In 2020 kondigde paus Franciscus aan dat er een wereldwijde synode over synodaliteit zou plaatsvinden. Het doel van de synode was om als kerk een manier te vinden hoe het een plek kan zijn voor iedereen, en om processen te ervaren en te bedenken hoe de mening van alle gelovigen en betrokkenen een goede plek kan vinden binnen de kerk. Extra nadruk lag er op het luisteren naar de mening van jongeren en vrouwen, twee groepen die in de besluitvormingsprocessen van de kerk (gedomineerd door oudere mannen) ernstig ondervertegenwoordigd of zelfs afwezig zijn.
Voorheen waren synodes in de katholieke kerk slechts bijeenkomsten van bisschoppen en vonden deze in Rome plaats. Paus Franciscus wilde dat deze synode nadrukkelijk binnen de hele katholieke kerk zou gaan leven. De synode was daarom opgedeeld in verschillende fases. In 2021 vond de eerste fase plaats. In deze “bisdomfase” werden overal in alle bisdommen van de katholieke kerk bijeenkomsten georganiseerd om input op te halen voor de synode. Deze input werd verzameld en vormde de basis voor de volgende fase. In de “continentale fase” kwamen op alle continenten vertegenwoordigers van de bisdommen bij elkaar, zij verzamelden de input en kwamen met een synthese die naar Rome werd opgestuurd.
De synode zelf, ook wel de “universele fase” genoemd, begon op 30 september 2023. Naast Franciscus zelf waren ook de patriarch van Constantinopel, hoofd van de Oost-Orthodoxe Kerk, de aartsbisschop van Canterbury, hoofd van de Anglicaanse kerk, de patriarch van Antiochië, hoofd van de Syrisch Orthodoxe kerk, en de Nederlander Bernd Wallet, hoofd van de Oud-katholieke kerk, en nog vele vertegenwoordigers van andere christelijke kerken aanwezig. Alhoewel zij geen stemrecht hadden waren vertegenwoordigers van vele christelijke kerken gedurende de hele synode aanwezig.
Niet-bisschoppen
Bijzonder aan de synode was dat voor de eerste keer in de geschiedenis van de kerk ook 70 niet-bisschoppen mochten meedoen, waaronder vrouwen en niet-religieuzen. Zij konden niet alleen meepraten, maar hadden ook daadwerkelijk stemrecht. Nog nooit eerder mochten niet-bisschoppen stemmen op het hoogste niveau van de katholieke kerk, laat staan vrouwen. Maar dat was niet het enige bijzondere. Een synode wordt normaliter afgesloten met een apostolische exhortatie. In een dergelijk document beschrijft de paus wat er op basis van wat er in de synode is besproken verandert in het magisterium van de kerk. De paus beslist dus. Het magisterium is hierbij de verzameling van documenten die voor de gehele katholieke kerk als leidend gelden. In de synode over synodaliteit besloot de paus echter om het slotdocument van de synode, waar de synode zelf over stemde, direct in het magisterium op te nemen, zonder daar zelf een exhortatie over te schrijven.
Toch was er ook veel kritiek op de synode. Belangrijke onderwerpen als het wijden van vrouwen in het diakenambt werden al vroeg in het proces weggestopt in studiegroepen. Andere “hete hangijzers” zoals de plek van de LHBTI+-gemeenschap in de katholieke kerk werden niet of nauwelijks aangeraakt. Allemaal zeer terechte kritiek. Vele vrouwen (en ook een heel aantal mannen) binnen de katholieke kerk zitten te wachten op het moment dat de eerste vrouwelijke diaken (en wellicht ooit ook een priester) gewijd wordt. Priesters als James Martin zijn tegelijkertijd bezig om binnen de katholieke kerk een veilige en waardige plek te creëren voor de LHBTI+-gemeenschap. Hij heeft daarvoor het oor van de paus, waar hij regelmatig bij op bezoek is. De paus nodigde hem ook uit om deel te nemen aan deze synode. Toch is dit thema slechts beperkt besproken.
Democratisering
Ondanks alle kritiek kan de synode gezien worden als een nieuw hoofdstuk voor de katholieke kerk. De grootste stap van de katholieke kerk sinds het Tweede Vaticaanse Concilie in de jaren 60, toen onder andere besloten werd dat de mis voortaan in de volkstaal uitgevoerd mocht worden en de kerk bij de tijd werd gebracht. Deze synode zorgt nog niet voor een dergelijke radicale tastbare verandering in de liturgie, maar wel voor een radicale verandering in de democratisering van de kerk.
