan stemmen: “wie bent u en wat komt u hier doen?”, werd mij gevraagd. Al mijn collega’s mochten wel doorlopen. Ik was het enige zwarte Kamerlid. Weken daarvoor was ik beëdigd.

Decennia daarvoor werd dankzij mijn mentor een zaadje in mij geplant hoe om te gaan met dit soort momenten. Ik leerde van zijn onverschrokkenheid, zijn verbale kunsten en doorzettingsvermogen. Hij gaf mij dat zetje. Ik had net mijn diploma gehaald. Geslaagd voor het vwo. Trots, maar ik was ook best onzeker. Zou ik het wel kunnen? En hoe handhaaf ik mij in een wereld die zo anders was dan mijn eigen wereld? Zou ik er wel tussen passen? Mocht ik erbij horen? Ik was het kind van twee migranten uit Ghana die, door gebrek aan geld, nooit zelf hebben kunnen studeren.

Mijn onzekerheid kwam dus van alle kanten: zwart, vrouw, uit de Bijlmer en geen intellectuele erfenis of bagage. Erger nog: mijn ouders werkten hard, waren ambitieus, stimuleerden mij maar ze spraken gebrekkig Nederlands. Iets waarvoor ik mij als kind schaamde maar nu als volwassen vrouw met veel trots op terugkijk. Apetrots ben ik op hen. Maar destijds zat mijn onzekerheid diep. Ik had namelijk ook een mavo-advies gekregen van de lagere school ondanks een Havo-Vwo Cito-score en hoorde op school regelmatig dat niets van mij terecht zou komen van docenten. Niet alle docenten.

Sommige docenten zagen mij wel en lieten mij geloven dat mijn lot in mijn eigen handen lag en dat ik het wel kon. Dat was bijvoorbeeld de docent geschiedenis. Ik herinner me haar naam niet meer, maar wel dat ze altijd lachte en dat ze gitaar speelde. Die nam ze wel eens mee naar de les en dan speelde ze voor ons. Een fantastische vrouw die geweldig kon vertellen. Bij haar haalde ik voor het eerst achten voor geschiedenis. Terwijl ik het jaar daarvoor amper een voldoende kon halen voor hetzelfde vak, bij de docent die had gezegd dat er niets van mij terecht zou komen. Ondanks alles overheerste de stemmen van de docenten die zeiden dat ik nergens goed voor was, want ik geloofde hun kant van het verhaal.

Toen ik mijn politieke mentor ontmoette stond ik op het punt te gaan studeren. Ik was lid geworden van een politieke partij op advies van mijn ouders. Ze zeiden dat ik niet moest denken dat ik er was, nu ik als eerste uit onze familie ging studeren: “je hebt straks meer nodig dan het papiertje. Je moet leren hoe het is om met Nederlanders te werken. Er zijn gewoontes en ingeschreven codes die wij jou niet kunnen leren. Dat leer je alleen door met ze om te gaan. En met ze te werken. De beste plek omdat te doen, is via een vereniging. Het maakt ons niet uit welke vereniging als je maar lid en actief wordt binnen een vereniging.”

En zo werd ik lid van een politieke vereniging. Mijn ouders hadden geen woord te veel gezegd. Die stap zou mijn loopbaan voor altijd bepalen. God zegen alstublieft mijn ouders voor hun wijsheid. Het is niet altijd zo geweest overigens. Toen voelde ik veel druk van hen. Meerdere malen heb ik ze vervloekt. Omdat ik moest slagen en falen geen optie was. Door mij moesten hun dromen worden verwezenlijkt. Als oudste kind realiseerde ik me dat ik geen keuze had. Alleen zo kon ik hen trots maken op mij. Ik was onzeker, bang en voelde me gevangen in de dromen van mijn ouders, maar zoals altijd was ik vastberaden het te gaan doen ondanks alles. En zoals altijd viel het reuze mee. Sterker nog: mijn tijd op de universiteit was een van de mooiste momenten uit mijn leven.

Onbegrensd leren en de wereld ontdekken is het mooiste wat er is. Het zag er eerst eng uit, maar toen ik eraan begon bracht het mij veel vreugde en mooie levenslessen mee, net zoals de rest van mijn leven en alle andere stappen die ik daarna nam. Nieuwe dingen die je nog niet eerder hebt gedaan, kunnen soms onterecht eng lijken. Op dat moment in mijn leven was het heel fijn om een mentor te hebben, iemand die naast mij stond. Ik ben dankbaar dat hij er nog is, dat hij mij niet is vergeten en dat hij gisteren contact opname. Ik ga eerst op vakantie en binnenkort ga ik hem ontmoeten. Dat wordt nu al een onvergetelijke ontmoeting. Dat weet ik nu al.

Een mentor is iemand die jou wel ziet, tijd en aandacht voor jou heeft. Iemand die jou begeleidt in het maken van fouten en daarvan te leren. Iemand die in jou gelooft ondanks alles. Die jou ondersteunt. Het is belangrijker dan we ons kunnen realiseren. Enkele dagen geleden had ik lunch met een jonge rechtenstudente die ik begeleid. Een pientere meid die ooit begon op het VMBO omdat ze haar Cito-toets verknalde. Zoals ze het zelf zei: het was een momentopname. De docenten geloofden niet in haar. In haar eerste jaar haalde ze alleen maar tienen en negens. Zo ging ze via vmbo naar havo naar vwo en nu studeert ze rechten. Ze is derdejaars. Ze woont ook in de Bijlmer zoals ik destijds. Zwart, vrouw en ambitieus, leergierig.

Ik voel me bevoorrecht dat ik haar mentor mag zijn. Zij denkt dat zij van mij leert, maar ik leer ook verschrikkelijk veel van haar. Omdat zij de toekomst is. Haar generatie is de toekomst. Zij helpt mij om door de ogen van de toekomst naar het heden te kijken en wat we daarin moeten veranderen. Wees een mentor voor een ander als je dat kan. Uit eigen ervaring weet ik hoe essentieel en mooi het kan zijn.

Amma Asante

Amma Asante

Amma Asante (1972) is voorzitter van de Landelijke Cliëntenraad (LCR) en Senior Onderzoeker Sociale Veiligheid bij Movisie. Eerder was zij …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.