Deze democratisering is essentieel. De synode biedt nieuwe routes voor veranderingen in de kerk. Tot nu toe kon een verandering voor de gehele kerk eigenlijk maar op een manier plaatsvinden: via de paus. Natuurlijk, er waren verschillende manieren hoe de paus zich kon laten voeden: een concilie, zijn eigen dicasterieën (ministeries), een bisschoppensynode, et cetera. Maar het was altijd de paus, een mannelijke geestelijke, gekozen door andere mannelijke geestelijken, die uiteindelijk het beleid bepaalde. Bij deze synode is dat voor het eerst anders gegaan. Het beleid werd niet alleen bepaald door mannelijke geestelijken, maar ook door vrouwelijke religieuzen en mannelijke en vrouwelijke leken (niet-geestelijken).
Radicale inclusie
Ook op de inhoud zijn er zeker stappen gemaakt. Het werkdocument van de synode bevat de term Radicale Inclusie. Radicale inclusie betekent niet het proberen betrekken van mensen die op de drempel van de kerk staan en toch al perfect binnen de leer passen, maar dat de kerk een thuis voor iedereen moet zijn. Het betekent dat katholieken de kerk moeten verlaten, dat christenen zich moeten bevinden op plekken waar we ons misschien minder comfortabel voelen. Als je radicale inclusie wilt bereiken, moeten groepen die tot nu toe buiten de structuren van de kerk staan ook echt serieus worden opgenomen. Dat betekent dat jongeren, vrouwen, migranten en de LHBTI-gemeenschap een volwaardige plek aan tafel moeten krijgen, bijvoorbeeld in het parochiebestuur. Pas dan kan je wat mij betreft echt spreken van radicale inclusie en kunnen wij ervoor zorgen dat de grote spanning van de kerk wordt opgelost: de spanning dat niet iedereen zich volwaardig lid van de kerk voelt.
De uitkomst van de synode geeft mij hoop voor de toekomst van de katholieke kerk. We zijn er nog niet, maar we zetten grote stappen in de goede richting. Wel blijf ik met twee vragen achter. Is deze beweging blijvend? Is de synode zo stevig dat een volgende (meer conservatieve) paus het niet meer terug kan draaien? Of is dit een eenmalige gebeurtenis geweest? De tweede vraag is wat we hier in Nederland van gaan merken? Wordt de Nederlandse kerk nu ook democratischer en richten we onszelf in de geest van de synode in, of doen we alleen wat strikt moet en vinden we het verder alleen maar lastig dat er meer mensen mogen meepraten? Ik hoop het eerste, ik vrees het laatste.
Deze opinie verscheen onlangs in De Linker Wang.
Waarom zo somber?
Als je Radicale Inclusie leest vanuit Nederlands perspectief kom je verder dan onze landsgrenzen.
Beschouw ook de kracht van de mainstream in andere landen en tel je zegeningen
Met de wereldwijde synode over synodaliteit set de Katholieke kerk een stap vooruit. Het is goed om mee te veren met de veranderde samenleving. Een democratische kerk en het waar mogelijk loslaten van lithurgische dogma’s kan de kerk alleen maar sterker maken. Er is al veel veranderd. De uitkomst van de synode geeft hoop voor de toekomst van de katholieke kerk. Het Synodale Proces is kerkbreed en opent de weg voor inspraak.
Het compendium kan een waardevolle bijdrage leveren. In het Compendium van de Sociale Leer van de Kerk staat ‘De Kerk ziet in de mens, in elke mens, het levende beeld van God zelf.’ Anders gezegd: ieder mens is geschapen naar Gods evenbeeld, ieder mens is gelijkwaardig. De mens is een beeld van God, maar dat zijn de planten en de dieren ook. Dus de definitie zou iets ruimer mogen. Er wordt nog wel steeds uitgegaan van rentmeesterschap. Maar misschien is de belangrijkste taak van de mens wel om de aarde te laten worden als een goede plaats om te zijn. Paus Franciscus stelde in Laudato Si’ al, dat het zorgen voor de armen en het zorgen voor de aarde niet los van elkaar te zien is.
De kerk verzet zich tegen racisme en antisemitisme. Een goed uitgangspunt. Want als alle mensen beeld van God zijn moet er er ook zo mee om gegaan worden. Respect hebben voor andermans geloof is altijd al het officiële standpunt van de katholieke kerk geweest. Het belangrijkste document op dit gebied is Nostra Aetate, tot stand gekomen tijdens het Tweede Vaticaanse Concilie. In dit document beschrijft de katholieke kerk hoe ze kijkt naar andere religies dan het christendom, zoals het boeddhisme, het hindoeïsme, het jodendom en de islam. Het gaat daarbij vooral om overeenkomsten en samenwerken. Misschien kan de kerk nog wat ruimer kijken naar het eigen godsbeeld, lerend van de andere geloven, met wat meer vrijzinnigheid. Veel mensen geloven al niet meer in een besturende persoonlijke God. En toch erkennen veel mensen transcendentie: het overstijgende.
In 2019 bracht paus Franciscus een gedeelde verklaring uit met Ahmed el-Tayeb, een van de meest prominente geestelijken binnen de moslimwereld. Hierin riepen ze christenen en moslims op om in vrede samen te leven en elkaar te proberen te begrijpen. Het standpunt van de kerk is dus duidelijk: zoek naar overeenkomsten en niet naar verschillen als je met een andere religie te maken hebt. We hebben een klimaatverandering nodig die ook gaat over de relatie tussen mensen en hoe we omgaan met de natuur. Dat gaat verder dan alleen Europa. De kerk wil een wereldkerk zijn, maar het bestuursapparaat van de paus, de Romeinse Curie, bestaat nog alleen uit mannen en 71 % daarvan heeft een Europese achtergrond.
LHBTI+-gemeenschap, homoseksuelen en vrouwen zijn geen vraagstuk. Als zij allen beeld van God zijn, zou het mogelijk moeten zijn ze volledig te accepteren. Zodat homoseksuelen kunnen trouwen en de communie moeten kunnen krijgen. Dat vrouwen priester zouden moeten kunnen worden en dat gescheiden mensen ter communie zouden mogen. Dat de kerk afstand neemt van de achterstelling van vrouwen. Dat priesters moeten kunnen trouwen en dat pedofilie een halt wordt toegeroepen. Liefde is wat anders dan losbandigheid. Ook in een homoseksuele relatie kan liefde de basis zijn. De Luxemburgse bisschop Jean-Claude Hollerichis is het bijvoorbeeld oneens met de leer van de kerk, dat een homoseksuele relatie zondig is.
Het goede nieuws is dat de kerk invloed heeft en dat alle mensen met elkaar de verantwoordelijkheid voor een beter klimaat kunnen nemen. Paus Franciscus richtte zich extra op vrouwen en jongeren, die normaal gesproken weinig invloed hebben. Lucas Brinkhuis schetst het belang van de ‘synode over synodaliteit’ en kijkt vooruit. “Als je radicale inclusie wilt bereiken, moeten groepen die tot nu toe buiten de structuren van de kerk staan ook echt serieus worden opgenomen.” Dat betekent dat jongeren, vrouwen, migranten en de LHBTI-gemeenschap een volwaardige plek aan tafel moeten krijgen, bijvoorbeeld in het parochiebestuur. Pas dan kan je echt spreken van radicale inclusie en kan ervoor worden gezorgd dat de grote spanning van de kerk wordt opgelost: de spanning dat niet iedereen zich volwaardig lid van de kerk voelt.
Bijzonder aan de synode is dat voor de eerste keer in de geschiedenis van de kerk ook 70 niet-bisschoppen mochten meedoen, waaronder vrouwen en niet-religieuzen. Zij konden niet alleen meepraten, maar hadden ook daadwerkelijk stemrecht. Nog nooit eerder mochten niet-bisschoppen stemmen op het hoogste niveau van de katholieke kerk. Priesters als James Martin zijn tegelijkertijd bezig om binnen de katholieke kerk een veilige en waardige plek te creëren voor de LHBTI+-gemeenschap. Hij heeft daarvoor het oor van de paus, waar hij regelmatig bij op bezoek is. De paus nodigde hem ook uit om deel te nemen aan deze synode.
Kan de volgende Paus een vrouw zijn?